Maartje Korstanje
De beelden van Maartje Korstanje ontstaan vaak vanuit een verwondering over ogenschijnlijk alledaagse gebeurtenissen. Deze ervaring verwerkt ze in sculpturen die de toeschouwer bewust moeten maken van datgene wat hem dagelijks omringt. Een paar jaar geleden zag ik op de eindexamententoonstelling van de Akademie voor Kunst en Vormgeving St. Joost in Breda een fascinerend werk van haar over een ‘snelwegervaring’. Daarin bleek ze in staat de ervaring van de snelweg, vanuit de auto bekeken, ‘te stollen’ in een installatie. Voorbijflitsende auto’s en lichtbundels waren gefabriceerd uit papier, karton en vooral heel veel lijm.
De sculpturen die Korstanje (samen met Claire Harvey, Viviane Sassen en Sung Hwan Kim genomineerd voor de Prix de Rome 2007) nu laat zien in de kabinetten van de Vleeshal verraden allemaal een duidelijke fascinatie voor dierlijke vormen. In een van de museale ruimtes duikt een beest op uit een vloer van golfkarton. Vervaarlijk, maar tegelijkertijd met een beetje sullige blik, spreidt hij zijn klauwen in de richting van de toeschouwer. Even verderop staat een ranke, vogelachtige sculptuur, opgebouwd uit onder andere gietschuim. Met een opengesperde bek staat hij op het punt om van een kartonnen doos te vliegen.
De sculpturen herbergen fascinerende kenmerken van dieren. Toch kun je er niet echt de vinger op leggen. De onderdelen zijn te zeer versnipperd en met elkaar verstrengeld, om de dierfiguren afzonderlijk te kunnen onderscheiden. Het zijn dan ook geen complete representaties van dieren, ze bevatten alleen dierlijke eigenschappen. Hoogtepunt in de tentoonstelling is een enorm gevaarte van bruin karton, dat aan de voorkant met zijn vervaarlijke sprieten nog het meest wegheeft van een reusachtig insect, maar een boomstronkachtige achterkant heeft. Het zou zo weggelopen kunnen zijn uit de boeken van Kafka. De beelden zijn nooit verontrustend, eerder een beetje sullig, ontwapenend en vooral vol subtiele humor. Zo bungelt een enorme, kartonnen insectfiguur aan twee touwtjes machteloos in de ruimte.
Even verderop heeft Hisham Bharoocha de Vleeshal omgebouwd tot een ruimtevullende tuin, getiteld Feel the Light. De artificiële, felgekleurde sculpturen refereren aan natuurlijke vormen als bergen, bomen en planten. Ze moeten vragen oproepen over het onderscheid tussen cultuur en natuur, maar doen ondertussen wonderlijk ongeïnspireerd en wezenloos aan. Hoe anders zijn dan de beelden van Korstanje! Zonder vooraf schetsen te maken creëert ze al doende de sculpturen. Karton, behangplaksel, PU-schuim of kunststof: al deze (goedkope) materialen zijn in principe geschikt voor het maken van werk. Wat daarbij vooral opvalt is dat ze blaken van het plezier waarmee ze zijn gefabriceerd. En daarmee stralen ze een aanstekelijke energie uit die je in veel hedendaagse beeldhouwkunst nog wel eens node mist.
Martijn Verhoeven