metropolis m

De complexe, levendige performance And You Were Wonderful, On Stage van Cally Spooner, die na verschillende opvoeringen in een take is opgenomen voor een vijfkanaals video-installatie, toont de weerslag van een twee jaar durend onderzoek naar de invloed van techniek op ons leven en onze taal. Een gesprek over belichaming en spreken, als onze stem niet meer van ons is.

Hendrik Folkerts

Vanaf het begin zaten er in And You Were Wonderful, On Stage veel verwijzingen naar populaire denkbeelden. Kun je de stappen van de vele uitvoeringen van het werk traceren en iets vertellen over hoe je deze referenties aanvankelijk verzamelde en ordende in het format van een musical?

Cally Spooner

And You Were Wonderful, On Stage begon toen jij en Annie [Godfrey Larmon] me uitnodigden om een performance voor het Stedelijk Museum te maken. Door Annie kwam ik in aanraking met de teksten van Bernard Stiegler over de impact van “technics” op de arbeider en hoe die techniek misbruikt kan worden. Techniek kan je satellietnavigatie of smartphone zijn, maar het kan net zo goed begrepen worden als een instituut, Ritalin of een algoritme. Kort gezegd is een techniek in dit opzicht iets van buiten jezelf waaraan je iets kunt delegeren en afhankelijk van kan worden omdat je je doel niet meer kunt bereiken zonder hulp van die techniek.

In diezelfde periode werkte ik parttime voor een reclamebureau. Ik was op een project gezet waarin we de medewerkers van onze klanten vroegen om hun persoonlijke “verhalen” te vertellen. Die werden vervolgens gebruikt om tv-reclames te maken die de corporate waarden van de klant moesten weerspiegelen. Het probleem was dat wanneer echte mensen op natuurlijke wijze spreken over hun echte (niet aan werk gerelateerde) levens, dit niet automatisch een afspiegeling is van de merkwaarden. Althans, niet op de manier waarop het bedrijf en het bureau dat wilden. Mijn taak was om de transcripties zodanig te herschrijven dat ze een betere afspiegeling werden van het merk. Die gaf ik dan als een script terug aan de medewerkers. In die scripts praten ze over zichzelf terwijl ze de waarden van het bedrijf waar ze voor werken uitdragen. Ik raakte erg gefascineerd door deze beweging, dit choreograferen van een live-stem naar iets gepolijst en nuttigs.

In die tijd haalden een aantal affaires de voorpagina’s: Beyoncé die playbackte tijdens de presidentiële inauguratie van Obama en Amerika teleurstelde door dit gebrek aan echtheid. Lance Armstrong die toegaf doping te hebben gebruikt en zich verontschuldigde bij Oprah. Jon Favreau, de speechschrijver van Obama, die het Witte Huis verliet om in Hollywood scenario’s te gaan schrijven. En Scooter Braun, de manager van Justin Bieber, die de controle verliest over zijn tienercliënt en hem vervolgens via Twitter herwint. Ik zag in alles een voorbeeld van “technic”: een vooropname, een tekstschrijver, cortisol, een one-size-fits-all-plan, een gemanagede popster. Ze stelden het bedrijf in staat om goede prestaties en industriële standaarden te bereiken en ze te behouden.

Ik wist dat deze verschuiving geen visuele vorm had, maar weergegeven moest worden via een linguïstisch en akoestisch apparaat dat het moment kon componeren. Ook had ik het choreograferen nodig om vorm te geven aan de manier waarop spektakel en techniek zich verplaatsten naar de stem, en in taal zelf. Ik moest een vorm vinden die deze vrij belachelijke vergaderingsnotities kon dragen en verspreiden, poëtische roddels kon doen bewegen naar technische gelijkheid, en die vorm was de Broadwaymusical.’

 

Hendrik Folkerts

Kun je iets vertellen over de verschillende soorten taal die gebruikt worden door de performers en hoe die zich verhouden tot de onderdelen van de performance? Hoe veranderden deze opnames in de multichannelvideo-installatie?

Cally Spooner

‘De video-installatie is opgebouwd rond vijf personages die allemaal een andere stem hebben. De voice-over wordt verzorgd door vijf vrouwen die dingen aankondigen. Ze dragen nieuwsberichten voor, roddelen over gossipsites en mengen dat met citaten uit politieke toespraken en mijn eigen proza en dialogen. Het is een versplinterde, poëtische compilatie die kwetsbaar is maar vol scherpe randen zit. Er is geen centrum en geen climax. Geleidelijk wordt deze compilatie overstemd door het oplezen van de vergadernotities van het reclamebureau, volgens modulair stramien, leerzaam en repetitief. Ze zijn verleidelijk in hun conservatisme en gelijkenissen en ik heb daarom besloten om ze in een nieuwe vorm te gieten, die van de show tune. De achtergronddansers zijn de derde stem. Ze zijn zo gepositioneerd dat alles om hen heen voortdurend beweegt en zich verplaatst, zoals de sets en de technici. De ploeg verplaatst muren en meubels en legt alles vast op film. Tot slot is er een vooraf opgenomen reclame van een werknemer die voor de camera wordt gecorrigeerd door een interviewer. Dit noem ik de “off-cameradialoog”.’

Hendrik Folkerts

Hoe ontstond het denken over arbeid in de performance (de taal, bewegingen, het kader van de musical) en hoe werden jouw ideeën hierover beïnvloed door het werken met andere lichamen dan dat van jezelf?

Cally Spooner

‘In de eerste plaats dacht ik aan de immateriële arbeid van de werknemer: het vertegenwoordigen van het bedrijf via hun lichaam en hun stem die het bedrijf tot een persoon maken. Je zou kunnen zeggen dat werknemers hun werkplek internaliseerden en vervolgens deze internalisering uitdragen. Dat is de arbeid waarin ik het meest geïnteresseerd ben. Hannah Arendt schreef hierover dat wij biologische arbeidsstromen zijn. We kunnen deze stroom alleen stoppen wanneer we volledig ophouden met bestaan. Ik vind dit echt verwarrend, om geen sporen na te laten, om geen geëxternaliseerde producten te maken die je kunt nalaten en verhandelen. In plaats daarvan draait het erop uit dat je een kapitalistische arbeidsplaats met je meedraagt, de taal en waarden ervan (die niet je eigen taal en waarden zijn), in je stem en lichaam. Ik noem dat een “outsource”: het moment waarop je je spreken en denken overdraagt aan iets buiten jezelf. Maar toen gebeurde er iets anders: door het uitbreiden van de musical en het werken met een groeiend aantal mensen, moest ik zelf ook naar buiten en delegeren. Ik begon het op te vatten als een vorm van “outsourcing”, een grote lipsynchronisatie. Ik bleef maar denken: shit, ik heb eigenlijk mezelf geproletariseerd, waarmee ik bedoel dat ik kennis verloor en op een of andere manier mezelf vervreemd voelde van mijn productie, zelfs ondanks (of eigenlijk dankzij) het feit dat het groeide en succes had. Op een bepaalde manier was het zonder mij.’

Hendrik Folkerts

De video-installatie is niet live en evenmin een documentaire registratie; de twee lijken van elkaar afhankelijk in het werk. Hoe behoud je ‘liveness’ in de video-installatie?

Cally Spooner

‘Ik zou zeggen dat “liveness” aanwezig is omdat de film is opgenomen in één take, ook meteen de eerste take. Voor mij leeft iets wanneer het iets uitwerkt, wanneer het iets toont dat nog nooit eerder is gebeurd en nooit meer zal gebeuren, wanneer iets samenkomt en weer uit elkaar valt. Ik denk dat dit soort “levendige” momenten, momenten zijn waarop iets fout gaat. Bijvoorbeeld wanneer de aankondiger Hai Ting de opnames moest verlaten, net voor het eind, omdat ze een vliegtuig moest halen. Vlak voor de dramatische afloop hebben we afscheid moeten nemen van haar. Ze maakt een kleine buiging en verlaat de set. Het is een scène die niet over kon, en het was daarom belangrijk. Het was wat het was en zoals alle goede dingen, ontstond het op het allerlaatste moment. De film is kwetsbaar. Voor mij is die fragiliteit levendigheid. Het hele project gaat over wat levende materie is: waar het gevonden kan worden en waar het onderdrukt of gecontroleerd wordt omwille van goede prestaties en winstbejag. Rosi Braidotti heeft het over het kapitalisme als een kracht die alles wat leeft controleert. Ik ben op zoek naar die plekken waar “datgene wat leeft” een plek vindt en zich organiseert maar niet wordt gecontroleerd. Na een aantal uitvoeringen werd de liveperformance een routine, en beschouwde hem niet meer als “levend”. Ik begon het project en de inhoud volledig te herdenken voor de camera, iets waarvan ik nog niet wist hoe ik dat kon doen. In dit geval kwam het neer op het maken van nieuwe inhoud die specifiek voor het medium film en voor “ontlichaming” is gemaakt. Inhoud die kon spreken over technische lichamen en technische afhankelijkheid. Ik wilde ook een manier vinden om het werk te documenteren, een goed functionerend archief voor dans, muziek, performances en plannen. Een groot deel van de gesprekken, relaties en mensen moesten hun plek vinden, en die plekken zijn de zes ongemonteerde feeds verdeeld over vijf schermen en vier speakers in het Stedelijk Museum. Het is een werk dat op zichzelf staat, maar ook het hoogtepunt en de documentatie van een proces dat twee jaar heeft geduurd en een onderzoeksproject over het technisch worden van het leven en de taal.

Cally Spooner
And You Were Wonderful, On Stage
Stedelijk Museum, Amsterdam
16.01 t/m 17.04.2016

Cally Spooner (1983) staat bekend om haar media-installaties, essays, romans en live-performances zoals radio-uitzendingen, toneelstukken en een musical. Haar werk fluctueert tussen het intuïtieve en het bureaucratische en houdt zich op in een architectuur van taal uit diverse bron die ons maatschappelijke functioneren mede vormgeeft. Opmerkelijk aan Spooners werk zijn haar plotloze romans, ontwrichtende theaterwerken, circulaire monologen en vervreemdende muzikale arrangementen. And You Were Wonderful, On Stage, een musical voor zes camera’s, is een black box van een opnamestudio met al zijn bewoners in één doorlopende take opgenomen. De technische benodigdheden voor de opname zijn daarbij even aanwezig als de performers die worden vastgelegd. De indruk van een postproductie-montage ontstaat door de precieze organisatie en orkestratie van lichamen en apparatuur op de set. (bron: Stedelijk Museum)

Hendrik Folkerts

curator Moderna Museet, Stockholm

Recente artikelen