Boek: Wild Park. Het onverwachte als opdracht
Deel zes in de serie essays uitgegeven door Fonds BKVB is een analyse over het verschil in kwaliteit van kunst in de openbare ruimte door Jeroen Boomgaard getiteld Wild Park, het onverwachte als opdracht. De tekst werpt een hoeveelheid kunstwerken in de openbare ruimte op om de verandering in het publiek domein van Nederland te schetsen.
Cruciaal in dit betoog is de omslag van een democratie gekenmerkt door een abstract algemeen belang naar een democratie waarin individuele interesses centraal staan. Aangezien het overkoepelend kader waarin veel kunstwerken vanaf de jaren ’50 van de vorige eeuw in de openbare ruimte zijn geplaatst is versplinterd in interesses van allerlei belangengroepen vanaf de jaren ‘80, kan kunst in de openbare ruimte niet langer eenduidig de ideologie van de macht representeren maar speelt kunst eerder dat spel om de macht ambigue mee. Boomgaard stelt dat de kwaliteit van kunstwerken mede bepaald kan worden door de manier waarop kunstwerken in die complexe strijd belangen en motieven zichtbaar en voelbaar maken, en in het uiterste geval zelfs tegen elkaar uit kan spelen.
Door de wildgroei van beesten als kunstwerk in het publiek domein aan te halen, begint het essay luchtig. Al snel blijkt echter dat deze dieren model staan voor de afwezigheid van een gemeenschappelijk ideaal. Toch zijn deze en andere kunstwerken in de openbare ruimte een veelgebruikt icoon om plek en identiteit te bepalen. Boomgaard laat zien dat de betekenis van kunstwerken voorbij kan gaan aan deze regulering van de ruimte, zelfs als ze op een rotonde staan. Zie de werken van John Körmeling, Manfred Pernice en Martin Riebeek.
Ook voor het verhullen van de negatieve gevolgen in de openbare ruimte door projectontwikkeling is kunst de klos. Deze kunstwerken die sociale cohesie moeten bevorderen zijn wederom niet te reduceren tot de intenties van de opdrachtgevers. Sterker nog, Boomgaard presenteert een aantal projecten die de complexiteit die aan de inrichting van de openbare ruimte ten grondslag ligt tastbaar maken met daarbij te kunnen laveren tussen ‘sociale dienstbaarheid’ en ‘artistieke eigenzinnigheid’. Zie de werken van David Veldhoen, Jeanne van Heeswijk en Thomas Hirschhorn.
De beschouwing van Boomgaard laat een uitgebreide kennis zien over de ontwikkelingen van de kunst in de openbare ruimte in Nederland, welke de analyse over de openbare ruimte terdege ondersteunt. De omslag in het democratisch publiek domein kan nogmaals begrepen worden met de overgangen van radicale abstracte tekens met emancipatoire bedoelingen naar toegankelijke participatieprojecten. Wel had hierbij de dialectiek van een kunstwerk als sociaal feit en autonoom werk, wat de ambigue rol van kunst definieert, meer aandacht mogen krijgen. Want zoals Boomgaard zelf al aangeeft, dat meer rekening gehouden wordt met de actieve rol van publiek in een democratie van polemiek, pijn en privatisering, is niet voldoende om onverwachte betekenissen te laten ontstaan. Boomgaard betoogt met behulp van Rancière dat kunst de kiem is voor lege ruimtes en disidentificatie in deze recente vorm van democratie. Het zijn kunstwerken in de omgang met publiek en opdrachtgevers die het onzegbare in het openbare domein kunnen vormen.
Jeroen Boomgaard, Wild Park. Het onverwachte als opdracht, Fonds BKVB, 2011
ISBN 978-90-76936-00-0
€ 15,-
Bestel het boek in de webwinkel van Metropolis M
Joram Kraaijeveld
is curator, docent en schrijver en zet zich als zodanig in voor de positie van de kunstenaar in en de waarde van de kunsten voor de samenleving. Hij werkt aan actieve vormen van solidariteit binnen en buiten de kunsten