Henna Hyvärinen
Offspring 2019 – de Ateliers – Once A Closely Guarded Secret
In de Ateliers op donderdag tijdens de perspreview hangt anticipatie in de lucht. De laatste puntjes worden op de i gezet, de vloer wordt gedweild en er ligt een stapel catalogi klaar. De culminatie van twee jaar hard werken is vanaf vandaag (de opening is vanavond) te zien voor het publiek.
In de stilte voor de storm bekijk ik het werk van de tien kunstenaars die allemaal een eigen ruimte in het monumentale pand aan de Stadhouderskade tot hun beschikking hadden. Het meedoen aan een postacademisch programma is de rode draad die curator Martin Herbert in de samenstelling van de tentoonstelling heeft gebracht. De titel Once A Closely Guarded Secret verwijst naar de ervaring die is opgedaan en die hier vanuit de veiligheid en geborgenheid van de studio wordt vrijgegeven aan het publiek. Juist in de relatief verborgen ruimtes van de Ateliers, onzichtbaar vanaf straat, is de betekenis van die wending naar de openbaarheid heel goed voelbaar. Herbert schrijft in de catalogus: ‘More widely it serves as a summa of the twisting journey that all art makes, from the artist mind – the in conscious, even – to the viewer: a movement, that is, from figurative darkness to light.’
Op een postacademisch instituut als dit is het onvermijdelijk om na te denken over je identiteit en je plek in de wereld. Het gaat mede over de tegenstelling tussen het innerlijk en dat wat je de uitdraagt (wat bij kunstenaars vaak een bewuste keuze is, maar niet altijd). De ervaring van het verblijf, de vele gesprekken die er hebben plaatsgehad en de kritiek die iedereen over zich heen heeft gehad, wordt door verschillende personen op een unieke manier beleefd, wat weer een eigen manier van uiten tot gevolg heeft. Ik moet bij mijn rondgang door de studios denken aan het spelletje waar je een verhaal moet fluisteren in het oor van de persoon naast je, die het weer aan de volgende verteld en zo verder. Uiteindelijk is het verhaal nooit zo als de eerste persoon het heeft verteld.
Deze Chinese whisper zit op een bepaalde manier ook in de film Like a String of Beads van Inas Halabi. We volgen negen broers en zussen in de stad Ibillin (Noord Palestina) die van hun moeder allemaal dierennamen hebben gekregen. Ze vertellen dat de eerste zes kinderen van hun moeder, die geen dierennamen hadden, zijn overleden en dat zij moesten worden beschermd door hun dierennamen. De verschillende vertellingen zitten vol contradicties doordat ze door verschillende personen worden verteld.
De werken van Thomas Swinkels en Rustan Söderling nemen je mee naar een nieuwe wereld. Rustan Söderling voert je mee op een expeditie in een apocalyptische en half digitale wereld. In de ene ruimte wordt deze wereld op video getoond, in de andere ruimte wandel je er zelf naar binnen. De grens tussen realiteit, fictie en toekomst is voelbaar gemaakt.
Swinkels laat een video zien van beeld dat een onderwaterdrone op de bodem van de oceaan heeft opgenomen. Door de lichtval in de ruimte geeft de presentatie het gevoel alsof je je zelf op de bodem van de oceaan bevindt. Zinspelend op het onderbewuste toont Swinkels ons een wereld die tegelijkertijd nabij en heel ver weg is.
Anders Dickson plaatste in zijn atelier een krulvormige urinoir, zoals die in Amsterdam vaker in het straatbeeld te vinden zijn. Ook zijn andere werken roepen herkenning op, maar de voorwerpen, voor zover herkenbaar, hebben hun functies al lang ingeleverd voor een andere vorm van aanwezigheid.
Waar bij Dickson in elk hoekje wel een nieuw detail te zien is, is de ruimte van Eulàlia Garcia Valls vrijwel helemaal leeg. Zij speelt, net als Dickson, met het idee wat de mens achterlaat in de wereld om hem heen. Er zijn enkel een aantal microfoons en boxen te zien; het primaire materiaal is geluid. Als bezoeker van het werk word je deel van het werk omdat het geluid dat je maakt in de ruimte wordt opgenomen en de daaropvolgende dagen in de ruimte wordt afgespeeld op dezelfde tijd als het is opgenomen. Elke dag wordt er dus een nieuw laag aan klanken toegevoegd. Op het moment dat ik er ben is er niemand anders en is er nog enkel ruis te horen, maar als je je ergens de komende dagen om 14:02 in de ruimte bevindt zijn mijn voetstappen te horen. Ik ben me er bewust van dat ik op dat moment op die plek aanwezig ben en dat dat moment zich nooit meer op die manier zal herhalen.
Ook Frieder Haller speelt met vertellingen. Zijn werk, dat bovenaan de trap te zien is, gaat over het scheppende karakter van een kunstenaar. De werken die in zijn ruimte te zien zijn vormen samen een verhaal. Je bevindt je in een doolhof, in de hoek aan de linkerkant is een model te zien van het doolhof. Als je daar de hoek om gaat kom je in de woonkamer waar de film zich afspeelt en de film gaat over een architect die rondloop in zijn werkplek waar weer allemaal modellen te zien zijn. De architect lijkt zich als een scheppende God boven de wereld te bevinden, maar wordt tegelijkertijd weer aangestuurd door de kunstenaar die de film heeft gemaakt. De spelers in de film lijken de poppen van de kunstenaar die op een robotische manier het script uitspelen. Haller vertelt mij in een gesprek dat het hem om het maken gaat, het scheppen van iets, en dan niet te perfect. Liefst zit er ook wat humor in, zodat het allemaal behapbaar blijft.
De opgespannen slip van Henna Hyvärinen werkt enigszins op de lachspieren (hangt ze nu echt de vuile was buiten?) en biedt een vrolijke onderbreking van een overwegend vrij ernstige tentoonstelling. In de getoonde video voeren een aantal personen verschillende activiteiten uit, maar mij ontgaat welke precies en waarom.
Kritischer lijkt Gabrielė Adomaitytė die in haar werk ingaat op de gevolgen van het verplaatsen van informatie naar de digitale wereld. Het oogt als de weg naar vergetelheid, als je ziet hoeveel informatie (en kennis) erin verloren gaat.
Tot mijn favorieten behoort het atelier van Clémence de La Tour du Pin dat is gevuld met sluiers die mijn blik naar boven bewegen. De lange stukken textiel zijn samengesteld uit verschillende stukken en zitten vol met gaten en scheuren. De hoogte en het verticale karakter maakt dat het werk bijna voelt als een solide bouwwerk, de fluïde aspecten van het materiaal echter doen dit effect weer teniet en geven er zelfs een wat mystieke, spirituele laag aan.
Offspring 2019, 24.5 t/m 10.6.2019
Malou Koster
is registrar bij het Dordrechts Museum