metropolis m

Ben Kinmont
Prospectus Amsterdam

‘CARL ANDRE KILLED HIS WIFE’. De zwarte plastic letters in het nieuw gehuisveste Kunstverein in Amsterdam schreeuwen om aandacht, en dat is precies wat de overzichtstentoonstelling van Ben Kinmont – die in andere gedaantes doorreist naar Parijs, New York en San Francisco – beoogt. Deze Amerikaanse kunstenaar, hoewel reeds actief sinds 1988, is vreemd genoeg aan de canon van relationele praktijken en kunsthistorische herkauwers van de jaren negentig ontglipt. Vreemd genoeg, want juist in de combinatie van beide artistieke strategieën – sociale performances enerzijds, kunsthistorische citaten anderzijds – lijkt zijn praktijk wel een dwarsdoorsnede van de laatste twee decennia. Wafels bakken (Waffles for an Opening, 1991), borden afwassen (Ich werde Ihr schmutziges Geschirr waschen, I will wash your dirty dishes, 1994) en bedden opmaken (Bed Service, 1994); Carl Andre provoceren (Carl Andre killed his wife, 1988), Joseph Beuys’ terminologie oprakelen (I am for you, Ich bin für Sie, 1990) en collega-kunstenaars interviewen (Antinomian Press, 1996): Kinmont doet het allemaal, en liefst tegelijk.

Specifiek aan Kinmonts praktijk is dat hij put uit de erfenis van de conceptuele kunst. De kunstenaar materialiseert zijn samenwerkingen en pastiches in voorstellen, credo’s en bovenal zijn archief, dat getoond wordt in Kunstverein. Geflankeerd door een aantal foto’s en sculpturen staat een tafel met een twintigtal informeel opgestelde archiefdozen, waarin de bezoeker vrij mag snuffelen. Elke doos bevat de materiële neerslag van een – vaak heruitvoerbaar – werk, en heeft een variabele inhoud aan teksten, brieven, video-opnames, foto’s en objecten. De dozen zijn zowel een voorstel als een naslagwerk: ze bevatten de ingrediënten voor en het residu van een proces, maar laten niets zien van het eigenlijke, relationele proces zelf.

Een goed voorbeeld is I am for you, Ich bin für Sie (archief gestart in 1990). Het meervoudig herneembare werk bestaat uit een set instructies, broekpakken en teksten voor de toekomstige uitvoerders. Op een verkeerskruispunt dienen ze Kinmonts manifesten (‘We are the Social Sculpture! / This is the Third Sculpture! / You are the Thinking Sculpture!’, et cetera) te verspreiden. De uitgedeelde teksten behandelen het proces van participatie en uitwisseling, en sporen de passanten aan om de definities van kunst, sculptuur of collectiviteit met de uitvoerders te bediscussiëren.

De conceptuele systematiek van het archiveren staat hier lijnrecht tegenover. Er mag dan wel een intieme discussie of briefwisseling met persoon X of Y hebben plaatsgevonden, de classificatie van het archiefsysteem, gestempeld op de krabbels, brieven of andere curiosa van kunstenaar en deelnemers, reduceert elke uitwisseling tot slechts een code (bijvoorbeeld 01.90.92.14, wat staat voor projectnummer/beginjaar/jaar van toevoeging/objectnummer). Het archief drijft dus een wig tussen woorden en daden, en verbeeldt wat de kunstenaar het ‘Carl Andre dilemma’ noemt. Zoals de bovenstaande zin uit Carl Andre killed his wife (1988) niet bewijst dat Andre zijn vrouw écht heeft vermoord, zo bewijst de archiefdoos ook onmogelijk dat het relationele proces daadwerkelijk heeft plaatsgevonden.

Evengoed speelt I am for you, Ich bin für Sie met de conventies van kunsthistorische verwijzingen. In de verschillende reacties van de participanten op Joseph Beuys’ ideeën over sociale sculptuur – het collectieve kunstwerk dat Kinmont ter discussie stelt – staat een eenduidige interpretatie van dit kunsthistorische begrip niet langer centraal. De documenten en discussies trekken het begrip open, en stellen het bloot aan wild variërende interpretaties en manipulaties. I am for you gaat dus over het presenteren van historisch materiaal, maar niet vanuit een statische of zelfs een artistieke opvatting. Het kunsthistorische archief, dat wat normaliter zorgvuldig wordt samengesteld en bewaard, is hier gemuteerd in een bont allegaartje van meningen.

De archiefdrift van Kinmont maakt aldus een dubbele, kritische beweging. Zoals de conceptuele werking van het archief het relationele kunstwerk problematiseert, zo breekt het relationele proces het archief – en zijn kunsthistorische verwijzingen – continu open. Of, zoals drie opeenvolgende regels op de houtplaque van You Carl Andre Me (1988) mooi samenvatten: ‘YOU / CARL ANDRE / ME’.

Stefaan Vervoort is kunstcriticus en researchstudent Visual Arts, Media & Architecture aan de Vrije Universiteit, Amsterdam/Gent

Kunstverein, Amsterdam

12 maart t/m 22 mei

Stefaan Vervoort

Recente artikelen