metropolis m

Deep Listening is een baanbrekende filosofie en praktijk van Pauline Oliveros waarin de aandacht voor elkaar via het luisteren centraal wordt gesteld. Een jongere generatie kunstenaars en musici wordt nog altijd door Oliveros’ ideeën, werk en mentorschap gevoed.

In januari 2017 kwam ik naar een onder sneeuw bedolven New York om de lokale geluidskunst en experimentele muziekscene te bestuderen voor mijn doctoraat. Ik werd hartelijk ontvangen door een levendige gemeenschap, maar er waren twee recente gebeurtenissen die bijna elke ontmoeting en elk gesprek overschaduwden. De ene was de apocalyptisch aanvoelende inhuldiging van Donald Trump als president, de andere het overlijden van componist Pauline Oliveros (1932-2016). Beide gebeurtenissen leken mensen tot op het bot te hebben geraakt en een diep gevoel van onzekerheid en eenzaamheid te hebben veroorzaakt. Hoewel ik de doomsday mood wat betreft de Amerikaanse politiek volledig begreep, kende ik Oliveros alleen als een pionier binnen de elektronische muziek. Ik realiseerde me pas bij haar herdenking in de Park Avenue Armory Conservancy waarom aan het einde van elk feest dat ik daarvoor had bezocht, componisten, muzikanten, improvisatoren en kunstenaars samen gingen zitten en hun anekdotes over Pauline deelden; hoe ze elkaar hadden ontmoet, wat ze van haar hadden geleerd en hoe enthousiast ze hun artistieke ontwikkeling had gesteund.

De Park Avenue Armory Conservancy voelde die avond bijzonder aan. Stel je de locatie voor als een statig negentiende-eeuws gebouw met lange gangen die leiden naar stijlkamers met houten panelen, waar achter gesloten deuren performances plaatsvonden. Ik voelde me een indringer toen ik één van de ruimten binnenliep, waar een groep van ongeveer veertig mensen in een cirkel op de vloer zat te neuriën. Een vrouw bij de deur gebaarde me naast haar te gaan zitten en voordat ik echt wist wat er aan de hand was, nam ik deel aan Oliveros’ Tuning Meditation. De tekstpartituur uit 1971 instrueert performers om tonen te zingen op het ritme van een comfortabele ademhaling en daarbij afwisselend op tonen van anderen in te haken en nieuwe tonen toe te voegen aan het geheel. De meditatie komt voort uit een gedeelde ademhalingsoefening, die ik had gemist doordat ik te laat binnenkwam, maar die nog steeds voelbaar was binnen deze grote groep van mensen die vreemd genoeg tegelijkertijd in en uit elkaars pas liepen. Ik was eerst terughoudend, maar nam uiteindelijk deel aan de kalme, maar vastberaden energie. De meditatie werd afgesloten door een vrouw in een wijde jurk aan de andere kant van de cirkel, die later aan mij werd voorgesteld als Oliveros’ partner Ione met wie ze lange tijd samenwerkte. Zij was een natuurlijke middelpunt op deze bijzondere avond, die de vele manieren onthulde waarop Oliveros’ werk en vriendschap invloed hebben gehad op de New Yorkse geluidsgemeenschap. De meditaties maakten die avond de grootste indruk op me en ik hoorde later dat ze ook een belangrijk keerpunt markeren in Oliveros’ oeuvre. Na erkenning te hebben gekregen voor haar tape- en synthesizerexperimenten in de jaren zeventig, begon ze de fundamentele principes van de muzikale uitvoering te onderzoeken door het onderscheid tussen publiek en performer uit te dagen en iedereen uit te nodigen om deel te nemen, ongeacht iemands muzikale achtergrond.

Maar Oliveros’ terugtrekking uit de elektronische muziekscene ging niet over het zich terugtrekken uit de maatschappij of over het afzweren van elektronica. Integendeel, ze merkte dat ze sterk beïnvloed werd door de onrust rond de Vietnamoorlog en raakte betrokken bij de vrouwenbeweging. Een zeker escapisme was een veelvoorkomende reactie op de oorlog, die ook de hippiebeweging aan de westkust teweegbracht, waar ideeën over het uitbreiden van het bewustzijn wijdverbreid waren. Oliveros verbleef enige tijd in een van de broeinesten die waren ontstaan in het kader van deze ontwikkeling. Ze begon al snel zelf retraites te organiseren, waarbij ze in nauwe samenwerking met andere vrouwen meditaties ontwikkelde. Rond diezelfde tijd begon ze ook met vechtsporten. Misschien kunnen we dit zien als een periode van strategische terugtrekking, een manier om te helen en naar zichzelf terug te keren, voordat ze volledig de kracht van vrouwelijke stemmen en lichamen kon grijpen om terug te slaan. Eén van haar krachtigste hulpmiddelen in dit verband was de eenvoud van haar taal. Haar schrijven vormde een even poëtisch als praktisch handboek voor zowel kunstenaars als activisten. Haar meditatie-instructies laten er geen twijfel over bestaan dat luisteren niet een kwestie is van het oor, maar van de geest. Het is een vorm van aandacht.

Meditatie

Vanuit deze meditatiepraktijk bedacht Oliveros in de jaren negentig Deep Listening. Het werd haar handelsmerk en is inmiddels synoniem komen te staan voor haar filosofie over luisteren, die een simpel taalgebruik verkiest en uitermate geschikt is voor de praktijk. Samen met Ione, een dromenspecialist, en Heloise Gold, een bewegingsspecialist, organiseerde ze workshops en retraites waarin performances zoals hierboven beschreven werden gecombineerd met oefeningen, zoals rustige wandelingen, ademhalingsimprovisaties, ritmische cirkels en het delen van dromen. Tijdens groepsdiscussies en het gezamenlijk schrijven van dagboeken moedigde Oliveros haar deelnemers aan om na te denken over vragen als: kun je meer geluiden toelaten in je luisterruimte? (nabije geluiden, verre geluiden, interne geluiden, herinnerde geluiden, ingebeelde geluiden), en: kun je je voorstellen dat je geluid bent?

De scheppingsmythe rond Deep Listening gaat terug op een geluidsexcursie die Oliveros eind jaren tachtig ondernam, waarbij ze een grote, niet meer in gebruik zijnde watertank onder de grond ontdekte, op meer dan vier meter diepte, die haar betoverde met een galm van 45 seconden. Ze keerde vaak terug naar deze betonnen ‘reservoirkapel’ in de buurt van Seattle om muziek te maken met haar accordeon, alleen en met haar Deep Listening Band, waarmee ze improvisatie in grote akoestische ruimtes onderzocht. Begonnen als een woordspeling over het luisteren onder de grond, evolueerde Deep Listening al snel tot een meditatieoefening die erop gericht was het bewustzijn te veranderen door te luisteren. Net als de meeste vormen van meditatie wil Deep Listening de ontvankelijkheid en tegelijkertijd de concentratie verhogen. Oliveros instrueerde de beoefenaars hun aandacht uit te breiden door zowel ‘inclusief’ naar de totale soundscape te luisteren als ook ‘exclusief’ op minuscule geluiden te letten. Samen met deze suggesties om de aandacht uit te breiden en te verfijnen benadrukte Oliveros ook de tijdsdimensie van het luisteren, die zich aan haar had geopenbaard in het ondergrondse reservoir. De extreme galm van de ruimte dwong haar om niet alleen aandacht te schenken aan wat ze zelf deed en wat haar collega-musici deden, maar ook aan de geluiden die ze een halve minuut eerder hadden gemaakt en die nog door de ruimte resoneerden. Dit bewustzijn van en afstemming op de omgeving op zowel fysiek als sociaal vlak maakt Deep Listening zo’n belangrijke brug tussen technologie en menselijk mededogen.

Een aspect van Deep Listening dat ik er een tijdje niet mee kon rijmen, was dat Oliveros het niet alleen als een praktijk uitdroeg, maar ook registreerde als een handelsmerk. Ze richtte ook eigen instituten op, wat me een nogal conservatieve benadering van auteurschap leek voor een naar verluidt open en collaboratieve praktijk. Ik kon deze aanpak niet helemaal in overeenstemming brengen met het gevoel van eigendom dat de componisten, kunstenaars en activisten beschreven die Pauline als hun mentor zagen. Een diepgaand gesprek met haar leerling Maria Chavez hielp licht te werpen op deze kwestie. Chavez, die geluidskunstenaar en experimentele dj is, hielp me begrijpen dat Oliveros’ institutionele ambities niet alleen als een vorm van controle kunnen worden opgevat. Je kunt ze ook zien als een poging om zich te bevrijden van de beperkingen van de gevestigde academische instellingen en om te kunnen leven van het onderwijs onder haar eigen voorwaarden.

Als directeur van de legendarische San Francisco Tape Music Center was Oliveros al vroeg betrokken bij de administratieve kanten van de muziekindustrie, waarmee ze actief bijdroeg aan goede arbeidsomstandigheden en presentatiemogelijkheden voor haar collega’s. Toen haar praktijk verschoof van tapemuziek naar meditatie, richtte ze de Pauline Oliveros Foundation op, die uiteindelijk overging naar het Deep Listening Institute, dat nu is aangesloten bij het Rensselaer Polytechnic Institute in Troy, New York als het Center for Deep Listening. De oprichting van haar eigen stichting was een bewuste beweging weg van een vaste universitaire aanstelling, zodat ze de controle zou houden over de manier waarop ze onderwees en van invloed was op de kunstwereld. Pas decennia later keerde ze terug naar het universitaire systeem.

Invloed

Chavez stelde ook dat het aanbieden van een certificatenprogramma niet alleen begrepen kan worden als een manier om controle te houden over een merk, maar ook een gevoel van eigenaarschap creëert bij de certificaathouders, die zich bevoegd voelen om de praktijk door te geven. Hoewel er nog steeds veel valkuilen zijn bij het navigeren door de patriarchale muziekwereld, lijkt Oliveros een lange weg te hebben afgelegd om te kunnen leven en werken in overeenstemming met haar eigen waarden en prioriteiten. Als gevolg daarvan kunnen we nu een ander soort erfenis zien, één die minder gaat over Oliveros’ muzikale oeuvre, ook al leggen tentoonstellingen als documenta 14 daar wel de nadruk op door haar partituren te presenteren, maar meer over de manier waarop haar praktijk is overgenomen en uitgebreid door jongere generaties kunstenaars, die er iets eigens van hebben gemaakt.

Onder hen de eerdergenoemde Maria Chavez, die opgroeide in Houston, Texas (net als Oliveros) en haar al kent sinds ze als jonge twintiger als dj optrad. Oliveros moedigde haar praktijk in de marges van de mannelijke technowereld en dj-cultuur aan, waarbij ze haar eigen aanpak ontwikkelde gericht op processen van aantasting en vernietiging door middel van tactiele interactie met de apparatuur. Onder leiding van Oliveros en collega-Deep Listeners veranderde Chavez haar draaitafel in een improvisatie-instrument, zonder een klassieke opleiding te hebben gevolgd. Chavez leerde in feite rechtstreeks van Oliveros om te luisteren. Dichter, performer en activist Edyta Jarząb leerde Oliveros en Deep Listening pas veel later in haar leven kennen via een workshop onder leiding van de componist. Jarząb zag dat ze Deep Listening kon gebruiken als een strategie van verzet. Ze gebruikte oefeningen die vrouwenstemmen opwarmen, hen inspireren te luisteren met hun vagina om zo een dynamiek van niet-hiërarchische synchroniciteit aan te moedigen in de groep, voordat ze deelnamen aan de protestmarsen voor de rechten van vrouwen in Warschau. Maar Oliveros’ denken leeft ook voort in het werk van kunstenaars als Sissel Marie Tonn en Jonathan Reus, die pas recent Deep Listening ontdekten. Hun onderzoek naar ervaringen van door de mens veroorzaakte aardbevingen leidde hen naar het ontwikkelen van vibrerende composities die niet gehoord kunnen worden met het oor maar middels speciaal ontworpen transducervesten ervaren worden in huid en botten. Ze herinneren ons aan de reikwijdte van Deep Listening, dat verder gaat dan het luisterende oor, ten gunste van een algemeen voelend lichaam in harmonie met de geest; dat de ziel en de aarde, de vaardige en de ongetrainde, de afwezige en de geëngageerde verenigt. In deze verschillende artistieke benaderingen lijkt Deep Listening een gedeeld bewustzijn en een blijvende gevoeligheid te hebben bevorderd die in allerlei artistieke gemeenschappen en nieuwe praktijken doorwerkt. Zo is Deep Listening, meer dan een methode of techniek, een gedeeld bewustzijn geworden in de kunstwereld na Pauline.

Uit het Engels vertaald door Loes van Beuningen

Linnea Semmerling

is curator, researcher en schrijver

Recente artikelen