metropolis m

De roep om beeldende kunst een ruimere betekenis te geven dan die van toeristenmagneet in blockbusters en museaal verzamelbaar object leeft op. Witte de With haakt erop in met Across the Board, een exclusief, interdisciplinair platform waar een jonge generatie beleidsmakers met elkaar discussieert over de waarde van kunst in breder cultureel en maatschappelijk verband. Floor van Luijk bezocht namens Metropolis M een van de bijeenkomst met als gastsprekers de verzamelaars Martijn Sanders en Wilfried Lentz.

‘Hey een nieuwe klasgenoot!’ hoor ik iemand zeggen zodra ik de galerieruimte van Galerie Wilfried Lentz binnenloop waar de bijeenkomst dit keer plaatsvindt. In ruwweg twee maanden tijd komen de deelnemers van Across the Board zes keer bijeen voor lezingen, masterclasses en discussies. Het programma ging op 30 september van start en loopt inmiddels tegen zijn eind. In korte tijd is het groepje van negentien jonge professionals merkbaar tot een hechte klas verworden.

Iedere bijeenkomst wordt verzorgd door een spreker die op eigen wijze het culturele domein met andere domeinen verbindt. Dat is het belangrijkste doel van het programma: het productief samenbrengen van het culturele, publieke en private of zakelijke domein, zo legt Yoeri Meessen uit, die er vanuit Witte de With verantwoordelijk voor is.

Zowel de sprekers als de deelnemers zijn geselecteerd om de uiteenlopende domeinen te reflecteren waar het programma zich op richt. De eerste workshop werd bijvoorbeeld gegeven door en kunsthistoricus Cuauhtémoc Medina, ook kwamen onder anderen ambassadeur Renilde Steeghs en kunstenaar Gabriel Lester aan het woord.

Martijn Sanders

Wilfried Lentz

Tijdens de bijeenkomst waarbij ik aanschuif ligt de nadruk op het private domein, meer specifiek, de privéverzamelaar. Gastsprekers Martijn Sanders en Wilfried Lentz gaan in gesprek over hun activiteiten als verzamelaar. Wat direct duidelijk wordt is dat bovengenoemde domeinen dwars door elkaar lopen. Zo is uit de verzamelpraktijk van Lentz en zijn vrouw een galerie voortgekomen. Sanders richtte zich tijdens zijn loopbaan onder meer op het runnen van een bioscoopbedrijf, het leidinggeven aan het concertgebouw en het aanvoeren van de AVRO. Daarnaast droeg Sanders bij aan het opbouwen van verschillende bedrijfscollecties. Samen met zijn vrouw bouwde hij ondertussen een omvangrijke privéverzameling op.

Tijdens de bijeenkomst spreken Lentz en Sanders over hun verzamelpraktijk, wat ze doen, en vooral waarom. Na nog geen tien minuten hebben beide heren toegeven dat het verzamelen een haast obsessieve verslaving is die wordt gevoed door een uiterst persoonlijke band met een kunstwerk. Persoonlijke anekdotes worden verteld en frustraties kenbaar gemaakt. Die frustraties liggen vooral bij de explosief gegroeide kunstmarkt waarin ‘edelkitsch’ de markt bevuilt en kunst tot investering wordt gereduceerd. De openhartigheid waarmee ze hierover spreken is opvallend. Achteraf word ik door Lentz en Sanders apart benaderd, of ze het stuk nog even mogen inzien voordat het online gaat. Voor een ‘fact check’ uiteraard.

Vrijwel direct nadat Lentz en Sanders met hun verhaal begonnen zijn worden ze door de deelnemers onderbroken en ontstaat een discussie, over de kunstmarkt en de invloed daarvan op het Nederlandse kunstenveld en het museumwezen. Al voor de pauze is iedereen aan het woord geweest. Er wordt gespeculeerd over een tegenbeweging en nieuwe modellen worden besproken waarmee kunst kan worden uitgewisseld. De openheid waarmee wordt gesproken en de actieve houding van de deelnemers zijn evidente voordelen van de scherpe selectie die aan het programma vooraf ging.

Tijdens de bijeenkomst wordt niet alleen geraakt aan algemeen geldende kwesties maar worden ook de belangen van de gastsprekers ter discussie gesteld. Hun uiterst persoonlijke verzameling maken zij immers ook kenbaar in de publieke sfeer: al in 2007 exposeerde Lentz zijn collectie in Museum Boijmans Van Beuningen, de collectie Sanders werd in 2014 groots getoond in het Stedelijk Museum Amsterdam. Daar beginnen bedoeld of onbedoeld persoonlijke, publieke en economische belangen te versmelten.

Juist binnen de groeiende markt waar Lentz en Sanders zich kritisch tegenover stellen wordt hun verzamelpraktijk van publiek belang. Musea zijn immers in toenemende mate aangewezen op goede relaties met verzamelaars, of worden door deze verzamelaars opgericht. De uiterst persoonlijke keuzes van verzamelaars als Lentz en Sanders worden zodra getoond in de openbaarheid bepalend voor het publieke domein, en daarmee komen ook andere belangen om de hoek kijken. Dat kan schuren. Sanders vertelt lang te hebben getwijfeld over de tentoonstelling in het Stedelijk, en eerdere verzoeken van musea te hebben afgewezen. De collectie was er simpelweg niet voor bedoeld. Uiteindelijk toonde hij toch zijn collectie en genoot ervan.

Hapklare oplossingen op boven genoemde kwesties worden tijdens de bijeenkomst niet geboden. Across the Board is niet uit op simpele remedies:

‘Jonge culturele professionals worden vaak gecontextualiseerd als smaakmakers in de cultuur, als je dan enigszins met politici of bedrijven overweg kan word je in denkgroepjes geplaatst. Ineens wordt van mensen met compleet verschillende achtergronden verwacht om zinvolle structuren te bedenken. Dat moet dan opeens werken, en mag maar een uurtje duren. Bovendien gebeurt dat altijd veel te laat. Met Across the Board willen we jonge mensen die binnen verschillende domeinen opereren van elkaar laten leren’, aldus Meessen.

Dat klinkt zinvol, maar hoe effectief is het werkelijk om met een handjevol mensen zes keer bij elkaar te gaan zitten? Creëer je zo niet juist een eliteclubje dat ver afstaat van de maatschappij waarbinnen kunst moet opereren? Hoe zorg je voor weerklank?

Meessen: ‘Naast Across the Board doet Witte de With nog veel meer om andere doelgroepen aan te spreken, maar we kunnen als presentatie-instelling niet alles zijn voor iedereen. Met Across the Board  hopen we jonge mensen bijeen te brengen die binnen enkele jaren richting gevend kunnen zijn in hun domein. Dat sluit aan bij het profiel van Witte de With, we willen echt iets betekenen voor de samenleving, en kiezen daarom wat dit programma betreft voor topkwaliteit.’

Across the Board is met nadruk bedoeld als een langlopend programma dat zich verder zal uitbreiden en ontwikkelen. Niet alleen zal de reeks jaarlijks gehouden worden, ook hoopt Meessen iedere cohort langere tijd aan het programma te binden, dit door terugkom momenten te organiseren en een publicatie te ontwikkelen. Hoe het programma zich precies zal ontwikkelen, en hoe die publicatie er inhoudelijk uit komt te zien moet nog blijken.

 

Alle foto’s courtesy Witte de With, fotograaf Aad Hoogendoorn

Across the Board, Professional development program for cultural leadership across domains, 30.9 t/m 2.12.2016

7 oktober: Renilde Steeghs / 21 oktober: Ron Soonieus / 4 november: Gabriel Lester / 18 november: Wilfried Lentz and Martijn Sanders / 2 december: Jeanne Gaakeer

Deelnemers: R.S. de Boer (Droog Design, Ph.D. candidate VU Amsterdam), Marie-Louise Calame (project manager FestivalTickets, coordinator and project leader IFFR Rotterdam, Wereldhavendagen Rotterdam), Floor Margarita Cornelisse (social designer, chairman Beeldkanon cooperative, member peer group De GoedeDagvoorzitters), Seren Dalkiran (co-founder Synergized Earth Network, initiator Millennial Motion, Duurzame Jonge 100), Benedine Dassen (sr. policy advisor Ministry of Education, Culture and Science, Heritage and Arts), Nataly van Driel (sr. policy advisor Ministry of Education, Culture and Science, Heritage and Arts), Maite García Lechner (programme manager European Cultural Foundation), Manus Groenen (university lecturer Universiteit Utrecht), Tynke Hiemstra (head of art education Kunst Centraal, chair workgroup of culture GroenLinks Utrecht), Anne Janssen (programmer Passa Porta, international house of literature Brussels), Annika Kappner (artist), Maria Lamslag (Kunsten ’92, Research & Stories), Aurélie Lever (assistant general director Nederlands Dans Theater), Chiara Nuzzi (independent curator, artistic director Sonic Somatic), Claartje Opdam (project manager EYE Filmmuseum), Mihaela Radescu (freelance architect, exhibition designer, researcher), Marieke Tiesinga (analyst ABN AMRO), Jaurana Verschuren (secretary NVTC, Dutch Association for Supervision in Arts & Culture), Martine Zoeteman (founder STADVOGELS, coordinator temporary programs Sandberg Institute)

Floor van Luijk

Recente artikelen