Frans Zwartjes
Frans Zwartjes
GEM, Den Haag
Wie Frans Zwartjes (1927) zegt, zegt fragmentarische filmbeelden, korrelige erotiek, psychotische hysterie en onheilspellende achtergrondmuziek. De ingewijde denkt wellicht aan zijn twee vaste muzes: zijn vrouw Trix Zwartjes en de vorig jaar overleden kunstenaar en actrice Moniek Toebosch. Minder bekend zijn de 680 foto’s die het Gemeentemuseum Den Haag in 2012 via Galerie Van Zoetendaal verwierf. Voor het eerst is een selectie uit het fotografisch oeuvre van de volgens Susan Sontag in de jaren zestig ‘belangrijkste experimentele filmmaker van deze tijd’ te zien in de tentoonstelling The Holy Family en de gelijknamige publicatie.
Bij binnenkomst in de kelder van het GEM wordt de aandacht direct getrokken door nooit eerder getoonde found footage; toch direct weer film dus. We zien een jeugdige Moniek Toebosch half ontbloot op een kastje zitten lonken, knipperend met haar heftig opgemaakte wimpers als een bewegende pin-up. Maar dan wel een uit de jaren zeventig, zonder airbrush en met een aandoenlijk wondje op haar enkel. Langzame, sensuele beelden worden onderbroken door elkaar snel opvolgende shots met spastische gezichtsuitdrukkingen. Als in een flipbook veroorzaken versnelling en vertraging van in de camera gemonteerde beeldenreeksen de hoekige dynamiek die Zwartjes’ handelsmerk werd.
Juist de kenmerkende onstuimige bewegingsdynamiek ontbreekt in de foto’s. Sculpturale naakten (de mooiste voorbeelden zijn de serie Situatie uit 1966 en de serie Noorwegen uit 1972) worden afgewisseld met theatrale film stills en statische voorstudies van filmsets, zoals de witte decors van Living (1971), waarin Zwartjes en zijn vrouw door hun nieuwe Haagse huis dwalen met de camera in de hand: selfies uit de seventies. De foto’s worden als autonome werken gepresenteerd, zonder tekst en in ogenschijnlijk willekeurige volgorde.
Hierdoor ontkom ik niet aan de indruk dat deze fotocollectie, die meer dan veertig jaar na dato het licht ziet, een bijproduct is van Zwartjes’ filmoeuvre. Dit schetsboek van een begenadigd filmmaker is vooral interessant voor degene die de puzzel kan leggen, maar is op zichzelf staand niet sprekend genoeg voor de leek. De complementaire functie van fotografie wordt door Zwartjes zelf aangehaald in een documentaire van René Coelho (Frans Zwartjes, filmmaker uit 1972), waarin hij uitlegt dat hij vooral door film als integraal medium wordt aangetrokken; geluid en beweging zijn minstens zo belangrijk als beeldcompositie. ‘De fotografische informatie vind ik de minst interessante kant van film.’
Als je bereid bent de fotografie als archiefmateriaal te beschouwen, toont ze haar relevantie, met name bij de ontwikkeling van Zwartjes belangrijkste thematiek: de ontluikende seksuele vrijheid waar wij nu de vruchten van plukken. Zijn werk toont ook de keerzijde van de gewonnen vrijheid, de objectificering van het vrouwelijk lichaam in de media. De erotiek in zijn films en foto’s is zowel esthetisch als beklemmend, en soms ronduit sadistisch.
De dynamiek tussen vrijheid en gevangenschap komt prachtig tot uiting in Spectator (1970), de meest erotische en betoverende film in de tentoonstelling. Moniek Toebosch ligt op bed. Een man (Christian Manders) cirkelt om haar heen met een verrekijker en stelt scherp op trillende wimpers, een open mond en een slechts door een panty verhulde venusheuvel. De korrelige beschaduwde beelden maken het lichaam van de vrouw als die van een mannequin: de ultieme aanbidding en gelijktijdige onderwerping van de vrouw. Maar plotseling komt Moniek ter zake en begint zich onbekommerd aan te kleden. Sensualiteit maakt plaats voor routineuze en doelbewuste bewegingen, de pop wordt weer vrouw.
De opstelling in het GEM lijkt de associatieve en fragmentarische esthetiek van de kunstenaar te willen spiegelen. Maar in een poging de ambiguïteit van Zwartjes’ werk te waarborgen wordt fragmentatie ongeregisseerde willekeur. Bij gebrek aan chronologie en een conceptueel kader betrap ik mezelf op voortdurend heen-en-weer-geloop tussen films en foto’s in een poging om de beelden in Zwartjes’ filmisch oeuvre te plaatsen. Iets meer regie was welkom geweest.
Hinde Haest