Vrolijk stemmende potten Shio Kusaka en Jonas Wood in Museum Voorlinden
Tijd voor een kennismaking met het werk van kunstenaarskoppel Shio Kusaka (b. 1972) en Jonas Wood (b. 1977). De twee, die al enige bekendheid genieten in Amerika, zijn in Europa nog vrijwel onbekend. Museum Voorlinden brengt hier verandering in met een duo tentoonstelling (hun eerste in Europa), die afgelopen weekend opende.
Hoewel de wandeling naar, en de architectuur van museum Voorlinden al best indrukwekkend zijn, begint mijn hart nog iets sneller te kloppen wanneer ik de eerste glimp van de potten van de Japanse Shio Kusaka opvang. Ik zeg het er maar direct bij, ik ben misschien licht bevooroordeeld aangezien ik zelf als beeldend kunstenaar veel met (de geschiedenis van) de keramische pot bezig ben. Toch denk ik dat ook niet-keramisten de combinatie van Kusaka’s potten en de schilderijen van haar werk- en levenspartner Jonas Wood zullen kunnen waarderen.
Wat direct opvalt wanneer ik de eerste zaal binnentreed, is dat er een sterke wisselwerking is tussen het werk van Kusaka en Wood. Sterker nog, de connectie tussen hun werk wordt vrij letterlijk in de momenten waar de potten van Kusaka verschijnen in de schilderijen van Wood en het werk van beide kunstenaars naast elkaar gepresenteerd wordt, zoals in deze eerste ruimte. Naast vier andere potten staat een pot met een geruit motief, het enorme doek erachter bevat een afbeelding van een pot met precies zo’n motief. Ik kijk naar het schilderij en merk dat de speelse hantering van perspectief me vrolijk stemt. Wanneer ik terugkijk naar de geruite pot, valt me ineens op dat ook Kusaka heeft gespeeld met het perspectief. De ruit loop namelijk niet gelijkmatig rond de hele pot, maar heeft een rare onderbreking waardoor het lijkt alsof je meerdere aangezichten van het object tegelijkertijd ziet. Het werk van Kusaka komt terug in dat van Wood, maar ook andersom lijkt dat dus het geval, op deze manier is de cirkel van beïnvloeding tussen beiden rond.
De tweede ruimte toont de series Clipping index 1 en Clipping index 2 van Wood. Deze werken op papier, tonen abstracte versies van verschillende bloemen en planten, zonder hun pot dit keer. Duidelijke lijnen en scherp begrensde kleurvlakken tonen de modernistische invloed die Wood zelf vaak noemt of beschrijft. De titel van het werk, Clipping, refereert naar de techniek die hij toepast bij het maken van zijn schilderingen. Hij begint letterlijk met ‘clippings’: (kranten)knipsels of plaatjes die hij uit bladen als House and Garden haalt, maar ook met ‘clippings’ uit zijn dagelijks leven, zoals Kusaka’s potten, selecte delen van hun studio of stadsgezichten van de plaatsen waar hij komt. Deze alledaagsheid maakt Woods werk uiterst herkenbaar, toegankelijk en ook heel ‘contemporary’. De hiërarchische grenzen tussen high art en design, hoge en lage cultuur, vervagen. Ik vraag me echter af wat radicaler is: het maken van een enorm schilderij, dat dan wel alledaagse taferelen afbeeldt, maar zich nog steeds vrij lineair in de ontwikkeling van de westerse kunst plaatst, of het maken van (domme) potten, die veel meer buiten deze traditie lijken te vallen, zoals Kusaka dat doet. De manier waarop haar potten tentoongesteld zijn in Voorlinden doet ze lijken op sculpturen, maar vergis je niet, het zijn óók, zoals Kusaka zelf benadrukt, gebruiksvoorwerpen. Haar potten geven blijk van een gedifferentieerde geschiedenis, zowel beïnvloed door de tradities en esthetiek die haar Japanse afkomst meebrengen als door Griekse amfora’s (wat duidelijk te zien in de 4e zaal) en alles wat daartussen valt. Zowel kunstwerk als gebruiksvoorwerp, zowel Westers als Oosters, design als high art, dit zijn de paradoxen die Kusaka’s potten niet alleen afbeelden, maar ook zijn in hun hele bestaan.
Een laatste element waar ik nog op terug wil komen, is de modernistische invloed in het werk van Wood en (in mindere mate) in dat van Kusaka. Toen ik in het informatieboekje las dat Wood het modernistisch gedachtengoed als een grote inspiratiebron ziet, knikte ik eerst instemmend; het is duidelijk zichtbaar in zijn werk. Ik wil deze invloed dan ook niet ontkrachten, maar bedacht me wel dat hoewel veel van de modernistische schilderkunst zich kenmerkt door een beweging van afbeelding en referentie naar het abstracte, de werken van Wood en Kusaka juist lijken terug te keren naar representaties en verwijzingen. Niet alleen verwijzen de twee continu naar elkaars werk, ook het werk van anderen en de geschiedenis van respectievelijk de (westerse) schilderkunst en die van keramische potten wordt voortdurend aangehaald en geherinterpreteerd. Dat is duidelijk zichtbaar in Kusaka’s herlezingen van de Griekse amfora’s en de technieken die hierbij werden gebruikt, maar in de laatste zaal hangt ook een schilderij van Wood, die dit gegeven van referentialiteit misschien nog wel meer tot in het extreme brengt. Het werk Red Studio Pot is bijna een kopie te noemen van Henri Matisse’ L’atelier Rouge, alleen dan in de vorm van een pot. Wood laat zo niet alleen zien dat hij zich bewust is van een traditie van schilders die hun persoonlijke leefomgeving en studio schilderen, hij herinterpreteert deze traditie letterlijk door het de vorm van Kusaka’s (zijn muze’s) pot te geven. Wat ontstaat: een spel van oneindige simulacra, oneindige herinterpretaties en van zichzelf verschillende afbeeldingen van afbeeldingen.
Het werk van zowel Kusaka als Wood is op zichzelf interessant, maar het is echt een toevoeging om de potten en de schilderijen naast elkaar te zien. De kruisbestuivingen tussen beiden vertellen een veel persoonlijker verhaal dan hun werk los van elkaar zou kunnen. Voorlinden geeft met deze expositie een kijkje in het leven van deze kunstenaars en boeiend is dat zeker!
Shio Kusaka & Jonas Wood, 30.09.2017 – 07.01.2018, Museum Voorlinden, Wassenaar.
Omslagfoto: Jonas Wood, ‘Red Studio Pot’, courtesy Museum Voorlinden, foto door Antoine Kaam.
Liza Prins
is kunstenaar