Kiev – Moskou
Biënnale van Kiev – Moskou
Door Defne Ayas en George Schòllhammer & Hedwig Saxenhuber
Van een wereldwijd succes is de biënnale langzaam veranderd in een probleem. De financiering is vaak dubieus, de artistieke en politieke doelstellingen ambigu en de relaties met de bestaande machtsstructuren twijfelachtig. Na een jaar van protesten en boycots door kunstenaars voor en tijdens de opening van de verschillende biënnales, rijst de vraag of dit tentoonstellingsmodel zichzelf niet opnieuw zou moet uitvinden. Hoe kan het nog zinvol en succesvol zijn? Metropolis M vroeg het de curatoren van de biennales van Kiev en Moskou.
Georg Schöllhammer en Hedwig SaxenhuberIs de op evenementen gebaseerde culturele economie niet juist het probleem hier? Die zit diep in het liberale cultuurbeleid en domineert een groot deel van het kunstsysteem. Al sinds zijn begin in de negentiende eeuw is de biënnale verbonden aan de representatie van nationale, culturele macht. Er is tussen de biënnales ook veel onderlinge rivaliteit. In de vroege kritiek op het model zit de tweespalt al tussen het onderhandelen met de heersende macht in de culturele sector en het streven naar alternatieve netwerken. Door de groei van het aantal biënnales in de laatste twintig jaar zijn deze problemen versterkt aan het licht getreden, zij het ex negativo. Ze hebben ervoor gezorgd dat de vroeger perifere en onzichtbare praktijken zichtbaar zijn worden.
Voor ons is het nog te vroeg om dit voorheen succesvolle model volledig te verwerpen. Het is juist bruikbaar in het ontwikkelen en naar buiten brengen van alternatieven. De immanente kritiek moet zich daarbij laten leiden door de kennis die iedere curator meebrengt bij deze onderneming, afgezien van de normen die men bekritiseert. Toen we dit voorjaar The School of Kyiv mede-oprichtten als een zelfgeorganiseerde structuur die verdergaat dan de gebruikelijke biënnale, hebben we deze dialectiek uitgebreid besproken. Toch is de ondertitel Kyiv Biennale 2015 geworden.
De vragen gaan verder dan enkel de biënnale. Ze gaan over de hele geglobaliseerde en zich uitbreidende kunstwereld – zo niet ook over de politiek. Het biënnalemodel is net zo versleten als de andere modellen – de groepstentoonstelling, het festival of de museale tentoonstelling – maar het vindt zich wel steeds opnieuw uit. Kijk bijvoorbeeld naar recente voorbeelden in Athene, Boedapest en Kochi. Toen we samen met onze collega’s van het Visual Culture Research Centre in Kiev besloten door te gaan met De School van Kiev nadat de staatsinstelling die ons had ingehuurd om de tweede Biënnale van Kiev te cureren zich terugtrok, waren we ons ervan bewust dat we de aantrekkingskracht van dit biënnalemodel moesten inzetten om de zichtbaarheid ervan te vergroten. Door het een biënnale te noemen en het bestaande Kievse institutionele veld erbij te betrekkenkon alles doorgaan.
De lokale activiteiten van de The School of Kyiv gaan na het evenement door. Uiteraard is de situatie complex, nu Oekraïne in een diepe economische crisis en oorlogssituatie zit. Maar het open karakter van deze biënnale stelt ons in staat om het project niet enkel als een internationaal kunstevenement te zien, maar als iets dat gebaseerd is op de reflectie en competenties van burgers, die geïnteresseerd zijn in een platform voor discussie, beschouwing en verbeelding. Kunst kan niet en wil ook niet een direct en schijnbaar transparant antwoord geven op vragen over de politieke of culturele machtsverhoudingen. Kunst kan wel de aannames die achter dergelijke kwesties zitten verkennen en een positie innemen, zonder het conflict te neutraliseren of centraal te stellen.
Aan de orde is de vraag welke houding men moet aannemen met betrekking tot de dominante machtsstructuren en culturele economieën. Moet men zich terugtrekken in een zuivere, en indien nodig, cynische Realpolitik, of moet men een duidelijk kritisch standpunt innemen? Natuurlijk zijn we niet zo naïef om te denken dat de machthebber zijn macht uit eigen beweging zal afstaan. Maar we zijn er wel van overtuigd dat het voortdurend werken aan alternatieven niet zonder gevolgen zal blijven.
Defne AyasHet centrale thema van de Biënnale van Moskou is de vraag hoe we ons kunnen organiseren. Een van de belangrijkste uitdrukkingen binnen de Russische traditie is het begrip de ‘sovjet’, dat ‘raad’ en ‘vergadering’ betekent, maar ook ‘advies’, ‘harmonie’ en ‘eendracht’. Etymologisch gezien is het afgeleid van de begrippen ‘samen’ en ‘raad’ en de Oerslavisch verbale stam ‘v?titi’, wat ‘praten’ of ‘spreken’ betekent. Hoe gaan we met elkaar spreken? We zijn er niet bijzonder goed in.
De zesde editie van de biënnale zoals samengesteld door Bart De Baere, directeur van het MUHKA, Antwerpen, Nicolaus Schafhausen, directeur van Kunsthalle Wien, en mijzelf stelt deze vraag nog radicaler: hoe kunnen we samenleven? Dit is een nog ambitieuzer doel dan spreken met elkaar en daarbij ook fundamenteler, een noodzakelijke voorwaarde. Mensen die geen manieren van samenleven vinden, kunnen niet samen spreken. Systeemdenkers zoals de voormalige Griekse minister van financiën Yánis Varoufákis (ook voormalig bureauredacteur van WDWReview.org), architecten Rem Koolhaas en Eyal Weizman, futuroloog Maya Van Leemput, globaliseringstheoretici zoals Saskia Sassen en Ackbar Abbas beantwoorden vragen over de fundamenten van een beter leven, de basis voor een kiessysteem, de definitie van het ‘wij’ (volk, stad, natie, imperium?), Moskou in de toekomst, en hoe beter samen te leven. Er wordt samengewerkt met kunstenaars als Flaka Haliti, Simon Denny, Anton Vidokle, Isa Genzken, Rana Hamadeh en Qiu Zhijie. Zij zullen doen wat ze het beste doen: denken door kunst te maken en tot actie over te gaan.
Moskou is een uitdagende, zelfs fel bediscussieerde tentoonstellingsplaats en stimuleert daarom na te denken over de vraag: hoe nu verder? Als organisatoren maken we ons niet druk over wat anderen van ons verwachten of willen. We willen geen concessies doen aan ons streven: een tijdelijke publieke ruimte, een ‘ThinkIn’ zoals wij het wel eens noemen. Natuurlijk zijn er veel beperkingen: het budget is veel te laag, zodat veel niet kan worden gerealiseerd, de situatie is ingewikkeld en in beweging, zelfs min of meer in crisis. Niet iedereen kan komen. Maar dat geldt voor elke onderneming. Dus gezien de uitdagende omstandigheden, zij het politiek, logistiek, cultureel of financieel, moesten we wel een radicaal gebaar maken.
De biënnale duurt om die reden maar tien dagen. In plaats van een volwaardige tentoonstelling willen we een denktank in realtime. Waarom? Gezien de beperkingen voelden we ons genoodzaakt om alles wat tentoonstellingen vandaag zo duur maakt te schrappen en het beperkte budget te investeren in mensen die wij ten zeerste waarderen. We hebben kunstenaars gevraagd om aanwezig te zijn op andere manieren dan enkel bij de opbouw van hun kunstwerken in situ. Van sommige kunstenaars hebben we enkel een beeld gevraagd waarover we kunnen nadenken. Andere kunstenaars, zoals het fotografencollectief Birdhead uit Shanghai, zijn uitgenodigd om hun visie op Moskou met ons te delen. Er zijn dagelijks lezingen en performances van kunstenaars, er is een dagelijkse talkshow door de Chinese schrijver Mian Mian en informele bijeenkomsten in kleinere groepen.
We willen kijken of we tijdens de biënnale een ander soort heden kunnen vinden. Een heden dat gericht is op mogelijke uitgangspunten die voorbijgaan aan de impasse waarin onze relatie met Moskou als gevolg van de Europese Realpolitik verkeert. Moskou is nu eenmaal de hoofdstad van een grootmacht, met de belofte een cultureel brandpunt van belang te zijn, maar waar evengoed veel extremiteiten van de hedendaagse mensheid samenkomen. De stad biedt ook de middelen om zich erme uiteen te zetten.; Onze poging kan voer zijn voor kritiek, boycot op afstand, maar dat is niet ons doel. Na afloop van de tien dagen willen we de gebeurtenissen bewerken, annopteren en de nieuwe mogelijkheden die ze hebben geboden gespreken. Er zal een documentaire tentoonstelling komen op de website.
We hopen natuurlijk dat het de vraag beantwoordt waar deze vermeend laatst overgebleven onafhankelijke ruimte over zou moeten gaan.
Onze vraag is hoe je geen compromis sluit als het om je eigen ambitie gaat; hoe je een tijdelijke openbare ruimte creeert waarin alle mensen die eraan deelnemen – niet alleen de organisatoren, kunstenaars en denkers, maar ook het publiek – meer grip krijgen op de toekomst en de mogelijke wegen die we kunnen inslaan. Dat is urgent, niet alleen voor Moskou.’
Georg Schöllhammer en Hedwig Saxenhuber zijn curatoren van de Biennale van Kiev, en Defne Ayas, directeur van Witte de With, is samen met Bart De Baere en Nicolaus Schafhausen curator van de zesde Biennale van Moskou
Uit het Engels vertaald door Loes van Beuningen
Biënnale van Kiev
The School of Kyiv – Kyiv Biennial 201508.09.2015 – 01.11.2015
www.theschoolofkyiv.org
Biënnale van Moskou
22.9 t/m 1.10.2015
tentoonstelling:
3.10 t/m 1.11.2015
6th.moscowbiennale.ru
Defne Ayas