Boekenweek 2017 #3: 3 boekentips van Riet Wijnen
Welke boeken moeten we nu gaan lezen? In het kader van de Boekenweek vroegen we een aantal boekliefhebbers om tips.
The Ego Tunnel: The Science of the Mind and the Myth of the Self (2010) door Thomas Metzinger
De Duitse filosoof Thomas Metzinger (Frankfurt, 1958) is gespecialiseerd in de filosofie van het bewustzijn en de ethische aspecten van ontwikkelingen in de neurowetenschap.
In zijn boek The Ego Tunnel stelt Metzinger dat een ‘ik’ niet bestaat maar dat het slechts een construct is; een bewuste ervaring van een continue proces in ons brein. Dit betekent dat er geen vaststaande identiteit is, noch een vorm van ‘ik’ of ‘zelf’. Aan de hand van fenomenen als lucide dromen, buitenlichamelijke ervaringen, het bereiken van zelfloze ervaringen in meditatie of mystieke ervaringen legt Metzinger uit dat wij slechts een verzameling biologische processen zijn.
Ik heb dit boek ondertussen meerdere malen herlezen, behalve dat ik er elke keer iets nieuws uithaal blijft het ook telkens weer een schizofrene ervaring. De scheiding tussen geest en lichaam dringt zich naar voren, rationeel wordt onderbouwt hoe we opgesloten zitten in ons brein, maar tegelijkertijd maken de fenomenen die worden beschreven het lichaam heel fysiek aanwezig.
I See/You Mean (1979)
door Lucy Lippard
Tot voor kort kende ik enkel de klassiekers van Lucy Lippard zoals Six Years: The Dematerialization of the Art Object uit 1973, de experimentele roman I See/You Mean die Lippard zes jaar later schreef was voor mij een ware verrassing.
I See/You Mean is een roman opgebouwd uit een flinke reeks met elkaar verbonden paragrafen bestaande uit verbale foto’s, verslagen van dromen, dialogen en omschrijvingen van seksuele gecombineerd met gevonden materiaal vergaart van allerlei kranten, tijdschriften en boeken over oceanografie, weersvoorspellingen, grafologie, tienersmisdaad, feminisme, natuurlijke bevallingen, handleeskunde, pre-Colombiaanse magie, en de horoscopen van vrienden. Deze stortvloed van informatie, die een open einde heeft, blijkt al snel een complexe gelaagde structuur welke tussen de regels door de relaties tussen A, D, E en B beschrijft.
Echter het zijn niet enkel deze relaties die beschreven worden, je leest ook indirect hoe Lippard in het proces van het schrijven van deze roman feminist werd. De manier waarop Lippard dit weet vast te leggen in de combinatie van structureel schrijven, het gebruik van gevonden materiaal, het performatieve karakter van tekst en het schrijven tussen de regels is zeer inspirerend.
Notes Toward a Performative Theory of Assembly (2015)
door Judith Butler
Onlangs ben ik begonnen aan het boek Notes Toward a Performative Theory of Assembly geschreven door Judith Butler. In dit boek observeert Butler bijeenkomsten van mensen en groepen met diverse geografische, politieke en culturele achtergronden die plaats vinden onder de heersende politieke en economische condities (o.a. de Arabische Lente, Black Lives Matter, Occupy en Pegida).
Volgens Butler is een assembly of een bijeenkomst een verzameling lichamen op een bepaalde plaats, of de coördinatie van een reeks van soortgelijke, en vooral gelijktijdige, gebaren op verschillende plaatsen. In beide gevallen vervaardigen ze een politieke choreografie die de articulatie van een vorm van collectiviteit suggereert.
Het lichaam wordt door Butler gezien als een fundament van de sociale architectuur van deze bijeenkomsten: ‘We cannot talk about a body without knowing what supports that body, and what its relation to that support—or lack of support—might be’, omdat ‘the body is less an entity than a living set of relations; the body cannot be fully dissociated from the infrastructural and environmental conditions of its living and acting.’
Ze focust zich onder meer op de rol van performativiteit in deze bijeenkomsten, en verbreedt deze theorie van de performativiteit voorbij spraak. Volgens haar hebben bijeenkomsten van fysieke lichamen namelijk een expressieve dimensie die niet kan worden gereduceerd tot spraak, het feit dat mensen samenkomen ‘zegt’ iets zonder altijd te vertrouwen op spraak.
Butler maak in Notes Toward a Performative Theory of Assembly onder meer verbindingen tussen plekken, individuen, groepen, relaties (bijv. ons versus hen), sociale democratie en de rol identiteit in dit alles. Butler weet dit samen te brengen onder de paraplu van performativiteit, en schets zo een complex maar helder beeld van onze huidige samenleving.
Riet Wijnen
is kunstenaar