metropolis m

De Britse kunstenaar Simon Starling is een van de genomineerden voor de Turner Prize 2005. Voor zijn overzichtstentoonstelling in het Kunstmuseum Basel realiseerde hij onlangs het werk Shed/boat/shed. Starling vond een schuurtje langs de oever van de Rijn, onttakelde het, bouwde er een bootje van, vervoerde de rest van de schuur op dit bootje over de Rijn naar het museum om het originele schuurtje daar weer in zijn geheel te reconstrueren. Het is een van zijn inventieve constructies, waarin hij als een wetenschapper de eigenschappen, de geschiedenis, het energieverbruik en functioneren van objecten en dingen bestudeert. Als ware het kleine, ecologische systemen die worden gebouwd zonder aanwijsbaar nut of doel, alleen maar om iets te vertellen over hun eigen bestaan.

Jennifer Allen

De Franse filosoof Georges Bataille formuleerde in de jaren twintig een theorie waarin hij stelde dat de uitgaven van mensen binnen een consumptiemaatschappij noodzakelijkerwijs gebaseerd zijn op een luxe vorm van verspilling. In jouw werk leg je juist de nadruk op hergebruik en spaarzaamheid van gebruikte middelen. Probeer je Bataille te herschrijven?

Simon Starling

‘Batailles theorie over de noodzaak het zonder de overdaad te stellen waar economieën en culturen op draaien is natuurlijk nauw verbonden met de artistieke praktijk – en daarbij staat het idee van overdaad centraal. Ik denk dat het juist deze overdaad is waartoe ik me aangetrokken voel. De kunst onderscheidt zich in zekere zin juist in dit opzicht van zoveel andere dingen, ze is op een prachtige manier gevrijwaard van een strikte noodzaak, ze gaat aan alles voorbij. Ik heb de afgelopen jaren de potentie van dit idee geprobeerd te testen door boten te bouwen waarmee je precies de hoeveelheid vissen kunt vangen voor één maaltijd. Die maaltijd kan dan gekookt worden met het houtskool van de daarvoor gedemonteerde boot (Blue Boat Black, 1997). Een ander voorbeeld is het bouwen van een fiets met het metaal van een stoel en vice versa (Work. Made-ready. Kunsthalle Bern, 1997), of het verplaatsen van opgeslagen zonne-energie over de wereld, et cetera. In feite slaan Batailles beschouwingen over overdaad terug op een begrip dat hecht verbonden is met het ecologische denken. De overtolligheid van zonne-energie raakt ook de kern van zijn argumenten.’

Jennifer Allen

Paul Valéry zei eens: ‘De wereld waardeert alleen datgene wat kan worden afgebroken’

Simon Starling

‘Traagheid en een zorgvuldige uitwerking zijn het belangrijkst voor mij. Misschien kom ik daarmee uit de bus als een tegenstander van industriële modernisering, ik weet het niet. Maar ik heb altijd geprobeerd die hang naar afbreken, vernieuwen, om te keren.’

Jennifer Allen

Sommige van je werken hebben als neventitel ‘mobile architecture’. De meeste kunstenaars vatten mobiliteit op in termen van tijdsduur (een gebouw dat tijdelijk een bepaalde locatie of ruimte in beslag neemt). Jij lijkt er Lucy Lippards theorie over het ‘dematerialiseren van het kunstobject’ aan toe te voegen. Wat zijn jouw ideeën over mobiele architectuur?

Simon Starling

‘Die zijn gestoeld op een principieel ecologische grondslag. Traditionele, mobiele architectuur kan vaak het best begrepen worden als dat het reageert op het land en de omgeving waarin het staat, als een soort symbiose zou je kunnen zeggen. Maar het heeft zijn wortels ook in een duurzaam nomadisch bestaan. Mijn project Shed/boat/shed Mobile Architecture No.2 (2005) neemt dat concept als uitgangspunt. Het is gebaseerd op een typisch plaatselijk verhaal. Het project gaat over het gebruik van de rivier in Bazel en over het prachtige verhaal van de Kunstverein, die in Bazel een museum bouwde met geld dat werd verdiend met de vergunning om een veerboot zonder motor op de Rijn te exploiteren. De energie van de Rijn werd zo bijna letterlijk omgezet in de stenen en het cement van het gebouw. Anderzijds is het project, zoals jij suggereert, verwant aan ideeën van “dematerialisatie” afkomstig uit een artistiek discours. Het is moeilijk iets te doen met een half vervallen schuurtje zonder de beelden op te roepen van de experimenten van Robert Smithson of Gordon Matta-Clark.

Mijn werk probeert deze ideeën samen te laten komen; het entropische traject van “de-architecturalisatie” versus de ecologie van herbruikbare mobiele structuren. Het schuurtje dat ik aantrof aan de oevers van de Rijn, acht kilometer van het Kunstmuseum Basel, had al een lange geschiedenis. Het was al op meerder locaties opnieuw opgebouwd. Mijn project voegde daar slechts één geschiedenislaag aan toe, een paar nieuwe littekens. Wat ik echt fascinerend vind is dat ecologen ook gebruik maken van de term “dematerialisatie”. Het is een centraal begrip binnen de discussie over een mogelijke duurzame toekomst; de economie moet de hoeveelheid onvervangbare stoffen die we consumeren drastisch gaan verminderen. Voor mij is het vooral interessant om deze poging om de maatschappij te “dematerialiseren” te laten samen gaan met het artistieke discours daaromtrent.’

Jennifer Allen

De tentoonstelling van de Duitse kunstenaar Andreas Slominski in de Serpentine Gallery in Londen ging helemaal over transport en de verhalen daaromheen (taxichauffeur, skiër, boot, vliegtuig, styrofoam-schilderijen, verpakkingsmateriaal et cetera). Jij lijkt er meer in geïnteresseerd om aan dit verhaal een politieke, economische en zelfs milieukundige dimensie toe te voegen.

Simon Starling

‘Ik kreeg vorige week een briefkaart van Michael Ashers Postkartenprojekt voor de D&S Ausstellung (1989) in Hamburg. Het is er een uit een serie ansichtkaarten die vrachtwagens afbeelden die zelfs al voor de val van de Muur illegaal giftig afval vervoerden van West naar Oost-Duitsland. Ik voel me met zo’n werk veel meer verwant dan met Slominski’s prachtige en lyrische interpretatie van transport, hoewel beide kunstenaars belangrijk voor me zijn geweest. Het is mijn doel om objecten en materialen tot hun bron te herleiden, zowel in economisch als in historisch opzicht, om sculptuur te politiseren als het ware. Bijvoorbeeld door foto’s te beschouwen als dragers van bepaalde stoffen, zilver- of platinazouten (One Ton, 2004) of door een brommer die op energiecellen loopt de woestijn te laten doorkruisen en water te laten genereren om daar vervolgens een aquarel van te maken. (Tabernas Desert Run, 2004). Dit soort projecten hebben ook een lyrisch en speels aspect maar dat is nooit het eigenlijke doel. Ik werk op dit moment samen met een bevriende kunstenaar, Michael Stevenson, die in Berlijn woont. We zijn aan het nadenken over een nieuw project dat gaat over het concept van MIPS, een gestandaardiseerde manier om de invloed van producten op het milieu in kaart te brengen. Ik denk dat dit het nadenken over duurzaamheid in een nieuwe richting kan sturen. Volgens het MIPS-systeem bijvoorbeeld heeft staal een invloedsfactor van 7 terwijl platina (het metaal dat wordt gebruikt in alle energiecellen) een factor heeft van 500.000.’

Jennifer Allen

Karl Marx probeerde het productieproces te herstellen (arbeidskracht verborgen achter een op consumptie gerichte maatschappij). Probeer jij hetzelfde te doen, maar dan voor een economie gebaseerd op wereldwijde handel?

Simon Starling

‘Ja, in zekere zin is mijn benadering verwant aan Karl Marx’ poging om de relatie tussen productie en consumptie te herstellen. De steeds voortschrijdende globale economie maakt deze relatie steeds fragieler. We rijden met onze lichtgewicht aluminium auto’s door de Europese steden, gerustgesteld door de gedachte dat we het brandstofverbruik aan het terugbrengen zijn, terwijl het eigenlijke probleem verborgen zit achter de bron van deze hypermoderne materialen; in een verwoest Suriname bijvoorbeeld. Voor het maken van één katalysator zijn namelijk drie ton onvervangbare bronnen nodig.’

Jennifer Allen

Wil jij de verhalen die jouw werken oproepen laten circuleren als wereldse reislegendes, los van de fysieke objecten? Je doet me in zekere zin denken aan de verhalenverteller van Walter Benjamin. Die moest verhalen laten rondgaan, en om ze gedenkwaardig te maken moest hij steeds elementen aan ze toevoegen. Informatie vervliegt meteen, maar verhalen beklijven…

Simon Starling

‘De vorm van mijn projecten is ontleend aan literaire bronnen en het zijn vaak verhalen voortkomend uit de orale traditie. Misschien staat dit ook in verband met de discussie over de rol van de kunstenaar en hoe die verschuift of is verschoven. Dit is geen nieuw fenomeen maar wel een fenomeen dat belangrijker wordt. Dit heeft te maken met de “dans” die de kunstenaar opvoert tussen vorm en inhoud binnen zijn of haar praktijk. Maar de dans zelf wordt steeds belangrijker, niet de materie of de ideeën zelf. Naast maken zijn kunstenaars zijn steeds meer bezig met het overbrengen van hun werk. Ze doen interviews als deze, produceren catalogi en geven soms oneindig veel lezingen. Ze willen de controle hebben over hoe hun werk wordt gepositioneerd binnen het vigerende discours. De meest succesvolle kunstenaars zijn diegenen die deze dans het elegantst weten uit te voeren. Misschien zijn de vrij in lucht zwevende verhalen waar jij het over hebt een deel van dit overdrachtsproces. Toch ben ik voornamelijk geïnteresseerd in het proces van het maken. De objecten zelf zijn nog steeds het belangrijkst voor mij. Ze geven de verhalen hun geloofwaardigheid. Wat wel fascinerend is aan het proces van orale overlevering is dat de verhalen gaandeweg veranderen, ze worden verward of verdraaid, ze raken “lost in translation”. Het zijn soms net “Chinese whispers”; het werk kan fantastische veranderingen ondergaan. Ik heb dit proces op de een of ander manier altijd al vast willen leggen in een boek.’

Jennifer Allen

De situationistische manier van door de stad slenteren waarbij je je laat leiden door toeval en willekeur, lijkt me niet jouw favoriete manier van reizen.

Simon Starling

‘Het toeval speelt wel een grote rol in mijn werk. Om terug te komen op het werk Shed/boat/shed waarnaar ik al eerder refereerde, dat begon met een doelloze fietstocht langs de Rijn op zoek naar iets dat ik niet precies voor ogen had. Nadat ik de dam gepasseerd was, de buitenwijken van de stad Bazel en de grote farmaceutische fabrieken, kwam ik op een open plek en daar stond dat schuurtje, recht voor me. Het was wat verwaarloosd maar op de voorkant was een roeiriem bevestigd, dat was voor mij de trigger. Zoek en gij zult vinden, het lijkt negen van de tien keer te werken voor mij, zelfs als ik niet weet waar ik naar op zoek ben.’

Jennifer Allen

Recente artikelen