Ape Culture
Ape Culture
Haus der Kulturen der Welt, Berlijn
De tentoonstelling en de recent verschenen catalogus Ape Culture in het Berlijnse Haus der Kulturen der Welt belichten op speels grappige wijze de relatie van mens en dier. De aap wordt door de curatoren Anselm Franke en Hila Peleg gezien als een centrale figuur, die ‘sinds de oudheid verhalen over de voortgang van de beschaving’ heeft aangestuurd. Was de aap eerst het beest waar de mens zich tegen afzette, nu kan het ons juist helpen de als gevolg van alle technologische ontwikkeling bedreigde ‘menselijke natuur’ hernieuwd te formuleren. De aap is vooral geschikt om ons inzicht te geven in het nog onbegane terrein van de on- en onderbewuste sociale ordes.
Ape Culture brengt in beeld de manier waarop cultuur in de loop der tijden met apen is omgegaan, om aan de hand daarvan het subversieve potentieel van wat Donna Harraway ‘de orde der primaten’ noemt aan te tonen. In het openingsessay ‘Mirrors at Frontiers’ licht Franke de misvatting over de spiegelproef (een test om vast te stellen of dieren zichzelf herkennen in het eigen spiegelbeeld, red.) bij apen toe en de problemen rond wat hij de ‘semiose-omgeving’ noemt, de manier waarop betekenisgeving onze verstandhouding met cultuur en wetenschap beïnvloedt. Door in te gaan op de fouten en misvattingen van vroege primatologen, beoogt de tentoonstelling aan te tonen dat wij als mens beperkt worden door de leidende ideeën en technologieën van onze tijd.
De tentoonstelling bestaat uit twee delen. Het eerste deel is verklaart in op de muur geprinte teksten het culturele onderzoek en de belangrijke casestudies. Ze worden begeleid door afbeeldingen en kaarten uit archieven, talloze boeken en videofragmenten, documentaires en speelfilms. Het tweede deel van de tentoonstelling speelt met een aantal recente kunstwerken in op de belangrijkste thema’s uit het eerste deel.
Een belangrijk historisch voorbeeld dat wordt aangehaald is Solly Zuckermans studie van Ethiopische bavianen die in de jaren twintig in een Londense dierentuin in gevangenschap leefden. Na een onderzoek van slechts negen dagen schreef Zuckerman het boek The Social Life of Monkeys and Apes (1931). Het was het eerste gedocumenteerde onderzoek over niet-menselijke primaten. De apenkolonie begon met honderd mannetjes die slechts een-honderdste van de benodigde ruimte kregen. Toen dertig vrouwtjes werden geïntroduceerd braken er hevige gevechten uit en stierf bijna de helft van alle mannetjes. Zuckerman gebruikte dit voorval om allesomvattende theorieën over mannelijke dominantie en noodzakelijk geweld in alle zoogdiersamenlevingen te bewijzen. Zijn theorieën werden op grote schaal geaccepteerd en pas dertig tot veertig jaar later ontkracht toen er echt veldonderzoek plaatsvond. Nu wordt het voorval gezien als een ‘sociale catastrofe’ van een groep apen onder extreme stress. Recent onderzoek heeft bewezen dat leven in gevangenschap asociaal gedrag veroorzaakt en destructieve aandoeningen bij dieren (inclusief mensen) aanwakkert. Zuckermans studie is een van de duidelijkste voorbeelden van westerse arrogantie en zelfs wetenschappelijk racisme. Hier is sprake van een vooringenomen westerse blik, van iemand die bezig was met alles dat afweek van de eigen norm tot ‘ander’ te verklaren.
Een aanzienlijk deel van Haraways werk richt zich op het groeiende belang van de visualisatie binnen de levenswetenschappen. In het essay ‘Where the Hell is the Exit to This Field’ analyseert cultuurtheoreticus Astrid Deuber-Mankowsky Haraways theorieën die de interpretatie van de aapcultuur door middel van het effect van ‘diffractie’ in plaats van als spiegel bevorderen. Deuber-Mankowsky beschrijft hoe ‘diffraction’ een model is dat niet gebaseerd is op representatie en het bijpassende idee van het verschil tussen een origineel en een kopie, maar als een model dat gaat over de relatie tussen dingen die zich op verschillende plekken en momenten hebben voorgedaan. Het begrijpen van de cultuur als een opeenvolging van ‘gediffracteerde’ gebeurtenissen zorgt voor een dieper begrip van die cultuur. Ook al vervagen binnen de wetenschappen de westerse kolonialistische houdingen, we zullen moeten inzien dat kennis binnen verschillende socio-economische en culturele omstandigheden niet overal gelijk is. Zo zijn er bijvoorbeeld scholen in delen van de Verenigde Staten die het creationisme (zij ontkennen de evolutieleer, red.) blijven onderwijzen en blijft men in India trouw aan het kastenstelsel. We moeten accepteren dat er geen universeel begrip van de dingen bestaat, dwars door de culturele verschillen heen.
Een ander belangrijk onderdeel van Ape Culture is de focus op de feministische studies en het effect daarvan op de primatologie, een sterk door mannen gedomineerd werkveld totdat vrouwelijke onderzoekers ten tonele verschenen in de jaren zestig en zeventig. Belangrijke figuren zijn Jane Goodall en haar werk met chimpansees in Tanzania, Dian Fossey die berggorilla’s in Rwanda bestudeerde en Biruté Galdikas die orang-oetangs in Borneo onderzocht. Lang waren alleen mannelijke apen onderwerp van wetenschappelijk onderzoek, totdat deze vrouwelijke stemmen het toneel betraden en belangrijke aspecten onthulden over relaties en samenwerkingen binnen apengemeenschappen.
De tentoonstelling kiest nadrukkelijk voor de vrouwelijke stem, met kunstwerken als Lene Bergs Kopfkino (Mindfuck) (2012), geprezen als een msi tussen het Laatste Avondmaal en Judy Chicago’s Dinner Party (1979). Aan een lange eettafel praten vrouwen in SM-kleding met elkaar over de arbeidsgeschiedenis en hun ervaringen in de SM-industrie. Ook is er een serie ‘apenportretten’ van Rosemarie Trockel uit de jaren tachtig te zien. Het zijn karikaturen van apen die met hun verwijde pupillen wezenloos de toeschouwer aanstaren, spookachtig in hun gelijkenis met de mens.
Het onbetwistbare hoogtepunt van de tentoonstelling is Pierre Huyghes sombere film Untitled (Human Mask) (2014); een portret van een echte makaak getraind om te werken als serveerster in de Japanse Kayabukiya-kroeg, uitgerust met een meisjesjurk en een menselijk masker. Voor de film werd het gebruikelijke, kitscherige vrouwenmasker vervangen door een bleek en verontrustend leeg masker ontworpen door Huyghe. In de film zien we de aap alleen, wonend in de overdag lege kroeg die aanvoelt als een post-apocalyptische omgeving waar de verschillen tussen mensen en dieren zijn weggevallen.
In Klaus Webers Kouros (Walking Man) (2015) en Untitled (Collection of 31 Vintage Figurines) (2007) komen seksualiteit en serialiteit aan bod. De verschillende soorten apen houden in deze variatie op Auguste Rodins De Denker ieder een menselijke schedel vast. Het beeld doet denken aan Spakespeares Hamlet die een schedel vasthoudt terwijl hij nadenkt over sterfelijkheid. Erik Steinbrechers sculpturale assemblage van maskers, wandelstokken en delen van mannequins in AFFE (2015) en ook Damián Ortega’s sculpturale assemblages van handgereedschap en hangende takken voelen te voor de hand liggend; ze laten weinig ruimte voor verbeelding.
In de fascinerende, absoluut noodzakelijke en actuele tentoonstelling zijn ook enkele misstappen te betreuren. Ten eerste het ontwerp van de tentoonstelling waarin het onderzoek en de historische achtergrond worden gescheiden van de kunstzinnige interpretatie, die een tweeledigheid versterkt die tegelijk ook wordt bestreden. Ook deed de herhaalde nadruk op seksualiteit en verlangen in de hedendaagse kunstwerken goedkoop en subjectief aan.
Bij het lezen van de ongelooflijk goed onderzochte bronnen in de catalogus valt het verschil in visie tussen de tentoonstelling en het boek op. De catalogus lijkt, indachtig Harraway, in te gaan tegen alles waar de tentoonstelling voor staat. In het bijzonder Harraways enthousiasme voor een holistische, alles omvattende benadering die zich richt op empathie, symbiose, samenwerking en gemoedelijkheid. Desalniettemin brengt de tentoonstelling scherp in herinnering hoe we ooit naar dieren keken en onszelf probeerden te definiëren. Dat ‘gediffracteerde’ of gebroken licht heeft zich inmiddels geheroriënteerd, richting kunstmatige intelligentie naar voorbeeld van de mens, terwijl het zoeken naar inzicht in de essentie van het bewustzijn en het zijn onverminderd voortgaat.
Arielle Bier