Zelf Miami zijn – Armen Avanessian over Miamification
Tijdens een korte residency in Miami testte Armen Avanessian zonder vooropgezet plan verschillende manieren van denken en schrijven uit, als een soort filosofisch-autobiografisch laboratorium. Het leidde tot het boek Miamification, waarin hij in zeventien dagboeknotities hedendaagse hot topics associatief met elkaar verbindt. Marie-France Rafael ging op onze uitnodiging met hem in gesprek over hun gezamenlijke reis en het schrijfproces.
Kun je me iets vertellen over Miamification dat je schreef tijdens ons verblijf in Miami?
‘Het is een ongewoon boek. De reden voor de reis naar Miami was dat ik een uitnodiging had ontvangen om er een film te laten zien en een presentatie te geven. Het was een soort miniresidency. We kregen een verblijfplaats aangeboden, eerst in Miami Beach, daarna in Downtown Miami. Ik vroeg je of het niet leuk zou zijn om daar twee weken samen te verblijven. Dus het was vooral gepland als een vakantie. Het schrijven gebeurde gewoon, gaandeweg, aangezien Miami op een bepaalde manier zo intrigerend was.’
Miami staat bekend als één van de ultieme vakantiebestemmingen ter wereld, een icoon, maar tegelijkertijd is het ook een stad die gedoemd is te vergaan, althans vanuit het perspectief van de klimaatverandering. In de nabije toekomst zal de stad worden opgeslokt door de zee, maar toch lijkt het alsof Miami zijn eigen toekomst ontkent. Hoe past deze ontkenning in jouw postcontemporary tijdschema? Je laatste boeken gingen over kwesties als het verleden, heden en toekomst.
‘Dat weet ik niet. Ik bedoel, de onderwerpen waar ik eerder aan werkte, gingen vaak over verschijnselen van pre-emption, zoals preventieve oorlogsvoering, preventieve persoonlijkheden, over hoe algoritmen eerder dan wijzelf dingen over ons weten. Of vanuit de toekomst, dat we geregeerd worden vanuit de toekomst. Of preventief politietoezicht, maar ook positieve verschijnselen zoals proactieve geneeskunde. Deze asynchroniciteiten en deze verstoringen van het traditionele chronologische begrip van de tijd zaten in mijn achterhoofd toen we naar Miami vlogen, maar het was niet de bedoeling dat het een boek zou worden. Het idee was eerder om vakantie te vieren, om de tijd te gebruiken zoals men dat doet, als een soort pauze van het werk. Veel mensen gaan denk ik op reis om hun hoofd leeg te maken of om orde in hun gedachten te scheppen. Ik verkeerde op de één of andere manier in een andere gemoedstoestand. Misschien kwam dat door het effect van de jetlag en de extreme temperatuur in Miami, maar ik voelde me ook in een andere fysieke staat. In het vliegtuig was ik acht uur lang offline, ’s ochtends werd ik vroeg wakker, om drie of vier uur in de ochtend, ik moest stil zijn en ik wist niet wat anders te doen dan te schrijven. Ik probeerde zo ook de stad te begrijpen, een stad die mij nog steeds vreemd of exotisch voorkomt.’
Wat ik ook heel interessant vond, is dat Miami echt een verdeelde stad is met veel dualiteiten. Ik noemde al het klimaatperspectief, maar er zit ook veel verschil tussen de stadsdelen, bijvoorbeeld qua infrastructuur. In je boek zit ook een soort kloof. Je schrijft op een heel bijzondere manier. Er is een ik-figuur, maar ook een jij. Hoe zou je deze manier van schrijven willen beschrijven? Waarom heb je gekozen voor deze verdeling?
‘Ik weet niet zeker of je het een verdeling kunt noemen, zowel wat betreft Miami als wat betreft de ik-jij-vertelwijze. Miami is erg verdeeld, er is een soort oppervlakkigheid, er is de toeristische geld- en kunstmachine genaamd Miami Beach. Dan is er Downtown Miami, dat deel is veel rauwer en kent ook gevaarlijke zones. Er wordt ook veel gebouwd in Downtown Miami, de kunstbeurs strekt zich er ook uit. Er zijn veel gebieden die op een zeer interessante manier zijn gegentrificeerd. Ze worden ook beschreven in het boek. Dus, ja, er is duidelijk een verschil, maar deze twee kanten vermengen zich ook op een bepaalde manier. Hetzelfde geldt voor de ik- en jij-vertelwijze. Wanneer je autobiografische notities of aantekeningen voor jezelf maakt, dan schrijf je natuurlijk vanuit een ik. De verschijnselen waar ik echt in geïnteresseerd was, waren die tijdelijke asynchroniciteiten en ook geografische of ruimtelijke asynchroniciteiten. Als je vanuit Berlijn naar Miami gaat, naar een stad die je niet echt begrijpt qua politieke en culturele of institutionele logica, dan voelt hij niet logisch aan. De reis heeft een destabiliserend effect op jezelf, op je ik. Dus daarom begon ik mezelf ook met jij aan te spreken, niet alleen mezelf, maar ook de potentiële lezer, of jij Marie-France, want wat ook bijzonder is aan dit boek, is dat het geschreven is in jouw aanwezigheid. Op een bepaald moment begon je de dingen die ik had geschreven te lezen. Toen realiseerde ik me dat dit een boek zou kunnen worden. Je was zelf een boek aan het afronden en ik ben een nieuwe begonnen in Miami. Dus de jij in het boek ben ik deels zelf. De jij is ook iedere mogelijke lezer en jij, Marie-France. Natuurlijk heeft het gebruik van deze persoonlijk voornaamwoorden een voorgeschiedenis: in mijn meer taalfilosofische teksten heb ik de zogenaamde deiktische shifters als onderwerp behandeld. Dat zijn woorden als “jij”, “ik”, “hier”, “nu” en “morgen”; tijds-, ruimte- en persoonsdeixis die op zichzelf geen betekenis hebben. Ze krijgen enkel een betekenis door hun context, wie ze zegt en op welk moment. Als ik nu “morgen” zeg, tijdens ons gesprek, dan betekent dat woord iets heel anders dan wanneer de lezer deze tekst leest, straks, in de toekomst. Ik heb hier veel over nagedacht op een theoretisch en abstract niveau, en in dit boek zag ik een gelegenheid om het ook op een experimentele manier uit te werken en om eens in de tweede persoon te schrijven.’
Ik zou ook willen stellen dat er nog een ander experimenteel aspect is; dat het schrijven ook een soort van dagelijkse uitdaging was, omdat je de dingen die we gedurende de dag meemaakten de volgende dag hebt opgeschreven. Ik herinner me ook nog dat toen we terug naar Europa wilden vliegen, de orkaan kwam en onze vlucht vertraagd was. We zaten vast in Downtown Miami. Het was een emotionele situatie. Voor ons was het de eerste keer dat we een orkaan meemaakten. Ik herinner me hoe dat het boek heeft beïnvloed: het einde van het boek is misschien anders dan je gepland had. Dus ik zou zeggen dat het ook een heel persoonlijke tekst is die je hebt geschreven. Heeft het schrijven je veranderd op een persoonlijk niveau?
‘Schrijven is altijd iets heel persoonlijks. Niet in de zin dat ik over mezelf schrijf of dat ik op de één of andere manier zelf in het boek zit, zoals in Miamification. Eerder in de zin dat ik niet houd van het schrijven over iets dat me niet persoonlijk aangaat. Ik krijg ook niet het idee en ik heb niet genoeg energie om te schrijven over iets dat me niet echt stoort of dat op geen enkele manier binding heeft met mijn bestaan. Dus het idee om een boek te schrijven, dat gewoonlijk maanden of jaren duurt, moet enige persoonlijke relevantie hebben. Je behandelt niet alleen een onderwerp; het onderwerp heeft een impact op jou als schrijver, als subject. Er is dus sprake van een transformerend proces in elke vorm van schrijven. Miamification was gewoon een gelukkig toeval: ik zat in een heel intensieve, creatieve fase, waarin dingen die normaal gesproken gedurende een veel langere periode plaatsvinden, in een verkorte tijd gebeurden. Ik zou zeggen dat het niet toevallig is dat dat gebeurde in Miami, omdat Miami, hoewel het een toeristische locatie is, zelf een bijzondere dichtheid heeft. De stad heeft ook een versneld tempo en een hoge druk. Het doet iets met je. Miamification moet je lezen in de zin van het vermengen van fictie en feit: het is Miami-fiction, Miami-faction, maar ook een Miami-vacation. Ik heb geprobeerd iets van de stad te leren, niet door te doen alsof ik alles begrijp, maar door zijn dynamiek, door zijn logica, door de geweldige mensen die we tegenkwamen te bestuderen.’
We waren in Miami tijdens de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Ik vroeg me af, wat betreft de titel Miamification, is wat tijdens de verkiezingen in de Verenigde Staten gebeurde het bewijs van een soort ‘Miamificatie’ van de samenleving? Zie jij de titel ook zo?
‘Ja, er zitten verschillende kanten aan. Het refereert aan Californication; feestvieren, uitgaan en drinken, plezier hebben en seksen, of wat dan ook. De titel speelt met deze culturele clichés. En natuurlijk speelt het boek zich af tegen het einde van de Amerikaanse presidentsverkiezingscampagne. Donald Trump was al aan het opdoemen in de Verenigde Staten en eigenlijk ook al tijdens onze reis. Op een bepaalde manier voelde het moment als het einde van een bepaald liberaal tijdperk. Niet alleen achteraf, maar er was toen ook al iets surrealistisch aan de sfeer daar. Zoals toen we naar de presidentiële campagnedebatten keken en Trump zei dat hij Amerika weer groot wil maken, terwijl je in Miami omringd wordt door mensen met een Zuid-Amerikaanse of Latijns-Amerikaanse achtergrond. Trumps opschepperij over het bouwen van muren is niet logisch in de context van Miami; een havenstad die leeft van de constante stroom aan mensen, goederen, drugs en geld, die de economie van de hele stad beïnvloedt. Dit soort discrepanties lijkt mij heel typerend, heel symptomatisch voor onze politieke economie.’
In het boek besteed je ook veel aandacht aan hoe om te gaan met de moderne samenleving, de overdaad aan informatie, hoe moeilijk het is om jezelf te laten horen en de noodzaak om dingen te doen die tegen de verwachtingen in gaan. Schrijven lijkt een manier om hiermee om te gaan, althans voor jou. Je praat over deze empowerment als schrijver, in termen van poëtica. Wat bedoel je met poëtica? En wat is de poëtica van Miamification?
‘Ik weet niet zeker of schrijven wel een vorm van empowerment is. Ik bedoel, ik voel me niet sterker achteraf. Ik heb niet het gevoel dat ik meer macht heb. Ik denk eerder dat we altijd gevangen zitten in bepaalde vallen, dat er bepaalde problemen en moeilijkheden zijn en dat je de puzzel probeert op te lossen en zodra je eruit bent dan komt de volgende opgave alweer. Voor mij is poëtica belangrijk als concept, niet als literatuurtheorie, maar in de oorspronkelijke betekenis van het woord poesis, van maken, van doen, van iets creëren of iets waar maken. Dit concept is gekoppeld aan schrijven. Michel Foucault schreef ooit een tekst over de “esthetiek van het bestaan”, een bepaalde manier van leven, schrijven en denken. Het is voor mij daarom veel preciezer om het te hebben over de poëtica van het bestaan. De dingen waarover ik schrijf en wie ik ben zijn niet van elkaar te onderscheiden. In dit boek voerde ik een soort experiment uit: ik liet mezelf namelijk deel uitmaken van waar ik het over had. Deze keer heb ik niet alle onsamenhangendheden weggepoetst zoals men gewoonlijk doet voordat iets gepubliceerd wordt. Ik wilde niet alles hetzelfde laten klinken. Ik heb geen passages geschrapt die ik schreef toen ik moe was of misschien een beetje dronken. Ik wilde niet elke vorm van incoherentie weggummen, maar echt laten zien wat het betekent om te reizen en om verward te zijn, om geïrriteerd te raken door wat je waarneemt. Ook om te laten zien wat voor soort nieuwe ideeën er kunnen ontstaan wanneer je een beetje van je à propos bent. Voor mij was het belangrijkste om te laten zien hoe ideeën in concrete situaties naar boven komen, in plaats van te doen alsof er een abstract lichaamloos, subjectloos idee is dat geen context, geen oorsprong en geen genealogie heeft. In die zin was het vreemd genoeg Miami die dit proces veroorzaakte, een stad die niet zo’n lange geschiedenis heeft als Europese steden. In tegenstelling tot de welbekende clichés was het fascinerend om te zien hoe zo’n goedkope, soms zelfs vulgaire toeristische oppervlakkigheid zo veel lagen heeft en ook zijn eigen unieke geschiedenis kent. Dus voor mij maakt de poëtica mezelf deel van waar ik over schrijf en accepteer ik dat er geen neutrale kennis of rationaliteit bestaat die over dingen kan schrijven. Ik werd niet zoals Miami, maar misschien wel een beetje. Miamificatie betekent ook de acceptatie van de vreemdheid, of de vervreemdheid, of de vervreemding van zo’n verstorende plek als Miami. Ik denk dat dat alles is wat je van een reis kunt vragen.’
Marie-France Rafael
is kunsthistoricus
Uit het Engels vertaald door Loes van Beuningen
Armen Avanessian
Miamification
Berlijn: Sternberg Press, 2017
ISBN 9783956793509
Marie-France Rafael
is kunsthistoricus