AGENDA VAN DE TOEKOMST (1)
Agenda van de Toekomst (1):
Enkele opmerkingen over de toekomst
1. In zijn tekst Teaching Notes: 4-Dimensional Design stelt de kunstenaar Paul Thek voor dat studenten ‘een nieuw uiterlijk voor een klok’ ontwerpen.
2. Saadana Afif’s nog te maken sculptuur Suspense (2005) zou je kunnen beschouwen als een reactie op Theks suggestie. In dit werk wordt het glas van drie klokken vervangen door dekkend, zwart plastic. Deze klokken vertellen nog steeds de tijd door het geluid dat hun mechanismen maken, hoewel ze niet harmonieus tikken. Hun ritme verwijst, of naar de relativiteit van alles, was geruststellend is, of naar een oneindig en onuitsprekelijk absolutisme, wat ook geruststellend is.
3. In de late jaren zestig organiseerden mijn ouders, toen nog kunststudenten, een feestje waarbij ze bij de deur de horloges van alle gasten innamen. Ze beloofden dat ze om het uur een bel zouden laten klinken om aan te geven hoe lang ze er al waren. De gasten wisten niet dat die bel in werkelijkheid soms al naar twintig minuten, soms pas na anderhalf uur te horen was.
4. De film Les Grandes Ensembles (1994-2001) van Pierre Huyghe, een film waarin twee nagemaakte, hoge, modernistische, sociale woningbouwprojecten een gesimuleerde storm overleven, laat ons drie modellen van de tijd zien. Het eerste model is dat van de storm die de voortgang van de seizoenen representeert. Het tweede is dat van de verlichte ramen van het gebouw, die de tijd van de tv representeert en het derde model zijn de gebouwen zelf. Aan het einde van de film gaat het flikkerende licht van de ramen gelijk op met de achtergrondmuziek. De gebouwen lichten op, alsof ze zich een moment herinneren van lang geleden, waarin ze nog mooie objecten waren. Vanaf een afstand zijn ze dat nog steeds, maar dat is de afstand tussen een droom en de vervulling ervan, tussen het ontwerp voor een goed leven en het goede leven zelf.
5. ‘Daar waar een rekenmachine op de ENIAC uitgerust is met 18.000 elektronenbuizen en dertig ton weegt, zullen in de toekomst computers slechts 1000 elektronenbuizen hebben en nog maar 1,5 ton wegen’. Popular Mechanics, maart 1949.
6. Kunstgeschiedenis, althans binnen de modernistische traditie, is als een aapje op de rug van de kunstenaar, een dier om mee te worstelen en ten slotte van je af te schudden. De hoofdlijn van de geschiedenis van de modernistische kunst is een geschiedenis van vadermoorden, die een afspiegeling vormt (met alle associaties van gelijktijdige omkering en gelijkenis die bij ‘spiegelen’ hoort) van het generaties lang opbouwen van een familiekapitaal, zoals beschreven in Vasari’s De biografieën van beroemdste schilders, beeldhouwers en architecten. Volgens deze geschiedenis van de moderne kunst wordt een voortdurende vernieuwing in stand gehouden door conflict, het constateren van een crisis en koninklijke opvolging. Artistieke vadermoorden zijn inmiddels achterhaald. De nieuwe norm is een permanente microrevolutie. Elke denkbare vorm van kunst is toegestaan. Misschien kun je hier treurig over zijn, maar misschien biedt het ook een indicatie dat kunst de periode van adolescentie achter zich heeft gelaten en een tijdperk heeft betreden waarin het in staat is niet boos maar gelijkmoedig terug te kijken, zodat ze nieuwe dingen kan doen, op nieuwe manieren.
7. Een klok die stilstaat is geen klok maar een afbeelding van een klok. Het houdt de tijd niet vast, maar laat een moment uit het verleden zien, die samenwerkt met het heden. Een stilstaande klok is een recursieve afbeelding, een afbeelding die door de tijd reist.
8. Twee hippopotamussen ontmoeten elkaar bij een drinkplaats. De ene richt zich tot de ander en zegt: ‘Weet je, ik denk steeds dat het dinsdag is.’
9. Voor zijn tentoonstelling The Hunter (2004) maakte de Londense kunstenaar Charles Avery een aantal aan elkaar gerelateerde tekeningen, schilderijen, beelden en digitale prints die een schemerige, gloedvolle schoonheid bezitten. De ruimte die zij oproepen is er een van langgerekte schaduwen en loeiende beesten. The Hunter is een androgyn persoon wiens aandacht zich richt op de bijzonderheid van objecten, gevoelens en overtuigingen. Niet in staat om te begrijpen dat de wereld (en zijn wijze van opereren) maar een ding is, is de Hunter veroordeeld tot een epistemologische folly, een eeuwige, hopeloze achtervolging van dat wat niet bestaat. Echter, dat de jager bergen en dalen ziet in een ononderbroken topografie, dat hij verschillen naar boven haalt, is in feite heel menselijk. Misschien schuilt er in ieder van ons wel een jager.
10. Praten over morgen is praten over vandaag, en gisteren. Voorschrijven of beschrijven hoe de kunst er in de toekomst uit zal zien, is hopen op een beloning van de toekomstige geschiedenis.
11. Het is plausibel om te stellen dat circulatie op dit moment een van de belangrijkste onderwerpen voor kunstenaars is en dat nog wel enige tijd zal blijven. Ondanks dat houd ik wel van het idee om sommige dingen geheim te houden.
12. Recentelijk hebben fysici meegedeeld dat het universum eruit ziet als een trompet. Ik weet niet precies wat ik met deze informatie aan moet.
13. Als tijd een object is, wat voor object is het dan? Iets waarmee je kunt spelen, of wat?
14. Ik ben in een bar en praat met iemand over de kunstenaar Tino Sehgal. We zijn het erover eens dat zijn werk compleet is als één van zijn werken geveild wordt.
15. ‘We moeten ons voorstellen hoe Hermes vliegt en zijn weg vindt wanneer hij de berichten van god met zich meeneemt, of hoe engelen reizen. En hiervoor moet men de ruimten tussen de dingen beschrijven die al geduid zijn, de tussenruimten. Deze god of deze engelen bewegen zich door een gecondenseerde tijd terwijl ze miljoenen relaties leggen.’ Michel Serres en Bruno Latour, Conversations on Science, Culture, and Time, 1995.
Tom Morton