Manifestatie After Neurath
Manifestatie After Neurath
Het is een beetje een belegen waarheid dat visionaire idealen nergens toe leiden. De patstelling die hieruit voortvloeit, is dat er aan de ene kant grote behoefte is aan engagement gericht op een betere toekomst, maar dat tegelijkertijd niemand zich durft te verbinden aan een model dat daartoe zou kunnen leiden, uit angst voor utopist versleten te worden. De kille feiten uit de geschiedenis weerhouden ons van het opperen van Grote Ideeën.
Om uit deze houdgreep te geraken wordt de laatste tijd veelvuldig onderzoek gedaan naar idealisten uit het verleden. De herwaardering van bijvoorbeeld Guy Debord en de Situationisten, maar ook van utopische architectuurcollectieven als Superstudio en Team 10 zijn hier voorbeelden van. Geheel in lijn hiermee zet Stroom Den Haag een groot deel van haar huidige programma in voor een evaluatie van de ideeën van Otto Neurath. De manifestatie After Neurath, samengesteld door Steve Rushton, begon eind 2006 met een symposium, een aantal workshops en de lancering van een uitgebreid webdossier. In februari en maart dit jaar volgden een reader, lezingen en twee tentoonstellingen: Like sailors on the open sea en TEA TIME – tegen de verhoging van de uitbuitingsgraad. En later dit jaar is er nog een derde expositie Ici Cité Mondiale. Maar wie is Neurath? En zijn zijn denkbeelden bruikbaar voor de 21e eeuw?
Het informatiemateriaal van Stroom zegt hier vreemd genoeg niet veel meer over dan dat er blijkbaar een ‘hernieuwde interesse’ is voor de ‘utopisch filosoof’ Neurath en dat wij ‘vandaag de dag’ nog wat van hem kunnen leren. Daar komen we niet veel verder mee. Helaas verheldert ook een bezoek aan de tentoonstelling Like sailors on the open sea niet veel meer. Het levert veel interessante onderzoeksgegevens op maar biedt verder weinig houvast. Om door te kunnen dringen tot de ‘organisatie van kennis’ die centraal staat in het project, moet je je ingraven in reader en webdossier. Dat is jammer, want beperkt het publiek een beetje tot insiders en liefhebbers van droge kost. Toch is de studieuze benadering van het project misschien juist het belang ervan. De kracht van After Neurath is bovendien dat het een poging doet visionair idealisme aansluiting te laten vinden bij de actuele kunstproductie.
De Oostenrijkse wetenschapsfilosoof en politiek econoom Otto Neurath (1882-1945) is vooral bekend als de uitvinder van de ISOTYPE, een educatieve beeldtaal bestaande uit pictogrammen. Neurath werkte van 1934 tot 1940 in Den Haag aan dit systeem, nadat hij vanwege zijn rol bij een kortdurende marxistische revolutie (de Bayerische Räterepublik) niet meer welkom was in het Wenen van na de Anschluss.
Waar Neurath eerder had geprobeerd om een economie in het leven te roepen die niet gedreven was door winstbejag, zette hij zich in Den Haag aan een stelsel van symbolen waarmee de gewone man bewust moest worden gemaakt van de sociale ongelijkheid die het gevolg was van het kapitalisme.
Stroom toont en onderzoekt de merites van de ISOTYPE als hulpmiddel voor sociale verandering. De ‘beeldatlas’ die Neurath maakte samen met de kunstenaar Ger Arntz, geeft allerlei demografische en economische processen weer en blijkt opvallend actueel. Niet alleen inhoudelijk, of omdat het sterk doet denken aan de modebewuste ‘datascapes’ van eind jaren negentig, maar vooral omdat de taal van pictogrammen inmiddels zo normaal is geworden dat we geen enkele moeite meer hebben om haar te ‘lezen’. De ISOTYPE is interessant omdat we tegelijk weten dat iconen en pictogrammen tegenwoordig vooral worden ingezet met een commercieel doel, en dat statistiek meestal in dienst staat van prestatienormen en streefcijfers. Neurath zoekt daarentegen naar een nieuwe, snelle vorm van communicatie voor mensen met verschillende talen en culturele achtergronden. Via grafische vormgeving verbindt hij wetenschap met de politiek en een hoger doel.
Voor hedendaagse kunstenaars is dit inspirerend omdat het een werkbaar model is: voor de goede verstaander is Neuraths herschikking van informatie een manier om een nieuwe, betekenisvolle rol te geven aan kunst: als bemiddelaar of vertaler van voor de samenleving belangrijke kennis. De herwaardering voor het utopische blijkt dan vooral analytisch van karakter te zijn. De kunstenaars in After Neurath zou je ‘researchkunstenaars’ kunnen noemen: niet het object of het maakproces van kunst staan centraal, maar het articuleren van een eigen kritiek ten aanzien van ideologieën uit het verleden. Alice Creischer en Andreas Siekmann maken een nieuwe atlas, gebruikmakend van de beeldtaal van Neurath, maar met actuele gegevens. De socialistische hiëroglyfen van weleer – vuist, arbeider, soldaat, fabriek – doen wellicht wat ouderwets aan, maar communiceren nog net zo direct als vroeger. Bureau d’études ontwikkelt op zijn beurt een eigen visuele taal à la Neurath om te onderzoeken hoe overheid en industrie in deze tijd ons leven bepalen. Oliver Ressler ten slotte richt zich met zestien op video opgenomen interviews met economen, politieke wetenschappers en historici, op informatie over (gefaalde) concepten voor alternatieve maatschappijvormen.
De manier waarop zij dit doen is boeiend. Boodschap en doel van Neurath wijken weinig af van die van de hedendaagse kunstenaars. De sociaaldemocratische idealen laten zich prima verbinden met de onvrede over een cultuur van consumentisme en individualisme. Maar het is vooral de combinatie van serieuze analyse en cut and paste-opportunisme (in de goede zin van het woord; welke elementen zijn bruikbaar?) die de manifestatie After Neurath interessant maakt. Er worden geen antwoorden op tafel gelegd, maar op een prettig naïeve manier worden waardevolle dingen uit het verleden gelicht, ontdaan van hun smet, en opnieuw doordacht. Op termijn kunnen deze ingrediënten leiden tot het vrijmaken van een eigen utopische ruimte. After Neurath neemt zo de juiste temperatuur van deze tijd. Het streven naar een betere toekomst wordt niet langer via revolutie maar via evolutie bereikt, stap voor stap, ervan uitgaande dat de ware revolutie altijd zal bestaan uit tweederde behoud en één derde radicale verandering.
We are like sailors who on the open sea must reconstruct their ship but never are able to start afresh from the bottom. Where a beam is taken away a new one must at once be put there, and for this the rest of the ship is used as support. In this way, by using the old beams and driftwood the ship can be shaped entirely anew, but only by gradual reconstruction.
– Otto Neurath
After Neurath: Like sailors on the open sea25 februari t/m 8 april
TEA TIME – tegen de verhoging van de uitbuitingsgraad10 maart t/m 8 april
Steven van Teeseling