KASK, Gent Graduation Show 2016
Het aller aller allerlaatste eindexamenverslag van deze zomer. Grete Simkuté over het KASK.
De afstudeertentoonstellingen van het Koninklijke Academie van de Schone Kunsten in Gent vonden dit jaar plaats op hoofdzakelijk twee locaties op het campus: de toegepaste kunsten waren te bezichtigen in de ‘Zwarte Zaal’, het auditorium, en de vrije kunsten in KIOSK, de projectruimte voor actuele kunsten die gelieerd is aan de academie. Wim Waelput, directeur van KIOSK, coördineert en cureert al jaren de expositie waarin de positie van studenten die autonoom opereren wordt uitgelicht. “KIOSK toont een selectie over alle ateliers heen”, vertelt hij. “Voor mij zijn er grosso modo twee clusters te onderscheiden dit jaar: werken die ontstaan zijn vanuit een procesmatige aanpak, en werken die spelen op een formeler niveau.
In de eerste groep kun je denken aan Amina Saâdi, die gedurende twee jaar in de Brusselse probleemwijk Versailles onder andere creatieve ateliers opzette en design gebruikte als een sociaal middel. De studenten van de tweede groep kijken meer naar een beeld zelf, of dat een object is of kan zijn, en verhouden zich kritisch ten opzichte van hun eigen medium.” Waelput noemt in dit verband de naam van Tim Bruggeman, in zijn ogen toch wel één van de uitschieters. “Tim verdiepte zich in het archief van dokter Beaucourt, een Antwerpse spoedarts die in de jaren 90 een diareeks maakte met afbeeldingen van verongelukte jongeren in het verkeer. Het was zijn manier om de club- en disco-gangers te sensibiliseren voor het gevaar van rijden met drank en drugs op. Tim manipuleerde, bewerkte, verknipte de beelden om het idee van gruwel weg te krijgen, en bevraagt daarmee de aard van de foto’s: wat voor betekenis hebben die nu nog, in de gemanipuleerde beeldenstroom van vandaag? Werken ze ook als tastbaar object? Hoe kunnen ze, als analoge beelden, op zich staan in de digitale wereld?” aldus Waelput.
Of deze lichting van 23 afstudeerders nog een thematische trend toonde, was er een rode lijn? “Het viel wel op dat, meer dan andere jaren, er werken waren ontstaan vanuit een sociale betrokkenheid”, vindt de curator. “Naast Amina’s project, was er bijvoorbeeld ook het werk van Golnesa Rezanezhad, die een patchwork maakte met een community van Turkse vrouwen en hun eigen foto’s hiervoor gebruikte. Binnen de academie bedacht een docent de Open Design Course, een korte kunstopleiding voor asielzoekers en vluchtelingen die binnenkort van start gaat. De maatschappelijke urgentie sijpelt de academie binnen.”
Amina Saâdi wilde de lege plek in het Brusselse stadsarchief over haar wijk, Versailles, opvullen met foto’s, ontwerpen, t-shirts en teksten die ze samen met de bewoners maakte.
Golnesa Rezanezhad werkte samen aan een patchwork met vrouwelijke migranten om hun ‘gearchiveerde herinneringen’ (privé-foto’s) te vertalen in een gedeeld verhaal.
Lander Cardon speelt met de verhouding tussen sculptuur en architectuur. Honderden jaren oude eiken balken, verwijzend naar de plattegrond waar de kunstenaar opgroeide, verkrijgen een sciencefictiongehalte door de toegevoegde aluminium structuren die doen denken aan elektronische banen van printplaten.
Marthe Coolens voert een rigide onderzoek naar de aard van het beeld. Net als in haar fotografische beelden, waarbij ze samengestelde foto’s maakt van Google Images, is deze sculptuur (een ‘ruimtelijk beeld’) tot stand gekomen door verschillende elementen samen te voegen. ‘Modulair’ is het sleutelwoord in haar praktijk.
Jonas Vanderbeke maakt uitsnedes uit tijdschriften, waarbij het element tekst in zijn werk als vlak fungeert. De tegenstelling tussen het grafische en de hand van de schilder vindt hij een interessant gegeven.
Tim Bruggeman paste verscheidene printprocessen toe op een foto-archief van een spoedarts.
Anne Marie Sampaio liet een een draai aan een houten pollepel de richting uitwijzen van haar wandelingen door de stad. Uit de impressies die ze neerschreef, destilleerde ze zinnen voor op de muur. “Een pad openbaart zich pas wanneer we anders naar het dagelijkse kijken of wanneer we minder tastbare paden bewandelen.”
Roeland Van Trigt over zijn project: “Ik was een geheime dienst begonnen, vermomd als establissement. Daarna was ik betrokken bij het oplichten van toeristen. Weet dat ik mijn hoogst persoonlijke geheime maatschappij aan het oprichten ben.”
Tine Deboelpaeps sculpturen zijn teder en koppig tegelijk. Ze is gebiologeerd door het spanningsveld tussen de ongebonden natuur en de wetenschappelijke natuurbeschouwing waaraan die onderworpen is. Organische elementen komen samen met een geometrische vormgeving.
Elleke Frijters: “Mijn sculpturen zijn niet abstract, evenmin figuratief van aard, noch volkomen vervreemdend, noch meteen herkenbaar. De betekenis is niet in één opslag duidelijk; men moet voor zichzelf op zoek gaan naar een betekenis.”
Jasper Baeckelandt toont een reeks objecten die vervreemd zijn van hun oorspronkelijke betekenis: een zoektocht langs de grenzen tussen mens en natuur.
Merel Baeyens vatte in boekvorm een beeldend onderzoek over het voorbij gaan van tijd en de mogelijkheden die dat ons biedt onder de naam ‘Rimpelingen’.
Katja de Vries werkte rond schrijvers van absurde verhalen: Kafka, Kharms en Topors.
Sophie Schreinemacher bevindt zich in ‘Fragile stability’ op het grensvlak tussen textiel en architectuur. “De woorden ‘dak’ en ‘deken’ stammen allebei van ‘bedekken. Echter belichamen ze deze beschermende functie allebei op verschillende manieren.”
Shanna David bracht vrijheidslievende individuen in beeld die bewust de keuze maken zich terug te trekken uit de samenleving. “Deze mensen vallen terug op hun indrukwekkende inventiviteit om met de troeven en beperkingen van hun leefomgeving om te gaan.”
Annelies Van Den Bergh verliet met haar gezin na zestien jaar hun huis. “Ik was bang dat het oude huis me zou ontglippen, alsof ik dan iets belangrijks kwijt was.” Aan de hand van haar jeugdherinneringen fotografeerde ze alle kenmerkende dingen in haar ouderlijk huis.
Jolijn Degrande creëerde een reeks over kinderen en jongeren die opgroeien in een open voorziening.
Hermine Cooreman maakte veel selfies. In haar project onderzoekt ze het in scène zetten van een leven. “Zonder drama is er geen show, maar zonder publiek evenmin.”
Ella Vandenbussche: “Verharde stukken leiden ons gemakkelijk van punt A naar punt B. Van de straatkant naar de voordeur, van het trottoir naar de brievenbus. Functionaliteit gecombineerd met esthetiek.”
Felix D’huys trok er op uit in een zelfgefabriceerde hybride tussen huis en vervoersmiddel. Wat is het effect van zelfgekozen verbanning voor creativiteit?
BIJ METROPOLIS M NR 4-2016 (AUGUSTUS-SEPTEMBER) VERSCHIJNT DE JAARLIJKSE EINDEXAMENBIJLAGE MET PORTRETTEN VAN DE BESTE KUNSTENAARS VAN DE NEDERLANDSE EN BELGISCHE KUNSTACADEMIES
NU IN HET NIEUWE NUMMER VAN METROPOLIS M: HET GROTE KUNSTACADEMIE ALUMNI ONDERZOEK. EEN GROOT ONDERZOEK NAAR HOE JONGE KUNSTENAARS TERUGKIJKEN OP HUN ACADEMIETIJD EN DE EERSTE JAREN VAN HUN KUNSTENAARSCHAP
Metropolis M No 3-2016. Nu overal te koop, of bestel: [email protected] (€9,95 incl verzending)
METROPOLIS M KAN NIET ZONDER UW STEUN. NEEM NU EEN JAARABONNEMENT. DAN STUREN WE U DIT NUMMER GRATIS OP.
(OVV ZOMERACTIE; NB deze actie geldt alleen voor adressen in Nederland)
Grete Simkuté
is journalist en auteur