metropolis m

Dit najaar zal het Argentijnse kunstenaarscollectief Etcétera twee maanden verblijven bij de GGz Eindhoven, in het kader van een residentie bij het Van Abbemuseum, waar ze vanuit het ‘errorisme’ gaan kijken naar behandelingsmethodiek in de geestelijke gezondheidszorg.

Etcétera is in 1997 ontstaan uit een groep vrienden die elkaar via het ondergrondse cultuurcircuit en van verschillende manifestaties in Buenos Aires kenden. De jonge acteurs, dichters en beeldend kunstenaars voelden een gedeelde noodzaak om zich tegen machtsmisbruik door de staat te keren. In veel van hun families waren mensen verdwenen of gemarteld tijdens de militaire dictatuur. Samen met H.I.J.O.S., de organisatie van kinderen wier ouders spoorloos zijn, streden ze tegen de straffeloosheid van de daders. President Carlos Menem, die tussen 1989 en 1999 het land bestuurde, had ze namelijk gratie verleend of plaatsvervangend huisarrest gegeven. Nu justitie ze niet zou vervolgen, zouden de activistische jongeren er zelf wel voor zorgen dat de samenleving niet zou vergeten wie er verantwoordelijk waren voor de staatsterreur in de periode 1976-1983. Op ludieke wijze droeg Etcétera hieraan bij. Met zelfgemaakte maskers en kostuums traden ze op, bliezen ze op hun trompetten, gooiden ze verfballonnen en simuleerden ze voetbalwedstrijden van Argentinië tegen een ander soort Argentinië.

Ze waren in die tijd net tiener af, Federico Zukerfeld en Loreto Garín Guzmán, de enige twee van de oorspronkelijke groep die het collectief nog in leven houden. Ze zijn inmiddels ook levenspartners en vullen elkaar naadloos aan wanneer ze in hun woonkamer over hun werk en leven spreken. ‘We gaan nog steeds de straat op, maar we worden inmiddels ook uitgenodigd door musea’, zegt Garín Guzmán. ‘En we passen onze strategieën om maatschappelijke conflicten aan te kaarten aan per platform.’

Naast een sterke morele overtuiging, strijdend tegen onrecht, machtsmisbruik en terreur, worden ze ook gevoed door het surrealisme. ‘We hadden een vaste stek nodig om onze acties voor te bereiden’, vertelt Zukerfeld. ‘We kraakten een leegstaand huis, dat van een surrealistische kunstenaar en drukker bleek te zijn geweest. Zijn hele bibliotheek stond vol geweldige boeken van onder anderen André Breton. Die boeken hebben ons mede gevormd.’ Garín Guzmán vult aan dat de zoon van de huiseigenaar hun aanwezigheid toestond en zich zelfs een tijdje bij de groep voegde.

De rebellie van het collectief richt zich niet tegen een bepaald regime, maar tegen systemen in het algemeen. Etcétera is kunstzinnig in hun activisme en activistisch binnen de kunst. Hun eerste museale tentoonstelling in het Centro Cultural Recoleta van Buenos Aires was zo’n activistische happening. Het beleid van voormalig president Menem had niet alleen straffeloosheid tot gevolg, maar ook een stijging van de werkloosheid, armoede en honger. A Comer! (1998), vrij vertaald Aan tafel!, heette de tentoonstelling waar de kunstenaars iedere avond kookten en wijn schonken voor eenieder die langskwam.

In de gelegenheidseetzaal hing een versie van Het Laatste Avondmaal, een werk waarop Jezus, Vladimir Lenin, de Pink Panther, Yasser Arafat en Sigmund Freud samen met Etcétera naar lege borden staren. Elders in de zaal stond de levensgrote pop El niño globalizado (1998) met een ballon als buik (ballon is globo in het Spaans), dat via een mechaniek groeit. ‘Een verzamelaar wilde dat werk van ons kopen toen we het bij onze antikunstbeursstand buiten de hal van de jaarlijkse fair tentoonstelden’, vertelt Zukerman. ‘Verrast als we waren, bedachten we een prijs op het niveau van de prijzen op de beurs. De verzamelaar wilde deze halveren, waarop we resoluut nee hebben gezegd’, vult Loreto Garín Guzmán aan. ‘En dat terwijl we ons laatste geld aan het vervoer van onze stand hadden uitgegeven.’ Hun ideeën over rechtvaardigheid, vrijheid en onafhankelijkheid zijn als de pilaren onder het fundament van de groep. Zelf verwoorden ze het poëtischer, zoals de naam van het collectief suggereert: ‘We zijn niet mannelijk, we zijn niet vrouwelijk. Het is een begin en een eind, een zin zonder slot.’

Het jaar erop crashten de rebellen de opening van de beurs. In galatenue, als verzamelaars, strooiden ze er zelfgedrukt geld rond. Op de ene kant een waarde in dollars en op de andere de loze waarde van de peso, de naderende devaluatie aanvoelend. In 2001 haalde de werkelijkheid hun surreële actie in. De Argentijnse peso had zijn waarde verloren, banken sloten hun deuren, mensen konden niet meer bij hun eigen geld en uit wanhoop werden supermarkten bestormd. Het collectief hernam haar plek in de straat, protesteerde en organiseerde happenings. De dag dat de regering de begroting besprak, werd iedereen die ‘schijt’ had aan de situatie opgeroepen om voor het Congres bijeen te komen voor El Mierdazo, een ‘schijthappening’. Er stond een toiletpot voor het staatsgebouw, waar je je behoeften kon doen, die vervolgens tegen het gebouw werden gegooid. De actie kreeg vervolg in het hele land; andere overheidsgebouwen en banken die gesloten bleven, werden besmeurd.

In 2003, na deze roerige tijden met een snelle opeenvolging aan presidenten, leek de kalmte in Argentinië weder te keren met Néstor Kirchner als president. ‘We kwamen op een interessant punt voor ons collectief’, zegt Garín Guzmán. ‘Voor sommigen leek de strijd gestreden.’ De regering van Kirchner draaide het generaal pardon terug en probeerde Argentinië uit het economische slop te halen zonder toe te geven aan de voorwaarden van supermachten. ‘En tegelijkertijd zorgde de crisis voor internationale belangstelling. Curatoren, filosofen, Naomi Klein; ze kwamen allemaal langs. En we werden uitgenodigd voor tentoonstellingen in het buitenland.’ Ze moeten er nog steeds een beetje om lachen en vergelijken het met een lokale band die opeens op wereldtournee mag. De existentiële vraag naar hoe nu verder bleef hangen, terwijl de situatie in Argentinië zich normaliseerde en de noodzaak ontbrak. Door de war on terror en het buitenlandbeleid van de Amerikaanse president George W. Bush kwam er nieuwe druk op Argentinië te staan. Bush wilde in Latijns-Amerika steun krijgen voor zijn beleid via een top in de Argentijnse badplaats Mar del Plata. Er was weer urgentie voor Etcétera. ‘Er waren helemaal geen Bin Ladens in Argentinië’, zegt Zukerman, ‘al wilden de media ons dat wel doen geloven. Dus bedachten we, dat we als cartoonachtige terroristen naar Mar del Plata zouden gaan onder het mom van een filmopname. Door een drukfout werden we “erroristen” genoemd.’ Dit toeval leidde tot de start van de volgende fase van het collectief, waarin vergissingen en de acceptatie van fouten centraal staan. De film over de erroristen in Mar del Plata verliep uiteindelijk ook niet volgens plan. Vanuit Amerikaanse helikopters werden ze gespot en agenten werden op hen afgestuurd. Ze konden de agenten overtuigen dat ze een filmcrew waren en één van hen heeft zelfs meegespeeld in de film. Hij was weliswaar agent, maar liever was hij acteur geweest.

Toeval, vergissingen, fouten; het zijn menselijke eigenschappen. ‘Als we in kunnen zien dat we vergissingen maken en deze accepteren en doorgronden, werkt dat enorm bevrijdend’, legt Garín Guzmán uit. Ze hebben het ‘errorisme’ als beweging de afgelopen jaren verder uitgebreid. Er is inmiddels een manifest, een website, een tijdschrift en volgend jaar is er zelfs een internationale conferentie gepland in Buenos Aires. ‘We waren niet de enigen die de waarde van het erkennen van fouten inzagen. In Engeland bestond ook al een groep en we hebben ook al erroristen in Istanbul ontmoet. De groep kunstenaars, filosofen, sociologen en andere figuren groeit nog steeds.’ Het tweetal pakt met een steeds groter netwerk de taak op om op een multidisciplinaire manier politieke en maatschappelijke vergissingen voor het voetlicht te brengen. Ze zijn bijvoorbeeld een petitie gestart om de hel op te heffen en willen dit aan de paus aanbieden. Op guerrilla-achtige wijze en met weldoordachte argumentatie verzamelen ze handtekeningen bij biënnales. Ook academies vormen een platform. Het doorgeven van hun visie en tactieken vindt het duo belangrijk. Anekdote op anekdote volgt over hoe ze studenten, die vooral graag deel uit willen maken van de gekunstelde wereld van de hedendaagse kunst, stimuleren na te denken over hun rol als kunstenaar en ze uit te dagen naar pijnpunten in de samenleving te kijken en daartegen te ageren. De uitnodigingen van musea en universiteiten weerhouden ze er niet van om ook gewoon nog de straat op te gaan. Tegen het eind van ons gesprek, vertrekt Zukerman naar het Congres. Hij trekt zijn jas aan en geeft ons een knipoog op weg naar de barricades. Speelse rebellie in dienst van de vrijheid.

Silvia Rottenberg

is freelance kunstcriticus en directeur van het Nederlands Instituut Buenos Aires

Uit 470 aanmeldingen heeft Etcétera een residentieplek bemachtigd met een voorstel om vanuit het errorisme methodes in de gezondheidszorg te ontwikkelen. Ze zullen in de maanden oktober en november in Eindhoven zijn. Ze krijgen een werkplek op het terrein van de GGz Eindhoven en gaan daar kijken op welke wijze ze het gedachtengoed van het errorisme toe kunnen passen op de psychiatrie. Het idee is om psychiatrische patiënten van hun maatschappelijke stigma te bevrijden. Door psychiatrische ziekten vanuit het errorisme te benaderen en de ziekte te zien als een programmatische fout, verschuift het denken erover. Ze willen methodes ontwikkelen om de ‘fout’ te accepteren of zelfs te omarmen.

Silvia Rottenberg

Recente artikelen