metropolis m

Hrair Sarkissian

Een Syrische Armeniër die naar de Rietveld Academie trok en fotograaf werd van licht verontrustende fotoseries.

Uit alle foto’s van Hrair Sarkissian (1973) spreekt hoe vertrouwd hij is met een camera, wat niet altijd wil zeggen dat hij zich ook op zijn gemak voelt bij zijn onderwerp. Het is alsof Sarkissians werk door twee lenzen gemaakt wordt, waarbij de ene lens veelal desolate, stedelijke of architectonische plekken inkadert. De andere lens levert de persoonlijke en emotionele band met deze specifieke plekken. De twee elementen komen in het beeld niet direct tot elkaar, maar komen samenmet de tijd, iedere keer als je er weer naar kijkt. Sarkissians werk gaat dus zowel over fotografie als over beeldvorming: hoeveel informatie verschaft of verhult een foto? Wat wordt er in een foto vastgelegd of gedocumenteerd, en wat laat ze over aan de verbeelding?

In de reeks Construction (2010) fotografeert de kunstenaar allerlei bouwsels van Kapla, de houten speelgoedblokjes. De kale, architectonische constructies zijn gefotografeerd tegen een zwarte achtergrond. Ze maken daardoor een ontheemde indruk, alsof ze tijdloos zijn en vrij in de ruimte zweven. Sarkissian, een Syriër van Armeense afkomst, probeerde de huizen te reconstrueren van het Turkse dorp waar zijn grootvader woonde voor deze in 1915 naar Syrië vluchtte ten tijde van de Armeense volkerenmoord. Sarkissian is nooit in dit dorp geweest en heeft ook zijn grootvader nooit gekend. Het enige waarop hij zich kon baseren, waren de familieverhalen. De Kapla-constructies liggen deels in de schaduw, waardoor we er nooit een volledig beeld van kunnen krijgen. Op de reeks foto’s herkennen we muren, ramen, misschien een deur, maar aan al die elementen ontbreekt iets, zoals dat eigen is aan herinneringen.

De titels van Sarkissians werk verschaffen bewust aanwijzingen, waardoor je er als toeschouwer opnieuw naar gaat kijken. Het beste voorbeeld daarvan is de reeks Execution Squares (2008), die eerder te zien was op de biënnales van Istanbul en Sharjah. De foto’s, die bij het ochtendgloren zijn gemaakt in Damascus, Lattakia en Aleppo in Syrië, tonen verlaten pleinen. Op sommige foto’s zijn affiches of standbeelden te zien van de vroegere leider Hafez el-Assad, op andere palmbomen of reclameborden. Het ziet er allemaal heel rustig en onschuldig uit, tot we lezen dat op deze stadspleinen mensen in het openbaar worden opgehangen. Ook hier lijken de beelden bepaald te worden door wat niet aanwezig is. Er waren geesten rond.

Fotografie zit Hrair Sarkissian in het bloed. In zijn jeugd in Damascus was hij vaker te vinden in de studio en het fotolaboratorium van zijn vader, het Sarkissian Photo Centre, dan thuis. Sarkissian werkte jarenlang samen met zijn vader, maar besloot uiteindelijk voor zichzelf te beginnen en kunstenaar te worden, wat tot een breuk tussen beide mannen leidde. De verzoening tussen de kunstenaar en zijn vader is te zien in Sarkissians afstudeerproject aan de Rietveld Academie, de twee reeksen Sarkissian Photo Centre en My father & I (2010). In de eerste laat hij de studio van zijn vader zien voor deze definitief de deuren sloot, en in de tweede vraagt hij zijn vader voor het eerst hem te fotograferen in de studio, voor een ‘laatste sessie’, en combineert die foto’s met portretfoto’s van zijn vader. Met dit project lijkt hij een volgende stap in zijn werk te hebben gezet, in die zin dat het persoonlijke onderwerp van de plek en het emotionele narratieve element ditmaal schijnbaar naadloos op elkaar aansluiten. Het werk heeft een wat informelere esthetiek, alsof het om familiekiekjes gaat ¬¬– wat het natuurlijk ook zijn. Hoewel hij eigenlijk zelden mensen fotografeert, bevestigt deze portretreeks opnieuw de professionele band en de bloedband tussen beide mannen. In deze foto’s wordt het heden vastgelegd ter herinnering aan de nalatenschap.

Sarkissians meest recente project is Istory (2011), dat hij maakte tijdens een verblijf in Istanbul. De serie toont de beladen en overvolle interieurs van bibliotheken en archieven. Als Syrische Armeniër in Turkije vond Sarkissian het moeilijk om foto’s te nemen van boeken over Armenië en de Armeniërs. Zijn ongemak bij de historische en politieke beladenheid daarvan uit zich in de foto’s, die een volgepropte en verstikkende indruk geven. De titels van de boeken zijn in de foto’s niet te zien, alleen de omvang van de geschiedenis(die ook Sarkissians geschiedenis is), die niet wordt ontsloten.

Nat Muller is curator en criticus, Rotterdam

Hrair SarkissianPodbielski Contemporary, Berlijn

23 september t/m 15 november 2011

Thessaloniki Biennale of Contemporary Art18 september t/m 18 december 2011

Vertaald uit het Engels door Arjen Mulder & Maaike Post

Nat Muller

Recente artikelen