metropolis m

In de rubriek Brief aan wordt een persoon uit de (inter)nationale kunstwereld gevraagd een open brief te schrijven aan een of meerdere personen, bestaand of niet, om een kwestie aan te kaarten die hem of haar raakt. Sarah van Sonsbeeck verblijft momenteel in São Paulo. Ze besloot een Open Brief aan de Ander te schrijven naar afloop van haar bezoek aan de Biënnale van São Paulo.

Beste Ander,

Op een scherm is een paar Nikes te zien. Onrustig beweegt de camera via een been naar beneden om dan achtereenvolgens even stil te staan bij het logo, de zool en de punt van de schoenen. Niets bijzonders aan te zien. Maar als de camera weer omhoogschuift wordt duidelijk dat het jouw schoenen zijn. Wist je dat je werd gefilmd? It Is Not About Shoes (2014) heet dit kunstwerk, te zien op de 31e Biënnale van São Paulo. De kunstenaar Gabriel Mascaro (1983, Recife, Brazilië) heeft footage van de politie gebruikt, opgenomen tijdens de recente massaprotesten in São Paulo. Met deze beelden kan de politie jou later mogelijk identificeren, desnoods via je schoenen.

Hiermee wordt het ineens op een vreemde manier intiem. Zit er nou een vlekje achterop die Nike? En zit daar op de zijkant van de witte zool een kras? Zou deze persoon echt terug te vinden zijn via zijn schoenen? Ik bekijk mijn eigen schoenen. Zouden er criminelen zijn met dezelfde schoenen als ik? Het lijkt een wel heel vreemde wending aan het Assepoestersprookje. Vind de schoen en je vindt de crimineel.

Eigenlijk gaat deze hele Biënnale over jou, wist je dat? Ik ben wel benieuwd wat je ervan zou vinden. Terwijl ik naar de kunst kijk, merk ik dat er ook naar mij gekeken wordt: een bewaker in uniform, met iets dat vanuit mijn ooghoek lijkt op een wapenstok (heb jij die ook?) houdt me in de gaten. Hij heeft een donkere huidskleur, in tegenstelling tot de meeste bezoekers die ik vandaag zie. Volgens de website wil de Biënnale met de prachtige titel ‘How to talk about things that don’t exist’ een ‘poetic invocation of art’s capacities, of its ability to reflect and act upon life, power and belief’ zijn. De Biënnale wil juist jou, jij die meestal onzichtbaar blijft, zichtbaar maken. Terwijl, terecht opgemerkt in The Guardian van 15 september, juist jij en je vaak benarde positie in de wereld eigenlijk de hoofdrol spelen in deze Biënnale, lijk je in de tentoonstelling zelf vooral als kunst of als personeel aanwezig. Hoe kan dat? In Brazilië, waar ik nu een poos verblijf, zie ik je toch op elke straathoek?

Terwijl ik probeer onopvallend een foto te maken, zie ik dat de muur achter het werk beplakt is met transparant folie. De auto’s erachter lijken vage vlekken. Mensen die buiten lopen kunnen hier niet naar binnen kijken. Ik denk dat dat plakfolie op de ramen zit om een rustige achtergrond te creëren voor de kunst die over jou gaat. Maar dit soort visuele afscherming is eigenlijk overal aanwezig in São Paulo. Eenrichtingsspiegels bedekken gevels, ramen en auto’s. Alles zodat jij maar niet naar binnen kan kijken. Ook het folie beschermt mij tegen jou. Maar tegelijkertijd voel ik me niet veilig. ’s Nachts kan ik door de verduisterde ruit van mijn auto bijna niet in de buitenspiegel kijken. Straks rijd ik je nog omver. En jij denkt vast dat ik veel geld in mijn auto heb; je kunt niet zien dat ik er maar alleen in zit, met mijn gebroken iPhone 4s. Het glas moet dus iets oplossen dat het deels zelf creëert.

De industrie van de angst voor de ander houdt deels ook zichzelf in stand. De vraagstelling van de Biënnale is ontegenzeggelijk actueel. Het is echter niet alleen de kunst, maar vooral ook de onzichtbaar gemaakte werkelijkheid daaromheen die me daarvan bewust maakt.

Even verderop zien jij en ik ‘Inferno’ (2013) van Yael Bartana (1970, Kfar Yehezkel, Israël). Met trage haarscherpe filmbeelden vertelt ze het verhaal van de derde tempel van Salomo. Ooit was er zo’n tempel, de mooiste en grootste op aarde. Deze en ook een tweede werden vernietigd. De oprichting van een derde zou volgens meerdere geloven gepaard gaan met de komst van de Messias en is, hoe onvoorstelbaar ook, in São Paulo nu een feit. Een schatrijke evangelische mecenas heeft er één gebouwd en zojuist geopend.

Eerst zijn er dromerige beelden van mensen in witte gewaden die fruit, groente en bloemen naar de tempel dragen in een optocht die zo uit een Bulgari reclame had kunnen komen. Weet jij waarom ze eigenlijk eten meenemen? Misschien hopen ze dat de Messias deze dingen nodig heeft omdat hij (zij?) net als jij en ik menselijk is?

Maar als de sinistere androgyne hogepriester aan het ritueel begint gaat het vreselijk mis. Alles eindigt in een helse afgrond, de tempel stort ineen. De laatste beelden lijken van de westelijke muur in Jeruzalem te zijn, of is het de replica daarvan die in Rio de Janeiro staat? De suggestie wordt gewekt dat het ook de resten van de derde tempel van Salomo zouden kunnen zijn. Mannen bidden. Mensen stoppen briefjes in de muur. Een jongen staat zo dicht bij de muur als je alleen bij een geliefde zou willen staan. Hij buigt zich voorover, sluit zijn ogen. Met oneindige tederheid zoent hij de muur. Zo zou je alleen een geliefde zoenen. Ook als je net ruzie hebt gemaakt in de Praxis en je beseft dat je deze beminde ander misschien fundamenteel niet begrijpt, dan is zoenen soms het best mogelijke gesprek.

Met vriendelijke groet,

Sarah van Sonsbeeck

Sarah van Sonsbeeck

is beeldend kunstenaar

Recente artikelen