åyr – Huiselijke strijd
De vier theoretici en architecten van åyr – voorheen genaamd Airbnb Pavilion –ontmoeten elkaar op de Architectural Association (AA) in Londen. In hun onderzoeksprojecten, essays, architectonische ontwerpen en kunstinstallaties proberen ze de formele en ideologische verwantschappen uit het ’tijdperk van de toegankelijkheid’ en de daaruit voortvloeiende uitwissing van de huiselijkheid te bevragen. Wat zijn de ruimtelijke, psychologische en persoonlijke tegenstellingen binnen een economie die stoelt op het ‘delen’? Haalt deze economie de muren neer, of bouwt ze ze op? Deze zomer is hun werk te zien op de negende Berlin Biennale en de Architectuur Biënnale van Venetië.
In hun bijdrage aan het paviljoen in Venetië dit jaar, getiteld Home Economics, heeft åyr het nomadisme vanuit een psychologisch, emotioneel en symbolisch perspectief onderzocht. Dat paviljoen toont een aantal voorstellen met betrekking tot woningontwerpen, niet gebaseerd op functie, maar op de beoogde duur van het verblijf: uren, dagen, decennia. Het voorstel van åyr, Days, is een commentaar op de utopische geschiedenis van opblaasbare elementen binnen de architectuur (het bedrijf Airbnb is bedacht toen de initiatiefnemers op luchtbedden lagen te slapen), vergelijkbaar met de ‘bubbels’ die ons de afgelopen jaren hebben gepaseerd: de woningmarktbubbel, filterbubbels, vriendschapsbubbels. Te gast in Britse paviljoen presenteerde de groep twee opblaasbare pods die kijkers konden betreden en waarin ze konden rollen. Toeschouwers konden zich hier ‘vrij’ voelen, terwijl ze in werkelijkheid werden vastgehouden in die container, de commodity, die hier uitgroeit tot een ‘architecturaal membraan’ dat ‘knusheid’ aanmoedigt. Het is een ludiek commentaar op de ‘veilige ruimte’ die onze hedendaagse ervaringen heeft geconditioneerd, vaak losgebonden van risico, onzekerheid en onzekerheid: ‘Where to go and how to be when your safe space is a thin bubble [, whose] shape and size is mostly updated without your control?’
Voor hun bijdrage aan de negende Berlin Biennale, The Present In Drag, die meer in het algemeen de onderlinge samenhang van de publieke en private voorwaarden van de individuele ervaring als uitgangspunt nam, zette åyr hun onderzoek voort naar de verhouding van binnen en buiten, en het uitwissen van dat verschil door een ‘feature wall’ te presenteren naast een kamer van KW Institute of Art. (Feature walls zijn de recente trend van het beplakken van een muur in een huis met ‘opvallende’ foto’s, in het verlengde van dergelijke trends als ‘home staging’: het ensceneren van echte huiselijkheid in een huis dat te koop staat, om de waarde ervan te verhogen.) De muur had kleine uitsparingen om te ‘chillen’, met kussens, en toonde beelden van interieurs, zoals een slaapkamer, met als thema bijvoorbeeld ‘Berlijn’. Voor dit werk, haalde åyr inspiratie uit Rem Koolhaas’ eigen AA-scriptie, Exodus, or the Voluntary Prisoners of Architecture, waarin Koolhaas op provocerende wijze suggereert dat de Berlijnse Muur een belangrijk architectonisch werk is, en waarin hij zelfs een ommuurde stad binnen Londen voorstelt. Koolhaas schreef erover: ‘This strip is like a runway, a landing strip for the new architecture of collective monuments.’
Wat zijn de collectieve monumenten van vandaag de dag? Kunnen ze – provocerend gesteld – de talloze nomadische mensen zijn, of de millennials, de vluchtelingen? Onze lege luxe appartementen? Platforms zoals Airbnb zijn, in veel steden, onder vuur komen te liggen door de huurverhogingen die ze veroorzaken. Hoewel ze veel gebruikt worden, creëren ze onzichtbare maar zeer sterke muren binnen steden. Ze scheiden demografie, sociaaleconomische achtergronden en identiteiten. Toch is het geen verrassing dat de financiële crisis van 2008, die de ‘deeleconomie’ op gang heeft gebracht, een woningcrisis voort heeft gebracht. In feite gaat het gewoon door, zoals de stroom nieuwe vluchtelingen in Europa en de onroerend goedcrises in steden laten zien.
Doug Saunders schat (in zijn boek Arrival City: The Great Migration) dat bijna een derde van de wereldbevolking, met inbegrip van de vluchtelingen, wordt getroffen door crises van menselijke mobiliteit, crises die je letterlijk ‘niet ver van je bed’ treffen. Het feit dat deze crises van mobiliteit en huiselijkheid elkaar kruisen in het domein van de economie is niet verwonderlijk. Economie, dat van het Griekse oikon en onomos komt, betekent letterlijk ‘zorg voor het huis’. De projecten van åyr, met voorstellen en theorieën, zijn modelplannen voor een toestand van participatieve rouw om het verlies van de zorg voor de woning (economie). Rouwen om ruimtes die nooit van ‘ons’ zullen zijn, die we nooit kunnen verlaten of betreden. En rouwen om een cultuur die nooit privé kan zijn, maar die zich zo alleen voelt, en onderwerp is van de vele muren die het nooit zal kunnen afbreken.
Uit het Engels vertaald door Loes van Beuningen
Pablo Larios
is schrijver en redacteur bij frieze