#1
#1
Van Eyck Quarterly
To give snippets of insights into people’s work. Zo beschrijft één van de kunstenaars die meewerkten aan 1 de intentie van het nieuwe tijdschrift, uitgegeven door de Jan van Eyck Academie in Maastricht. En dat is precies wat 1 doet; even een tipje van de sluier lichten en je laten binnenkijken in de werking van het postacademisch instituut.
Eerst even ter verduidelijking: 1, de publicatie die hier besproken wordt, is de eerste uitgave van een tijdschrift met als overkoepelende naam Number of #. Aan de oorsprong van # ligt een terloopse opmerking van Jo Frenken, begeleider aan de academie. Hij zei dat de Jan van Eyck Academie, met alle technische voorzieningen die in het Charles Nypels Lab voor drukkunst aanwezig zijn, best een tijdschrift kunnen uitgeven. Een paar weken later was 1 klaar.
In tussentijd hadden Van Eyck-deelnemers Paul Bailey, Carl Hasse en Dongyoung Lee bedacht dat het een goed begin zou zijn een overzicht te bieden van de activiteiten van alle huidige deelnemers aan de academie, al was het maar omdat het interessant en zinvol was voor de deelnemers zelf. Er werd aan iedereen gevraagd voor 1 een inzending te doen die inzicht gaf in het werk waarmee ze op dat precieze moment bezig waren, waarbij hen absolute vrijheid geboden werd. De resultaten zijn erg uiteenlopend: van installatiefoto’s van schilderijen over filmscripts tot teksten die de toekomstplannen van de kunstenaars beschrijven.
1 is een publicatie geworden die beoogt inzicht te geven in verschillende stadia van artistieke productie, die doorgaans onzichtbaar blijven voor het externe publiek. Maar ook het tijdschrift zelf is een work in progress: formeel gezien kan het nog best vergeleken worden met een bundel posters, die telkens op één zijde bedrukt zijn met zowel de bijdrage zelf als een deel van de e-mailcorrespondentie tussen de oprichters van # en de deelnemers.
De bijgevoegde e-mails geven niet alleen de indruk dat je als lezer binnengluurt in de academie, maar vormen ook op een andere manier grote meerwaarde voor het tijdschrift. Enerzijds benadrukken ze het vluchtige, momentane karakter van de teaser-achtige bijdragen in 1, en anderzijds kaderen ze ze in een breder werkproces. Bovendien ontstaat er door het rechtstreeks en onbewerkt afdrukken -dus inclusief grammaticale- en spellingsfouten- van de e-mails een zekere spanning tussen de bijdragen, die als staaltjes van een voortdurende artistieke ontwikkeling overkomen, en de ruwe materiële vorm van 1, die deze efemere staaltjes sub specie aeternitatis lijkt te willen registreren. Het spreekt voor zich dat dit effect in digitale vorm niet te bereiken geweest zou zijn
1 bevat meer dan de hierboven besproken bijdragen en e-mails. Middenin, tussen de niet-hiërarchisch gerangschikte posters, bevinden zich een aantal geniete katernen. Eéntje geeft een overzicht over de current affairs (tentoonstellingen, lezingen,…) aan de Van Eyck academie, terwijl het andere de geschiedenis van het instituut beschrijft. Verder bevat 1 centraal ook een redactioneel, en een inleiding van directeur Lex ter Braak in het nummer.
De eerste uitgave van # is een overtuigend succes, in die zin dat het tijdschrift er met glans in slaagt te voldoen aan de eigen verwachtingen; inzicht geven en interesse wekken in de modus operandi van de academie. Het succes van 1 schept echter ook verwachtingen. Het tijdschrift, dat op een erg spontane manier tot stand is gekomen en oorspronkelijk niet eens voor externe publicatie bedoeld was, heeft zijn succes grotendeels te danken aan het feit dat het blad, zoals gezegd, nog een work in progress is.
Het prikken van staaltjes uit een creatief ontwikkelingsproces wordt natuurlijk des te interessanter als het op regelmatige tijdstippen gebeurt, zodat er zich een zekere evolutie kan aftekenen; iets waartoe het episodische verschijningsritme van een tijdschrift zich uiteraard uitstekend leent. In die zin zal de echte meerwaarde van #, zowel voor het Van Eyck zelf als voor de buitenwereld, zich nog moeten uitwijzen. De uitdaging voor # zal zijn om het momentum van de eerste verschijning -altijd een gepriviligeerd moment voor een tijdschrift; je kan maar één keer een #1 maken- te behouden in de toekomstige nummers. Hoe dan ook belooft de verdere ontwikkeling van # interessant te worden, en beslist het volgen waard.
Steyn Bergs researchmaster Visual Arts, Media & Architecture, Vrije Universiteit Amsterdam, redacteur Kunstlicht en stagiair bij Metropolis M
# 1 Van Eyck Quarterly, concept & design Carl Haase, Dongyoung Lee en Paul Bailey, ISSN: 2214-6377. Te koop bij Van Eyck Maastricht.
Steyn Bergs
is kunsthistoricus en criticus, en werkt momenteel bij Casco – Office for Art, Design and Theory in Utrecht