Directeur Grandjean vertrekt na negen jaar Oude Kerk naar KMSKA in Antwerpen
BRON: PERSBERICHT OUDE KERK
Directeur Jacqueline Grandjean stopt bij de Oude Kerk in Amsterdam. Per 1 oktober wordt zij de nieuwe artistiek directeur van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten (KMSKA) in Antwerpen. Het KMSKA is een van de grootste musea van België en Vlaanderen. Grandjean gaat oude en moderne kunst verweven tot een inspirerend programma, in een tot de verbeelding sprekend gebouw. Samen met de algemeen directeur gaat zij het museum naar de heropening loodsen.
De Oude Kerk transformeerde onder leiding van Grandjean naar een dynamische kunstinstelling. Het bezoekersaantal groeide van zo’n 100.000 naar 185.000 en de omzet van de Oude Kerk verdrievoudigde. Afgelopen jaren werd ook gezorgd voor een brede inkomstenmix waarmee er een stevige financiële basis ligt. Betekenisvoller dan deze cijfers vindt Grandjean dat de Oude Kerk een plek is geworden waarin mensen met uiteenlopende achtergronden een ingang vinden. Voor mensen uit de buurt en van over de hele wereld is de Oude Kerk inmiddels een niet te missen erfgoed én kunstbestemming, naast haar eeuwenoude bestaan als godshuis. Afgelopen jaren werd de collectie onderzocht en geregistreerd en kreeg de Oude Kerk de officiële status van museum waar spraakmakende tentoonstellingen samengaan met het middeleeuwse monument en de wereld om ons heen.
Opzienbarend
De Oude Kerk ontwikkelde zich onder Grandjean’s leiding tot een toonaangevend museum met opzienbarende solo tentoonstellingen van (inter)nationale kunstenaars, zoals: Tony Oursler (2014), Taturo Atzu (2015), Germaine Kruip (2016), Iswanto Hartono (2017), Giorgio Andreotta Calò (2018), Adrián Villar Rojas (2019) en Aimée Zito Lema (2021). Kunstenaars kregen ruimte en artistieke begeleiding om onderzoek te doen en context specifiek werk te ontwikkelen. Het programma werd geroemd door onder andere het internationale ArtNet (beste tentoonstelling 2018), en dankzij ‘uitstekend artistiek beleid’ kreeg de Oude Kerk een duurzame plek in het Amsterdamse kunstenplan en nationale erkenning met een meerjarige subsidie vanuit het Mondriaanfonds.
Er werden belangrijke restauraties uitgevoerd aan zowel het gebouw, als aan de collectie. In 2019 werd het Vater-Müllerorgel in gebruik genomen door Nicolás Jaar en Philip Glass, na een restauratie van vijf jaar. Een programmafonds (Playing the Cathedral) staat na intensieve fondsenwerving garant voor een muziekprogramma met residencies en wonderlijke concerten. Een ander hoogtepunt is de restauratie van de zijruimtes, waarin de collectie zeventiende eeuwse schilderijen weer een ereplaats kreeg. Het oudste Amsterdamse monument staat er volgens de Nederlandse Monumentenwacht ‘uitstekend’ bij en is de afgelopen negen jaar deskundig onderhouden. In 2022 worden ook de resterende zijruimtes voor publiek geopend.
Koers erfgoed en kunst wordt voortgezet
Jacqueline Grandjean: “Vol vertrouwen sluit ik een belangrijke fase in het bestaan van de Oude Kerk af. De Oude Kerk heeft een bewogen verleden en gaat onverminderd een betekenisvolle toekomst tegemoet! Deze toekomst ziet er positief uit. Iedereen – team Oude Kerk, deskundigen, kunstenaars, Amsterdammers – die hieraan meewerkte doet dit vanuit hoge betrokkenheid. Het is de energie en toewijding van al die mensen die onvergetelijk is en blijft. Kunst van vandaag is het erfgoed van morgen.”
Tjepco van Voorst Vader, voorzitter van de Raad van Toezicht: “Koersvast realiseerde Grandjean afgelopen jaren een uitzonderlijk en indrukwekkend resultaat. Het was op momenten geen eenvoudige opgave om de balans te vinden tussen de waarden van kerk, kunst, monument en de talrijke belanghebbenden. Ze heeft dit zorgvuldig gedaan. Afgelopen maanden heeft ze de Oude Kerk op slagvaardige wijze door de pandemie geloodst. Ze laat de Oude Kerk in uitstekende conditie achter. De koers van de afgelopen jaren met hedendaagse kunst in samenspel met het erfgoed wordt ook na haar vertrek voortgezet.”