metropolis m

To See the Inability To See, ‘My Garden’s Boundaries Are The Horizon’ bij De Appel (2024)

In de tentoonstelling My Garden’s Boundaries Are The Horizon in De Appel, onderzoekt het collectief To See the Inability To See alternatieve archiveringsmethodes. Zazie Duinker bezoekt de tentoonstelling en leert hoe het archief zowel raadselachtig als open kan zijn; als een constante dialoog tussen binnen en buiten.

In de straat achter mijn oude huis stond een granaatappelboom. Dag in dag uit liep ik langs de boom en draaide ik mijn nek, om al lopende de vrucht volledig te kunnen bekijken. Hij interesseerde me, maar ik kon niet plaatsen waarom. Tot nu, nadat de herinnering eraan bij een bezoek aan My Garden’s Boundaries Are The Horizon in De Appel weer opdoemde. In deze tentoonstelling schetst het collectief To See the Inability To See – bestaande uit Arefeh Riahi, Martín La Roche Contreras en Maartje Fliervoet – meerdere metaforische Perzische ruimtes om hun onderzoek naar andere manieren van kennisverzameling in onder te brengen. Tegenover het eenduidige archief, stellen zij de onbestemdheid van de in Iran traditionele entreeruimte, binnentuin en ten slotte een tuin zonder omheining. Door al deze ruimtes waait een wind van verrassing.

Enigszins verloren drentel ik tussen historische objecten uit de Qajar-periode in Iran en imitaties van voorwerpen, zoals La Roche Contreras’ Magic Box (after David Wojnarowicz). Een Perzisch spiegeldoosje versierd met vogels en bloemen uit de 19e eeuw vangt mijn blik en brengt mijn gedachten naar dubbelzinnigheid, gezichtsbedrog en geheimen.

Uiteindelijk kom ik uit bij La Roche Contreras’ Legitimate Pavilion (2024), een ruimte gemaakt door uit gerecycled papier opgetrokken scheidingswanden waarbinnen een brief in losse bladzijden uitgestald ligt. Unspeakable Secrets: a letter-essay (2021) is een brief, bedoeld om met het publiek te worden gedeeld, waarin Riahi reflecteert op de grenzen tussen privé en openbaar binnen een relatie. Dit doet ze middels een illustratie van de indeling van Iraanse gebouwen in openbare, semi-openbare en privé ruimtes. Een ruimte die haar bijzonder interesseert is de hashti, een achthoekige entreeruimte in Iraanse gebouwen, die binnen met buiten verbindt en toegang verleent tot verschillende ruimtes in het huis. Ze schrijft hierover:

Dear,

Imagine meeting one another again in an imaginary hashti: an octagonal room of possibilities. If we could meet anew at the entrance space of a relationship, what would we do? How would we design this hashti? What places would it take us to? Where would we choose to enter, or invite one another?

Na het lezen van de tekst, betreed ik de tentoonstellingsruimte als nieuw. Het gevoel van potentie dat Riahi in de hasthilokaliseert, lijkt nu opeens voelbaar in de gehele ruimte. In Study of the octagon in three dimensions (2021), bijvoorbeeld, krijgt de bezoeker de kans om uit een projectie constant een nieuw beeld te scheppen. Tegenover een projector, die de binnenkant van een koepel gewijd aan de Iraanse dichter Hafez (1325-1390) toont, is een uit acht delen bestaande spiegel geplaatst die door bezoekers geherpositioneerd mag worden. Zo laat het werk de bezoeker eigenhandig experimenteren met de meerduidigheid van archiefmateriaal. Net als de spiegel, herpositioneer ik mezelf constant in de ruimte en tot de werken. Ik neem een nieuwe route, laat mijn oog vallen op een Iraanse tegel die me voorheen was ontgaan, en buig mij over de uiteengevouwen publicatie op een lage tafel in het midden van de ruimte.

De publicatie, die de titel deelt met de tentoonstelling, kwam tot stand in de loop van 2022-23 en vormt het uitgangspunt van de tentoonstelling. Het onderzoekt conventionele vormen van archiveren, en daagt deze tegelijkertijd uit via diens onvaste vorm. Het is namelijk geen eenduidig boek; ontwerper Elisabeth Klement ontwierp een object dat het mogelijk maakt om verschillende verbanden te leggen en een hoogsteigen verhaal te vertellen. Telkens kan het boek op een nieuwe manier uitgevouwen worden, waardoor het narratief voortdurend van vorm verandert. Het oppert een alternatieve vorm van archiveren, die de aandacht verlegt naar de rol van de persoon in het proces van informatie verzamelen, ordenen en presenteren en zo het anders logge archief verlevendigt. In De Appel ligt het object uitgevouwen op een platform dat het uiterlijk van het boek nabootst. Ook de andere kunstwerken en objecten zijn gepresenteerd op deze lage tafels, waardoor allen onderling met elkaar verbonden worden.

De ruimte laat zich zo lezen als een driedimensionale vertolking van de open methodologie waarmee het collectief in de publicatie experimenteert. Deze methodologie verruilt het bekende, het begrijpelijke en het definieerbare, voor toeval, (her)ontdekking, en onbestendigheid. Rechtlijnigheid maakt plaats voor ruimtelijkheid. Naast de hashti, keren de leden van het collectief hiervoor naar nog andere ruimtes binnen de Iraanse bouwkunst, zoals tuinen.

Oorspronkelijk gezien als het aardse Paradijs, is de tuin een belangwekkend begrip in de Perzische cultuur. Het staat symbool voor de harmonie tussen mens en natuur en zou een hogere orde reflecteren.[1] Tot op heden is de tuin dan ook een belangrijke ruimte in het huis. Het hart van het interieur, de andarouni, bestaat uit een ommuurde tuin die uitsluitend voor dierbaren en familie bestemd is. De kunstenaars gebruiken deze binnenplaats om vragen te stellen over in- en exclusie en ontwikkelen van hieruit een alternatief beeld van het archief. ‘Een tuin zonder hekken,’ is hoe zij zich het archief graag voorstellen.

Op een onverwachte wijze die bijzonder goed past bij de open methodologie die de tentoonstelling demonstreert, herleidt dit beeld mijn gedachten plotseling naar de eerdergenoemde granaatappelboom. Iedere keer dat ik langs deze boom liep, bleven mijn ogen in de takken hangen. Die strekten zich uit tot over het hek en dienden hun mystieke vruchten op aan de gelukkige voorbijgangers. Meerdere malen overwoog ik er een te plukken, maar iedere dag zei ik tegen mezelf: morgen. Ondertussen werden de granaatappels zwaarder en begonnen de takken alsmaar lager te hangen, zodat ik me moest bukken om er onderdoor te kunnen lopen. Toch kon ik me er niet toe bewegen het overrijpe fruit te plukken.

Het onderzoek naar archiveren als een open, dynamisch en doorlopend proces waarvan de tentoonstelling getuigt, bracht me terug bij deze Perzische vrucht. Ik herken een parallel tussen de groei en de oogst en het verschil tussen archiveren als een proces en het archief als een permanente uitkomst. Wat zou er gebeuren als we de oogst overslaan en de natuur, of het archief, zijn eigen gang laten gaan? Misschien hetzelfde als er gebeurde met de granaatappel: op een dag liet hij zich los en stortte op de grond, die hem gulzig opnam. Hoe zal de tuin floreren als we rottend fruit op de grond laten vallen en de bodem laten voeden? Welke processen zouden er plaatsvinden in die donkere, ons onbekende bodem? En wat zou er uit die bodem ontspringen? Buiten de tentoonstellingsruimte loop ik langs het boekenarchief van De Appel, waar Kasra Jalilipours Gut Feelings: Fragments of Truth (2022) te zien is. In dit video-essay, gebruikt Jalilipour fragmenten uit de geschiedenis van Taj al-Saltaneh (1884-1936) – prinses van de Qajar-dynastie en feministisch activiste – als springplank om te duiken in de niet gearchiveerde delen van de geschiedenis. De historische hints bezaaien zoals de felroze pitten van de granaatappel de bodem van het archief. In plaats van oogsten, graaft Jalilipour door.

Zo vallen de puzzelstukjes ineens op hun plek. Het heimelijke spiegeldoosje, de gangen achter de gesloten deuren in de hashti, de onverkende plooien in de publicatie, de desoriënterende gespiegelde projectie, de geïsoleerde binnentuin. Allemaal hebben ze een zekere geheimzinnigheid die iets lijkt bij te dragen aan deze ruimtes en objecten. Zo ook de ongeplukte granaatappel. De geheimzinnigheid herbergt potentie. Om deze potentie echter ooit te realiseren, is een open houding vereist die het onbekende niet schuwt. Tussen deze twee uitersten balanceert collectief To See the Inability to See in de tentoonstelling My Garden’s Boundaries Are The Horizon, waar ze op passende ingewikkelde en gelaagde manier de ruimte tussen binnen en buiten verkennen en vrijmaken voor onverwachte verbanden.

[1] “The Persian Garden,” https://whc.unesco.org/en/list/1372, 09/12/24

De tentoonstelling My Garden’s Boundaries Are The Horizon is tot 22 maart te zien bij De Appel

Zazie Duinker

schrijft over kunst, taal en filosofie en is curator bij Nest

Gerelateerd

Raul Balai & Ehsan Fardjadniya, Edgelanders: Amsterdam on Trial / Part III: The Witnesses, Foto: C. Reyes.

Recente artikelen