metropolis m

Een toolbox voor culturele organisatie
Charles Esche over de 31e São Paulo Bienal

In september opent in São Paulo de 31e editie van de oudste en belangrijkste biënnale van Zuid-Amerika, dit jaar samengesteld door Charles Esche en een team bestaande uit Galit Eilat, Pablo Lafuente, Nuria Enguita, Oren Sagiv en de Braziliaanse curatoren Luiza Proença en Benjamin Seroussi. In tegenstelling tot de trend onder recente grote biënnales om met historische blik naar de ontwikkelingen te kijken, staat in São Paulo het nu centraal.

Domeniek Ruyters

Het is niet een al te best jaar voor biënnales. Istanbul, Sydney, Manifesta in St. Petersburg: het lijkt alsof er geen biënnale is of er zit een luchtje aan. Heeft de biënnale als model, voortgekomen uit de wereldtentoonstellingen, een structureel probleem? Is het model niet te zeer verknoopt met een economie van handel, promotie en spektakel, om als tentoonstelling écht serieus te kunnen worden genomen?

Charles Esche

‘Ik denk juist dat het een uitstekend jaar geweest is voor biënnales. Het zijn plekken geworden voor conflict en controversie, en dat is precies wat ze volgens mij zouden moeten zijn. Ik ga ze hier niet een voor een analyseren, aangezien de conflicten een ander oorzaak handen, maar in het algemeen is er bij deze biënnales sprake van een renewed engagement met wat zulke grootschalige tentoonstellingen kunnen zijn. Dat is volgens mij alleen maar prijzenswaardig. De symbolische waarde van biënnales wordt publiekelijk betwist, en in die zin worden ze nog steeds serieus genomen. Ik zie hier op geen enkele manier overeenkomsten met de internationale kunstbeurzen, die op dit moment de grootste concurrenten zijn van biënnales als het over evenementen gaat. Kunstbeurzen zijn schaamteloos over hun economische macht en er is weinig discussie over hun betekenis in cultureel opzicht. Ik denk dus dat 2014 heeft laten zien dat biënnales de plek is om de betekenis van kunst uit te vechten; samen met enkele andere instituten uiteraard.’

Domeniek Ruyters

Waarom heb je dit willen doen, gezien vanuit een meer persoonlijk perspectief? Wat is aantrekkelijk aan de organisatie van zo’n groot project aan de andere kant van de wereld op een plek waar je nooit eerder was, met onder andere als gevolg een langdurige afwezigheid in Eindhoven?

Charles Esche

‘Na de eerdere biënnales waar ik aan werkte in Gwangju, Ramallah en Istanbul is de Biënnale van São Paulo voor mij een logische stap. Ik maak kennis met de Braziliaanse en Latijns-Amerikaanse situatie op een manier die anders onmogelijk geweest zou zijn. Toen ik hier begon wist ik amper iets deze van de kunst en maatschappij, en nu heb ik het gevoel enig gevoel te hebben wat hier cultureel gaande is. Ik word in hoog tempo geocultureel bijgespijkerd, wat ontzettend verrijkend is voor mijn idee wat kunst is of kan zijn. Het Van Abbemuseum zal profiteren van mijn ervaringen en relaties die ik daar zal opdoen. Als ik terugdenk aan de Istanbul Biennale in 2005, heeft dit ook geleid tot wat een van de beste tentoonstellingen die we in het museum hebben gemaakt: Eindhoven-Istanbul.’

Domeniek Ruyters

De Biënnale van São Paulo heeft meen ik twee edities geleden een belangrijke inhoudelijke koerswijziging ondergaan, die ik maar gemakshalve omschrijf als de transitie van het model Venetië (landenpaviljoens) naar het model documenta (een artistiek leider). Wat is volgens jou de specifieke signatuur van deze biënnale in het wereldwijde landschap van biënnales?

Charles Esche

‘De Biënnale van São Paulo is de grootste biënnale in dit deel van de wereld, mede dankzij een verleden dat teruggaat op 1951. Waar vroeger voornamelijk de Braziliaanse elite haar smaak toonde voor de Europese cultuur, veranderde dit door de Bienal van Lisette Lagnado in 2008, die eindelijk afstand deed van de landenpaviljoens. Hoewel hiervoor ook al curatoren waren, Paulo Herkenhoff, of Walter Zannini bijvoorbeeld, die een eenduidige identiteit smeedden van hun Bienals. Ons team is een hoop verschuldigd aan deze voorlopers, en hun bijdrage blijft de Bienal zijn identiteit geven. Slechts enkele andere biënnales hebben zo’n geschiedenis. Een ander cruciaal aspect is de focus op educatie. Meer dan 200.000 studenten komen de tentoonstelling en het paviljoen bezoeken. Dit samen maakt het een uniek project met zijn eigen invloed en mogelijkheden. We proberen dit alles ten volle te benutten.’

Domeniek Ruyters

Wat zijn nieuwe elementen die je binnen de identiteit van deze biënnale introduceert?

Charles Esche

‘We hebben zogenaamde “open meetings” geïntroduceerd die we door heel Brazilië, maar ook in Lima Bogotá, Santiago en Europa gehouden hebben. Deze bijeenkomsten waren voor kunstenaars uit deze steden een kans om direct met ons in contact te komen. Het diende als basis voor ons onderzoek in het land en op het ontinent. Na de bijeenkomsten konden we meer vertrouwelijke bezoeken regelen en de kunstscene leren kennen via de kunstenaars. Op een bepaalde manier ontdoken we het gevestigde galeriesysteem en kregen de kans om onze eigen visie te vormen over kunst in Brazilië. We zetten ook het Toolbox for Cultural Organisation op, een workshop met 17 deelnemers, voornamelijk uit Brazilië en Latijns-Amerika. Deze opkomende curatoren, kunstenaars en schrijvers kwamen samen voor een programma van drie weken verspreid over het jaar. Er is veel wederzijdse uitwisseling geweest, en zij gidsten ons door moeilijke situaties waarin we terecht kwamen. Er zijn ook kunstenaars in São Paulo uitgenodigd voor langere periodes om werk te maken op basis van hun ervaringen. Kunstenaars als Nilbar Güres, El Hadji Sy, Yochai Avrahami, Prabhakar Pachpute, Sheela Gowda en Walid Raad zullen in totaal drie maanden in Brazilië doorbrengen.’

Domeniek Ruyters

Wordt dit een biënnale voor de stad of de wereld? Met andere woorden: hoe ‘lokaal’ maak je de tentoonstelling?

Charles Esche

‘98% van de bezoekers van de biënnale zijn Portugeestalig, dus het is onvermijdelijk een tentoonstelling bedoeld voor de stad. Het zou belachelijk zijn te denken dat onze kennis van Europa of het Midden-Oosten hiernaartoe te verplaatsen is. We moesten opnieuw ondervinden wat relevant was en wat niet. Desondanks denk ik dat het “lokale” geen fetisj moet worden. Dwarsverbanden zijn overal, en hoewel het veel minder eenvoudig is door Zuid Amerika te reizen dan in Europa, kun je goed zien dat kunstenaars beïnvloed zijn door culturele activiteiten ver buiten de nationale grenzen. Iets dat we bijzonder interessant vonden waren de connecties tussen São Paulo en Istanbul in termen van stedelijke protesten en artistieke betrokkenheid. Tijdens de biënnale zullen we enkele workshops organiseren met kunstenaars en stedenbouwkundigen uit beide steden om dit verband verder te laten ontwikkelen. Twee andere verwante plekken is een project dat Contra Filé uit São Paulo verbindt met Decolonising Architecture uit Bethlehem. De twee groepen vonden opmerkelijke parallellen tussen de zogenoemde “favelas” hier en de vluchtelingenkampen in Palestina. Ze werken nu aan een project in Bahia met een Quilombo, zoals de gemeenschappen van bevrijdde of gevluchte slaven worden genoemd. Dit zal vorm krijgen in een open ruimte van het Bienal paviljoen.’

Domeniek Ruyters

Wat is de belangrijkste karakteristiek van de tentoonstelling?

Charles Esche

‘In vroeg stadium hebben we besloten de focus te leggen op het nu. Onze kritiek op recente biënnales is dat er een tendens is naar historicisme en een minder bekend historisch fenomeen. De biënnale verschilt van een museum dat het zich niet hoeft te verantwoorden tegenover wat was. Het is veel beter in staat de temperatuur van het moment te meten en dat is precies wat we hebben geprobeerd te doen, voornamelijk wat betreft Brazilië, maar bewust van hoe alles in de wereld met elkaar verbonden is. We hebben ook een open “park” ontwikkeld op de begane grond dat dienst zal doen als introductie en een plek waar de vele bezoekende studenten ontvangen zullen worden. Hier zal het evenementkant van de biënnale worden benadrukt – het is niet alleen een plek om rond te lopen, maar ook om te zitten, luistern en praten. BikvanderPol zal hier de School of Missing Studies (Sandberg Instituut red.) naartoe brengen voor een tweemaandelijkse residency.’

Domeniek Ruyters

Je bent nu een paar maanden in São Paulo, een stad waar het label ‘urban jungle’ geloof ik wel van toepassing op is. Wat heeft je het meeste geraakt?

Charles Esche

‘De extreme sociale ongelijkheid is nogal bruut voor iemand die is opgegroeid in een voormalige sociale democratie. De obsessie met veiligheid is ook vermoeiend, net zoals een fatsoenlijk transport infrastructuur om je door de stad te verplaatsen. Maar dit alles zijn nogal clichématige observaties. Ik heb soms het gevoel dat leven in São Paulo een blik is in de toekomst, in die zin dat het gezien kan worden als een neoliberale utopie. De rijkste 5% zijn gelukkig opgesloten in hun eigen wereld en komen daar zelden uit. De resterende middenklasse staat onder druk en moet of toetreden tot de 5% of hun status opgeven. Ik neem aan dat we leren hoe om te gaan met zo’n landschap en steeds betrokken kunnen blijven in de sociale rol van kunst en haar capaciteit zich de wereld anders te denken.’

Domeniek Ruyters,

Domeniek Ruyters,

hoofdredacteur Metropolis M

hoofdredacteur Metropolis M

31. São Paulo Bienal

31. São Paulo Bienal

2 september t/m 7 december

2 september t/m 7 december

Vertaald uit het Engels door de redactie

Vertaald uit het Engels door de redactie

Domeniek Ruyters

is hoofdredacteur van Metropolis M

Recente artikelen