metropolis m

Wat gebeurt er als je drie bevriende kunstenaars een maand lang een monumentale, leegstaande ruimte geeft, en zegt dat er aan het einde van die maand een tentoonstelling moet staan, zonder verdere richtlijnen?

Marian van Zijll Langhout zag dat experiment wel zitten en nodigde Benjamin Roth en Daniel Hofstede uit een tentoonstelling te maken in een ruimte die ze tijdelijk heeft gered van leegstand door er een pop-up dependance van haar galerie VZL/Contemporary Art te vestigen. Op hun beurt nodigden Roth en Hofstede, die in verleden veel samen hebben gewerkt, Kaleb de Groot uit zich bij hen te voegen.

Het resultaat, met daarin bestaand en nieuw werk, maakt in een oogopslag duidelijk dat de drie hebben gekozen voor het ruimtelijk arrangeren van individueel werk ten opzichte van dat van de anderen en daarbij gebruik maken van de eigenschappen van de ruimte, zoals Roth doet met het volop aanwezige licht. Dus, geen Gesammtkunstwerk, maar een parcours doorheen werken van de drie makers. Uitdaging en doel bij het maken en samenstellen was, aldus de drie, om openlijk een balans te vinden tussen de duidelijke overeenkomsten in hun werk en de verschillende vertrekpunten en nuances in ieders oeuvre.

Overzicht

Wat meteen opvalt in de tentoonstelling zijn de verschillen in schaal en dat geen enkel werk geïsoleerd te bekijken is: kijkend naar een klein keramieken werk van De Groot, zie ik in mijn ooghoek een door Benjamin Roth gemaakte, meer dan twee meter hoge muur van houten panelen die in een felgeel geschilderd ruitpatroon het licht dat door de pui naar binnen komt terugkaatst op het andere aanwezige werk. Ook de overeenkomsten zijn duidelijk: veel werken zijn gemaakt van hout uit de bouwmarkt en er zijn geen luidsprekers en tv- of computerschermen te bekennen.

Roth zorgt duidelijk voor het grote gebaar, maar hij doet dat zonder oog voor detail te verliezen. De tweede wand die hij in de ruimte plaatste is bedoeld om het licht van de felgeel geschilderde geruite wand op te vangen en is daarom een beetje gekromd. Als je dat eenmaal door hebt, dan zie je ook dat er een barstje zit in elke secuur uit asfalt gesneden vorm die hij als ingelijste wanddecoratie presenteert. Kleine, licht ironische details die de eerste monumentale indruk lichtvoetig en zelfbewust ondermijnen.

Kaleb de Groot

Daniel Hofstede toont onder andere twee vrijwel identieke houten, met een strakgespannen feestslinger en een met verf bespoten canvas bekleedde constructies –bushokjes noemde een vriend van hem ze- die de namen “Lukas” en “Julia” dragen, de twee namen die op dit moment het meest aan pasgeborenen worden gegeven. De constructies zijn niet hoger dan Hofstede’s eigen lengte met uitgestrekte armen: hoger kon hij ze niet maken. Zo speelt Hofstede openlijk met banale algemeenheid, gemiddeldes en de beperkingen van iedere mens als maker, om naar eigen zeggen uiteindelijk de uniciteit en hang naar functionaliteit van een werk van binnenuit te ontkrachten.

Kaleb de Groot

Van alle getoonde werken zijn die van De Groot het meest ongrijpbaar en raadselachtig: naast strakke, industrieel gefabriceerde MDF wandpanelen met ingelegde houten, hoekige vormen laat hij net zo goed werken zien die hun oorsprong vinden in zijn verblijf in Ethiopië en die daarover een geëngageerd verhaal lijken te willen vertellen, zoals een assemblage waarin een houten hoofdsteun beplakt met geweren is verwerkt.

De wisselwerking tussen de werken van deze drie makers is bijzonder: het biedt me als toeschouwer, onder het houten uiterlijk, een gelaagde mix van referentiekaders, bewegend tussen de reflectieve, soms banale humor in het werk van Hofstede tot het grootse maar detail-gevoelige perfectionisme van Roth en de vervreemdende frictie tussen narratief en abstractie van De Groot. Zodra ik mezelf er bijvoorbeeld op betrap dat ik het werk van Hofstede vooral als een mop over modernisme en uniformiteit begin te zien, roept het etnografische aspect in het werk van De Groot me tot de orde door duidelijk te maken dat dat aspect net zo goed aanwezig is in het werk van Hofstede.

Met een vol hoofd verlaat ik de tentoonstellingsruimte, maar wat op de fiets naar huis boven komt drijven is een werk van De Groot, een bizarre, rauwe houten maquette waarvan de doorzichtige plexiglas stofkap doorboord wordt door houten en keramieken stokken. “Soms droom je iets, en moet je dat gewoon maken”, vertelde hij me.

Daniël Hofstede


Souffler is tot en met zondag 27 september te zien in de pop-up ruimte van VZL/Contemporary Art tegenover het Lloyd Hotel in het Oostenlijk Havengebied van Amsterdam. De finissage vind plaats van 14:00u tot 17:00u op 28 september.

Alle foto’s courtesy VZL/Contemporary Art, fotograaf: Ernst van Deursen

Marek van de Watering is stagiair bij Metropolis M

Marek van de Watering

is kunstenaar, schrijver, educator, organisator en onderzoeker

Recente artikelen