metropolis m

Ministry of mass

De 7e Design Triënnale van Vlaanderen vindt plaats in Genk en heeft als thema ‘Conflict & Design’. Een tentoonstelling bestaande uit 66 projecten. Curator Kurt Vanbelleghem heeft zichzelf ten doel gesteld de stand van zaken omtrent social design in Vlaanderen in kaart te brengen. Vanbelleghem – met voornamelijk expertise als curator in de beeldende kunstwereld – ziet veel potentie in design en geeft een frisse kijk op de verhoudingen tussen de kunst- en de ontwerpwereld en vraagt zich af of we nog wel in die termen moeten denken.

Rosa te Velde

Waarom ‘conflict’ en design?

Kurt Vanbelleghem

Conflict is een overkoepelende term die veel aanraakt. Veel ontwerpen in deze tentoonstelling geven een methode waarmee een oplossing geboden kan worden, die niet per se aanleiding geeft voor een volgend conflict. Designers zijn op een heel ander niveau bezig met conflicten dan bijvoorbeeld het conflict in Syrië. Het conflict zit niet zo zeer in het object, maar zit in de attitude, in het proces. Hoe kun je bijvoorbeeld lokaal produceren ten opzichte van globaal? Dit soort tegenstellingen of conflicten, moeten worden gezien als een moment waarop designers het verschil kunnen maken. Er is een shift gaande: toonaangevende designers houden zich steeds meer bezig met de maatschappelijke functie en rol van ontwerpen binnen een complexe maatschappij. Met deze Biënnale wil ik de stand van zaken van social design in Vlaanderen en omstreken in kaart brengen.

Rosa te Velde

Hoe kijkt u, als curator beeldende kunst, aan tegen design?

Kurt Vanbelleghem

Ik ben niet even sterk geïnteresseerd in alle vormen van design. Maar het soort design dat hier getoond wordt heeft een sterk raakvlak met de hedendaagse kunst. Niet zozeer in het resultaat maar wel in het procesmatig denken. Als curator ben ik altijd in de grensgebieden geïnteresseerd geweest. Deze tentoonstelling gaat over de maatschappelijke relevantie van design. Maar vanuit hier kan gereflecteerd worden op de raakvlakken met beeldende kunst. Ik denk dat er grote kenteringen plaatsvinden, waarbij oude patstellingen tussen kunst en design opnieuw gedefinieerd moeten worden. Dat moet vooral op academies gebeuren. In plaats van installaties die ‘ideeën’ uitdrukken, zou het interessant zijn als er meer projecten zoals The Story of the Bluefin zouden komen. Dat filmpje is helemaal viral gegaan. Die mensen maken echt verschil.

Rosa te Velde

U stelt dat kunstenaars en ontwerpers meer met elkaar zouden moeten samenwerken. Maar hoe dan precies?

Kurt Vanbelleghem

Kunstenaars zijn niet opgeleid om problemen van mensen op te lossen. Maar dat wordt hen wel constant gevraagd. Zij moeten autonome werken maken. Kunst-integratieprojecten zijn meestal top-down, terwijl designprocessen bottom-up zijn. Om kneuterige resultaten te voorkomen, zou een ontwerper in zo’n buurtproject een participatieproces kunnen opzetten, waarbij de kunstenaar meeloopt. Die vervolgens alle informatie destilleert en op een bepaald moment de lead neemt en een autonoom werk maakt. Zo is het werk gebaseerd en op zijn kennis van de buurt, maar kan het wel binnen zijn eigen oeuvre passen. Als curator kun je daarin een bemiddelende rol spelen. Ontwerpers werken in de realiteit; de ontwerper gebruikt nooit metaforen. Hij werkt in opdracht. Je ziet heel weinig institutionele overgangen tussen kunst en design, terwijl ik denk dat deze projecten absoluut in musea gepresenteerd kunnen worden.

Rosa te Velde

U zegt dat ontwerpers nooit metaforen gebruiken. Maar er zijn toch ook veel designprojecten die juist heel symbolisch of metaforisch zijn? Is dat grensgebied niet veel groter?

Kurt Vanbelleghem

Maar in hoeverre is dat nog design? Wat je ziet in Z33 zijn misschien meer denkmodellen. Hier tonen we projecten die zijn gerealiseerd. Bij het soort design van bijvoorbeeld de Design Academy is er veel goodwill. Maar dikwijls zijn het utopische visies zijn. Er is overigens – in het algemeen – veel misbruik van het begrip ‘social design’ of ‘designthinking’.

Rosa te Velde

Welke plek neemt esthetiek in social design?

Kurt Vanbelleghem

Net als in de beeldende kunst is de rol van esthetiek ondergeschikt. In design is dat echt wel een nieuw adagium wat we aansnijden. In veel van deze projecten is de rol van esthetiek de elegantie waarmee je mensen betrekt binnen dat ontwerpproces. MIOS (Museum in Onze Straat) is bijvoorbeeld een project waarbij getracht wordt om meer sociale cohesie te creëren in een straat, middels voorwerpen. Het ontwerp gaat niet over die schoonheid, maar het speelt een rol . Esthetiek is – net als in de beeldende kunst – geen doel op zich meer. En dat was het wel.

Rosa te Velde

Hoe succesvol is social design?

Kurt Vanbelleghem

Ik heb altijd met projecten in de publieke ruimte gewerkt. Een beeldend kunstenaar heeft dan een sociale rol. Je kunt projecten opstarten waarbij je veel mensen betrekt, maar vaak zal het resultaat toch tot een beeld of een structuur zijn. Iets wat je neerzet en dan laat staan. Terwijl het bij design meer om het proces gaat. Een van de pluspunten is ook – als het goed gaat – dat het project mede gesteund wordt door allerlei betrokken organisaties, die het na verloop van tijd gaan overnemen en op die manier het project duurzaam maken. Maar we zitten nog midden in de experimentele fase. Je ziet ook heel veel social design projecten die niet slagen.

Rosa te Velde

In hoeverre speelt het materiële object nog een rol?

Kurt Vanbelleghem

Het gaat totaal niet om het object, maar om de context en het proces. Een voorbeeld daarvan is het project van grafisch ontwerpster Annelies Vaneycken. Zij heeft maanden in favela’s in Brazilië doorgebracht en kwam erachter dat er alleen maar slecht werd gesproken over deze krottenwijken. Met Repórter sem Beiras is ze toen letterlijk ‘goed nieuws’ gaan brengen, door muurkranten en affiches te ontwerpen met andere verhalen over de favelas. De ontwerper levert dus de context.

Conflict & Design
C-Mine, Genk
15 december t/m 9 maart

Rosa te Velde

volgt de Master Design Cultures, Vrije Universiteit, Amsterdam

Recente artikelen