Inleiding
Men lie, women lie, numbers don’tJay-Z
Het is rappers niet vreemd in getallen te denken. Het aantal verkochte platen of kilo’s cocaïne. Hoeveelheden schotwonden, auto’s, scharrels of verdiend geld. Hun verbalisering van de omgeving wordt vaak als vreemd ervaren, als excessen van uitschot, maar de manier waarop zij de wereld presenteren is meer een symptoom van, dan een onbestaande realiteit: een uitvergrote versie van ons aller wereldbeeld. Jay-Z werkte ‘samen’ met Marina Abramovic aan de videoclip voor zijn Picasso Baby waarin hij zich haar 700-urige MoMa-zitperformance in de zes uur durende Pace Gallery-weergave toe-eigende. In zijn recente nummers vertelt hij vaak, veelvuldig en uitgebreid over zijn onderonsjes met Gagosian, de avondveilingen van Sotheby’s en de Warhols en Basquiats die naast zijn koelkast hangen. Na gebruiksvoorwerpen van Vuitton, Bentley en Hennessy is de waardevastheid van kunst de nieuwste muzikale manier van financiële manifestatie.
Naast muziek, zijn ook binnen de politiek, educatie, zorg en kunst cijfers in toenemende mate de belangrijkste kwaliteitsmeter. Alles moet meetbaar, kwantificeerbaar, verifieerbaar of statistisch onderbouwd. Als er tegenwoordig in de media over kunst wordt bericht, gebeurt dit voornamelijk in numerieke termen. Van veilingopbrengsten en bezoekersaantallen tot subsidiebudgetten; de hoogte van uitgereikte prijzen en het salaris van de directeur tot verbouwingskosten van musea. Basquiat was afgelopen jaar de best verkopende kunstenaar op de veilingen, waar hij bijna 126 miljoen dollar opbracht, gevolgd door Christopher Wool ($112.993.962) en Jeff Koons ($81.875.747). De twee Rembrandts uit de Rothschild collectie moesten samen 160 miljoen kosten. Een Francis Bacon-triptiek wisselde van eigenaar voor 130 miljoen. Over de prijs van de Mona Lisa wordt slechts gespeculeerd. Veelgehoorde kritiek vanuit de kunst (en het onderwijs en de zorg) is dat cijfermatige benaderingen voorbijgaan aan de (culturele) waarde, inhoud en kwaliteit die niet valt uit te drukken in getallen en gerelateerde maatstaven. Maar binnen de maatschappij is de tendens richting dergelijke cijfermatige benaderingen die in toenemende mate doorslaggevend zijn bij overwegingen en beslissingen onafwendbaar.
Nog een paar getallen: de bezuinigingen op de kunst in Nederland waren 40%. Er zijn tientallen instellingen omgevallen. Wim Pijbes verdient €287.737 euro per jaar, het Stedelijk heeft 90.000 objecten in de collectie. Het aantal kunststudenten stijgt elk jaar weer en een kunstenaar leeft van gemiddeld van 12.000 euro per jaar, 60% daarvan is man en 80% genoot een kunstopleiding. De cijfers liegen niet. Maar zonder kennis of context betekenen ze ook niks. Dus die liegende mannen en vrouwen van Jay-Z zullen de cijfers moeten interpreteren, betekenis geven en vooral ondervragen.
De andere kant, de realiteit die buiten de cijfers ligt, zijn de ontslagen die gepaard gaan bij het omvallen van een instelling en drastische budget cuts; de emigrerende kunstenaars, het groeiende leger vrijwilligers (dat bijvoorbeeld het salaris van Pijbes complementeert) en het inkomen van de kunstenaar dat vooral van bijbanen komt en niet uit verkoop of honoraria, noch van de veilingen waar de krant zo graag over bericht.
Getallen zijn leidend, maar tonen slechts een klein deel van de realiteit. Alles wat buiten de parameters, cijfers en statistieken blijft, is onzichtbaar. Even onzichtbaar als de websites en stukken kaart die Google niet toont, en de slachtoffers, oorlogen en vluchtelingen die het nieuws niet halen. En zelfs niet de informatie die voor 2005 tot stand kwam en nooit is gedigitaliseerd. Die paar duizend jaar aan informatie, die data zo u wilt, die nooit in enen en nullen is gevat, blijft buiten ons digitale extern geheugen en de ingecalculeerde kennis van algoritmen. Ontelbaar voor de statistiek.
De omgang met de hoeveelheid informatie die elke seconde op ons afkomt, het verwerken daarvan, het eventuele onthouden of opslaan is misschien wel de belangrijkste opgave van vandaag. Hoe kunstenaars hier mee omgaan, waartoe getallen allemaal in staat zijn en vooral ook wat zij missen, is het onderwerp van deze bijlage. Kunst als alternatief en metrisch tegengif: antidata.
Vincent van Velsen is kunsthistoricus, criticus en curator en gastredacteur van antidata
Vincent van Velsen
is redacteur Metropolis M en conservator Stedelijk Museum Amsterdam