De Guernica als decor
Op initiatief van Goshka Macuga hangt de geweven replica van Picasso’s Guernica uit het hoofdkwartier van VN in New York nu voor een jaar in de Whitechapel Art Gallery, als decor in een ruimte waar men op aanvraag gratis openbare bijeenkomsten kan organiseren. De Londense installatie diende weer als uitgangspunt voor een nieuw tapijt dat Macuga liet weven in het kader van de tentoonstelling Textiles in MuHKA. Dieter Roelstraete schreef er volgende zaaltekst bij.
De mythen en legenden rond Pablo Picasso’s Guernica kennen vele zijvertakkingen, één daarvan vertelt van het bezoek van een Duitse legerofficier aan het atelier van de grote kunstenaar in het bezette Parijs van de Tweede Wereldoorlog. De officier herkende een schets van Guernica aan de wand van de studio in de Rue des Grands Augustins en vroeg toen volgens het verhaal aan Picasso of dat een werk van hem was (‘heeft u dat gemaakt?’) waarop de schilder zou hebben geantwoord: ‘Nee, dat is uw werk.’ Of het verhaal authentiek is valt onmogelijk te controleren: Picasso – die in politiek opzicht zowel slim als naïef was – zoals eens te meer blijkt uit de controverse rondom zijn beroemde en verdwenen portret van Stalin uit 1953 heeft de anekdote zelf verteld tijdens een interview met het Amerikaanse tijdschrift Newsweek.
Een meer recente anekdote uit de lange, heroïsche geschiedenis van Guernica gaat over de bizarre verschijning van het emblematische werk op een tapijt dat bij de ingang van de Veiligheidsraad in het hoofdkwartier van de Verenigde Naties in New York hangt. Het tapijt is vervaardigd in opdracht van Nelson Rockefeller (ooit de voorzitter van de raad van bestuur van het Museum of Modern Art in New York, waar het originele schilderij van 1939 tot 1981 te zien was). Het is door hem klaarblijkelijk aan de VN geschonken in de ijdele hoop de vlammen van het pacifisme aan te wakkeren bij de notoir ruziezoekerige leden-met-vetorecht van de Veiligheidsraad. Deze status van Guernica als een universeel icoon van anti-oorlogsactivisme is nog eens onderstreept toen de VN besloot het tapijt af te dekken gedurende Colin Powells beruchte speech voor de Veiligheidsraad, waarin de minister van Buitenlandse Zaken van de VS pleitte voor een militaire interventie in Irak.
Toen het tapijt tijdelijk werd uitgeleend aan de Whitechapel Art Gallery (dat onlangs geheel verbouwd is en gelegen is in wat ooit één van de armste buurten van Londen was), in het kader van een kunstproject van Goshka Macuga werd dat mogelijk gemaakt door Bloomberg Limited Partnership, een financieel dienstverleningsbedrijf waarmee de oprichter en grootaandeelhouder Michael Bloomberg de rijkste inwoner van New York werd. Sinds het Guernica-tapijt in april 2009 in de Whitechapel Art Gallery is geïnstalleerd, is de kamer waarin het hangt het decor geweest van ceremoniële en andersoortige bijeenkomsten van allerhande groepen en samenwerkingsverbanden. Dit principe om de ruimte open te stellen voor iedereen die een bijeenkomst wil beleggen onder het alziend oog van de slachtoffers van het bombardement op Guernica in 1937, vormt een integraal onderdeel van Macuga’s project. Als mengsel van politieke naïviteit en uitgekooktheid sluit dit uitgangspunt fraai aan bij de illustere voorgangers als Pablo Picasso en Colin Powell, deze laatste is in Macuga’s ‘installatie’ vereeuwigd in een kubistisch borstbeeld, dat in dezelfde ruimte staat opgesteld.
Hoewel de British National Party of, pak ‘m beet, de lobby van de atoomindustrie nog geen verzoek heeft ingediend om zo’n bijeenkomst in de Whitechapel te houden, heeft Macuga’s ambitieuze experiment in participerende democratie toch al een hele reeks ambigue situaties opgeleverd, van een redevoering van een vertegenwoordiger van het Engelse koningshuis (dat in feite de ontkenning van de democratie belichaamt) tot een verzameling van (kennelijke) kunstminnaars met banden met de wapenindustrie. Kunst als frivole luxe, die soms wel en soms niet een plek claimt om politiek commentaar te leveren op of te interveniëren in de samenleving, brengt onvermijdelijk dit soort onwaarschijnlijke ‘coïncidenties’ voort en een groezelig netwerk van onsmakelijke loyaliteiten en bondgenootschappen: de kunstwereld is de plek par excellence waarin velen van ons (kunstenaars, critici, curatoren, cultureel producenten van alle gezindten, de meesten met een bescheiden economische achtergrond) de kans krijgen om aan te pappen met de bestaande machten in de huidige geglobaliseerde wereld, in concreto de superrijken en welgestelden. Waar de rijkdom vandaan komt is echter een vraag die nooit gesteld mag worden, laat staan beantwoord, want een van de basisprincipes van het kapitalisme luidt dat geld, dat alles gelijkschakelt en de bron is van alle gelijkheid, geen geschiedenis heeft en dat de herkomst ervan geen rol mag spelen als beoordeeld wordt hoe het wordt besteed.
Het is geen goedbewaard geheim meer, en het hoeft ook geen ontzetting of verontwaardigde verbazing te wekken dat ‘antikapitalistische’ kunst of kunst die ‘kritisch’ is (meestal over het kapitalisme) vaak zeer gezocht is en heel duur, waardoor ze de basisstructuur van de klassenmaatschappij in stand houdt. We hoeven ons ook niet gechoqueerd te voelen als een wandtapijt van het meest bekende pacifistische symbool van de twintigste eeuw zo gemakkelijk en achteloos kan worden gereduceerd tot niet meer dan een decor waarvoor een brede diversiteit aan reactionaire krachten gezellige onderonsjes houdt. Wat dat betreft staat het kunstwerk alleen maar voor de verstrengeling van ornament en misdaad. In terugblik lijkt het volkomen terecht dat er een wandtapijt van gemaakt is, twee stappen verwijderd van het origineel!, want dat is de meest affirmatieve van alle vormen van ornamentiek.
Het weefsel van het tapijt (van het schilderij) bevat ook een portret van de kunstenaar, die natuurlijk schuldbewust opzij kijkt, verbluft als ze is door de mise-en-abîme die haar werk heeft opgeleverd.
Dieter Roelstraete is redacteur van Afterall en curator van het M HKA in Antwerpen.
– Textiles. Kunst en het sociale weefselMuseum voor Hedendaagse Kunst Antwerpen
11 september 2009 t/m 3 januari 2010
– The Bloomsberg CommisionGoshka Macuga: The Nature of the BeastWhitechapel Gallery, Londen
5 april 2009 t/m 18 april 2010
Dieter Roelstraete