‘Alles bevat energie’ – in gesprek met Nástio Mosquito over King of Klowns in het M HKA Antwerpen
King of Klowns in het M HKA, is een immersieve en intense tentoonstelling waar je uren in kan ronddwalen. In dit caleidoscopische overzicht van Nástio Mosquito worden voortdurend vragen op je afgevuurd over maatschappelijke verschuivingen op politiek, economisch en ecologisch vlak. Clichés en stereotypen rond religie of seksualiteit worden op hun kop gezet en van betekenis ontdaan. Vastgeroeste ’tegenstellingen’ zoals natuur-cultuur, privaat en publiek houdt Mosquito kritisch tegen het licht. Hoe verwerken wij al deze grote thema’s? Ive Stevenheydens gaat in gesprek met de kunstenaar na een bezoek aan de confronterende tentoonstelling.
In de eerste overzichtstentoonstelling van Nástio Mosquito staat de beleving centraal. Zijn brede oeuvre bevat video, multimediale installaties, performances, muziek, tekst en spoken word. Vanuit economische dynamieken en politieke verschuivingen zoomt de kunstenaar in op persoonlijke, soms kleine en altijd menselijke verhalen. Mosquito zet fictie in om pijnlijke waarheden aan te kaarten. De personages die hij ontwikkelde in zijn performances en video’s worden in het M HKA gepresenteerd in een tiental audiovisuele installaties en grootschalige ensembles van werken. De tentoonstelling transformeert de zalen ingrijpend: van de gebruikelijke witte muren en grijze vloeren blijft deze maanden niet veel over. Mosquito kiest vormelijk voor een ietwat barokke scenografie die soms swingend en ongedwongen tot dreigend en trashy aanvoelt. In een zaal hangen camouflagenetten en staan olievaten, terwijl in een andere monitoren rusten op plastic campingstoeltjes. De tentoonstellingsruimtes baden in de kleuren rood, blauw of groen.
Ik kom net uit de expo en moet wat bekomen! Ik ben onder de indruk van de veelheid aan werken en de intensiteit van je tentoonstelling. In een uur tijd ving ik slechts een glimp op van de rijkdom en vele lagen in King of Klowns.
‘Dat begrijp ik. Er is veel videowerk en dat vraagt tijd. Je hebt eigenlijk minstens drie uur nodig om alle werken te zien. Ik hoop dat mijn werk het publiek inspireert om, wanneer ze een kamer binnenkomen, daar even te blijven. King of Klowns is een proces van ontdekking, een onderdompeling.’
Een van de terugkerende elementen in de tentoonstelling is het gebruik van spiegels. Wat is het idee daarachter?
‘Ze verwijzen impliciet naar hoe spiegels hun weg hebben gevonden in de Afrikaanse cultuur. Zo worden spiegels gebruikt in Afrikaanse beeldjes (statuettes in het Engels), vooral in rituele contexten. Ik wil echter niet te veel in gaan op de historische relatie met spiegels, daarom houd ik die verwijzing hier bewust eenvoudig. Daarnaast zijn de spiegels een manier om het publiek te doen beseffen dat deze tentoonstelling draait om hun aanwezigheid. Dat ik me bewust ben van hun aanwezigheid, en dat de werken zich ook bewust zijn van hun tegenwoordigheid.’
Bij aanvang van de tentoonstelling zijn de drietalige inleidende teksten op drie spiegels gedrukt. Ik lees ‘Mosquito neemt verschillende poses aan: hij is charismatisch en tegelijk vervreemdend, grappig en eng, vermakelijk maar ook ongemakkelijk.’ Waarom is die tekst daar geplaatst?
‘Die tekst zet de toon voor het opvolgende werk, een vroeg videowerk waarin ik naakt te zien ben (I Am Naked uit 2005, waarin de kunstenaar door een nachtzichtcamera in een donkere ruimte wordt gefilmd, red.). De tekst op de spiegels is een uitnodiging. Zonder woorden zeg ik: ‘Kom hier niet om me te veroordelen.’ Ik nodig de bezoeker uit om een moment met me te delen. Wanneer je als bezoeker langs de werken loopt, zie je jezelf terug in de spiegels. Jij bent hier. Jij bent dit. Het gaat om jouw perspectief op deze dingen. De spiegels zijn er niet om make-up bij te werken, maar om juist jouw aanwezigheid in de ruimte zelf te benoemen. Zoals bij veel elementen in deze tentoonstelling zit er een dubbele betekenis in, een driedimensionale manier van kijken, snap je? Met de spiegels probeer ik de toeschouwer terug naar het werk te leiden. Ik vraag: ‘Wat is de energie van het werk?’’
Je werd in 1981 in Luanda geboren, de hoofdstad van Angola. Vandaag woon en werk je in Gent. Heeft het Portugese koloniale verleden van dat land een invloed op jou en je werk?
‘Wat zal ik zeggen? Er is niet echt een gevoel van ontkenning. Ik denk dat het verleden altijd aanwezig is. Je zou kunnen zeggen dat het koloniale doorleeft in mij. Ik spreek Engels en Portugees – dat is een erfenis van het kolonialisme. Maar er is altijd wel een koloniale context, of je nu Vlaams, Frans of Duits spreekt. Ik heb Angolese en Afrikaanse roots, maar ik heb nooit een werk gemaakt met de bedoeling om een koloniale context aan te duiden. Dat is niet wat ik doe en niet wat mij drijft. Soms komen deze zaken naar voren en kunnen ze nuttig zijn om iets anders over te brengen. Ze kunnen dienen als een middel om iets te bespreken dat ik belangrijker vind. Ik hou ervan om in gesprek te gaan met mensen, om te praten over de uitdagingen die ze hebben. Wat stelt mensen in staat om beslissingen te nemen of het leven te ervaren? Die vragen interesseren me meer.’
Ik spreek Engels en Portugees - dat is een erfenis van het kolonialisme. Maar er is altijd wel een koloniale context, of je nu Vlaams, Frans of Duits spreekt.
Naast performance en video is tekst erg belangrijk in je werk. Met Giz#3 (2024) toon je een nieuwe erg omvangrijke installatie die de grootste zaal van het museum vult. Op onder meer muurvullende krijtborden staan teksten, waar de woorden steeds naar de tekst zelf terug lijken te verwijzen, als een soort puzzel voor de bezoeker.
‘In dit werk moet je je richten op de tekst in het midden, de andere elementen draaien daar omheen. Bepaalde woorden hebben specifieke kleuren, waardoor de tekst in een kleurcode transformeert wanneer je langs de muur loopt. Sommige woorden zijn onderstreept in een bepaalde kleur, die zo samen zinnen vormen. Voeg je daar zwart aan toe, dan ontstaat er een verklaring over mijn relatie met zwart zijn. Je hebt de volledige tekst, maar daarbinnen bevinden zich kleinere teksten. Zo zijn er ook kleine nummers die met verschillende elementen in de tekst corresponderen. Met dit werk kun je wat meer tijd doorbrengen. Hopelijk beleeft de bezoeker plezier aan het ontdekken van deze elementen – dat is onderdeel van het werk.’
Wat ik zo leuk vind aan je werk is je gevoel voor humor. Relativeert dat de dingen?
‘Humor vind ik erg belangrijk. Het is een uitstekend middel om moeilijke gesprekken te voeren. Humor is een krachtig instrument om zaken boven tafel te brengen. Het is een genereus voertuig dat veel onthult over de persoon die de boodschap ontvangt. Niet iedereen zal alles wat ik doe grappig vinden. Die humor kan enkel gevoeld worden, als er een daadwerkelijke verbinding is. Humor is ook belangrijk omdat het de intentie van de zender blootlegt. Bovendien biedt het een zekere ambiguïteit, die ik graag verwelkom.’
Ook referenties naar popcultuur zijn legio in je werk. Ik voel bijvoorbeeld ook een verband met de technoscene.
‘Yeah, it’s an energy thing. Ik hou van energie. Vroeger ging ik er veel vaker op uit en verkende ik de techno-, punk- en zelfs de Goa-scene. Belangrijk is dat zulke ervaringen, ook met drugs, invloed hebben op je relatie met je fysieke lichaam, je neurologische zintuigen en je emotionele spectrum. ’s Nachts kan je die rationele gedachten even loslaten. We hoeven niet altijd logisch te zijn. Ik hou van plekken die een intuïtieve aanwezigheid uitstralen. Subculturen en hun contexten stellen je in staat om afstand te nemen van de logica.’
Hoe denk je dat dit in jouw werk tot uiting komt?
‘Ik probeer die ideëen in mijn werk niet te rationaliseren, maar te voelen. Dat is alles. Dat is genoeg voor mij. Het gaat om de energie die deel uitmaakt van wat ik doe. Ik hou van ervaringen, van het creëren van omgevingen, en van de mogelijkheid om een plek in te richten waar iets kan gebeuren. Ook de clubcultuur creëert zo’n setting en context. Het zijn de mensen die die energie mogelijk maken, nietwaar? Het is de aanwezigheid van die lichamen, van die energetische velden, die iets laat plaatsvinden.’
Hoe voelt het om dit uit te voeren in een museale context?
Nástio Mosquito: ‘Ik ben echt blij met de uitnodiging van het M HKA. De energie die ik deel met curator Nav Haq is geweldig. We hebben intense gesprekken gehad over de tentoonstelling. Het instituut stelt me in staat om nieuwe mensen te ontmoeten, wat zowel mijn werk als mijzelf de kans geeft om te begrijpen wat er mogelijk is in de toekomst. Ik werk niet om tentoonstellingen te maken, ik maak kunstwerken. Het museum en de curator organiseren de tentoonstellingen. Ik ben heel trots op wat we doen. Een ander groot voordeel van samenwerken met het museum is dat er meer capaciteit, geld, ruimte en bereik is.
Met deze tentoonstelling wil ik mensen uitnodigen in plaats van bekritiseren. We zijn allemaal progressieve denkers met verschillende perspectieven en energieën, maar we zijn die energie kwijtgeraakt omdat we te zelfgenoegzaam zijn geworden. We werken elkaar tegen en dwingen mensen om te bewijzen waarom hun bestaan waardevol is. Laten we daarmee stoppen en in plaats daarvan de stad Antwerpen en het hele land uitnodigen om mee te doen aan deze tentoonstelling. Mensen en instituten uitnodigen voor nieuwe mogelijkheden is een hele andere methode, dan hen confronteren. Tijdens het tentoonstellingsproces hebben we over veel dingen onderhandeld, maar uiteindelijk heb ik de kans gekregen om ‘de maaltijd te koken’ in hun huis. Wanneer ik voor jou kook, breng ik niet alleen het eten mee, maar ook de tradities en recepten van mijn grootmoeder, mijn moeder en mijn zus. Dit vereist discipline en openheid, maar het resultaat kan prachtig zijn.’
'Met deze tentoonstelling wil ik mensen uitnodigen in plaats van bekritiseren.'
Wat brengt de toekomst voor je?
‘Ik zal enige tijd gaan doorbrengen in Brazilië, dus ik ben nu bezig met zoeken naar de mogelijkheden daar. Daarnaast ben ik ook geïnteresseerd in het werk van de Belgische kunstenaar Eric van Hove, die in Marrakech woont en werkt. We zijn goede vrienden en delen een fijne energie. Misschien kunnen we samen iets creëren. We broeden soms op ideeën, maar ik wil geen druk leggen op die samenwerking. Laten we gewoon zien wat er kan ontstaan. Laat het leven zijn gang gaan, en het leven zal zich openbaren.’
Nástio Mosquito — King of Klowns, is tot 26 januari 2025 te bezoeken in het M HKA in Antwerpen
Ive Stevenheydens
is curator en schrijver