metropolis m

Mexico 1968 en Rotterdam 2003
Een nieuwe letter voor het Boijmans

Onlangs ontwierp Mevis & Van Deursen een nieuwe huisstijl voor het museum Boijmans van Beuningen. De kern daarvan is een lettertype dat veel lijkt op het beroemde lettertype dat werd ontworpen voor de Olympische Spelen van 1968.

Letterontwerp is de kunst van het creëren van lettervormen. Typografie gebruikt die letters en arrangeert ze in tijd en ruimte, op basis van een verzameling conventies die in de loop van honderden jaren tot stand zijn gekomen. De vermenigvuldiging van letters is een sociale handeling, of zoals de Amerikaanse ontwerpcriticus Ellen Lupton het stelt: ‘De sociale rol van gedrukte letters is om de sporen van de beschaving te bewaren in een permanente en tastbare vorm.’

Als we lezen zijn we geneigd het geschreven woord waar te nemen als concept en niet als vorm. Het resultaat daarvan is dat de meeste lezers de visuele verschijningsvorm van de tekst negeren, omdat ze bezig zijn met de betekenis van de woorden. Dit is geheel volgens het traditionele model van typografie zoals dat in de vroege twintigste eeuw werd voorgesteld door de letterhistoricus Beatrice Warde. Zij vergeleek het lezen van tekst met het drinken uit een kristallen bokaal: hoe transparanter de ‘container’ hoe intenser het plezier dat ontleend kan worden aan het consumeren van de inhoud. Deze opvatting van typografie als neutrale overbrenger van een bericht is de velangrijkste leidraad geweest van de letterontwerpers in de afgelopen vijfhonderd jaar. Pas laat in de twintigste eeuw werd de functie van letterontwerp verbreed, onder druk van de commercie en de continue hang naar nieuwsgierigheid. Lettertypes onderstrepen dan de verschillen tussen gedrukte boodschappen en markeren herkenbare identiteiten.

Lettertypes werden vaak gebruikt om de stem van een schrijver weer te geven, of de stemming van een tekst, maar kunnen lettertypes een eigen identiteit hebben, zoals de menselijke stem? Kunnen ze specifieke waarden communiceren? Als ik tekst in Courier zet, communiceer ik dan informaliteit en terughoudendheid, terwijl tekst in Baskerville elegantie en prestige overbrengt?

De communicatieve kracht van typografie wordt ook onderkend door sommige grote bedrijven en vele daarvan hebben vooraanstaande letterontwerpers de opdracht gegeven om eigen bedrijfslettertypes te creëren. Deze lettertypes zijn exclusief voor het bedrijf en zijn niet publiek beschikbaar. Een ongewoon voorbeeld daarvan is het initiatief van Microsoft dat midden jaren negentig leidde tot het ontwerpen van een serie eigen lettertypes, zoals de Verdana en de Georgia, die geoptimaliseerd zijn voor het lezen op een computerscherm en in het operating system gebruikt worden. De gebruikers van Microsoft software mogen deze lettertypes gratis gebruiken en hebben baat bij de genereuze investering van Microsoft in het letterontwerp. Terwijl je je eigen boodschappen schrijft, word je er zachtjes maar nadrukkelijk op gewezen dat je dit doet met de stem van Microsoft. Andere bedrijven (zoals KPN of Siemens) gebruiken hun bedrijfslettertypen als een soort handtekening om hun publiek gemaakte boodschappen een authenticiteitsstempel mee te geven en te bewijzen dat ze geen gebruik maken van het archief aan bestaande lettertypes. Hun exclusieve lettertypes zijn geïntegreerd in een complexe bedrijfsidentiteit en het type komt zeer nauw overeen met de waarden die de bedrijven uit willen stralen.

Ook kunstenaars maken gebruik van de technieken van het grafisch ontwerp. Sommige kunstenaars communiceren in de massamedia om zo een groter publiek te bereiken en meer gevarieerde reacties te krijgen. De keuze van een bepaald lettertype kan een spanning creëren tussen hoe woorden verschijnen op de pagina en wat ze zeggen, en zo verwachtingen scheppen. Het lettertype kan gebruikt worden om de boodschap te bevestigen en om hem tegen te spreken. Net als de bedrijven gebruiken kunstenaars lettertypes om een identiteit vast te leggen. We kunnen het werk van Barbara Kruger herkennen aan de Futura Bold Italic, dat van Joseph Kosuth aan de Sabon en Jenny Holzer aan het gebruik van generieke LCD-letters. Anderen, zoals Damien Hirst, gebruiken de diensten van professionals om hun ideeën efficiënt te communiceren. Hirst heeft vruchtbaar samengewerkt met een van de meest vooraanstaande Britse typografen, Jonathan Barbrook. Beiden hebben hun voordeel gedaan met de (nog) zeldzame samenwerking, Hirst omdat hij nu overtuigende voorbeelden van typografie heeft, Barbrook door zijn connectie met de kunstwereld, die vaak gepresenteerd wordt als superieur aan het dienstbare veld van de typografie.

Mevis & Van Deursen, een eerbiedwaardige Amsterdamse ontwerpstudio heeft recent een nieuwe visuele identiteit voor het Rotterdamse museum Boijmans van Beuningen ontworpen. Onderdeel van de nieuwe identiteit is een speciaal voor de gelegenheid gemaakt, gelaagd lettertype (gedigitaliseerd door Radim Pesko). Armand Mevis en Linda van Deursen verklaren het project: ‘Het idee was om een outline B te combineren met een gewone B, twee B’s die in elkaar pasten en het logo zouden kunnen worden: een B bestaande uit drie lijnen. Vanuit dat uitgangspunt zijn we gaan werken aan een lettertype dat de complexiteit van het museum zou kunnen weergeven. Dit lettertype volgt de structuur van het gebouw met zijn in de loop van de jaren toegevoegde schillen. Je kunt lijnen toevoegen aan het logo, wat direct verwijst naar de specifieke collectiefunctie van het museum: het kan groeien.’ Maar de drie lijnen van het Boijmans-lettertype kunnen ook gescheiden worden en afzonderlijk gebruikt worden om de hiërarchie in een tekst aan te geven.

Het lettertype lijkt sterk op het lettertype dat gebruikt werd voor de Olympische Spelen van 1968 in Mexico City en dat ontworpen werd door Lance Wyman en zijn team. Bestaande uit meervoudige lijnen die letters vormen, echoot dat alfabet motieven uit de vroege Mexicaanse volkskunst. Dit lettertype werd uitgebreid tot een lettertype voor displays en werd in zeer veel grafische uitingen gebruikt, van tickets tot posters en infographics.

Het Boijmans-lettertype vindt vergelijkbare toepassingen en wordt bijvoorbeeld zowel gebruikt als onderdeel van het informatiesysteem dat de bezoeker door het museum gidst als in al het drukwerk. Wat is dan het verschil tussen Wymans lettertype uit 1967 en dat van Mevis & Van Deursen uit 2003? Puur afgaand op de vorm van de letters is er weinig verschil, ze lijken verbazingwekkend veel op elkaar. Beide zijn modulaire lettertypes, opgebouwd uit drie lijnen van identieke dikte met open eindes. De nieuwe versie is iets lichter, sommige karakters zijn iets aangepast en door het toevoegen van moderne variaties is het complexer. Maar vanwege de andere inhoud van de boodschap (en daarom de andere context) ligt er een groot verschil in het uiteindelijk effect. Wyman was een pionier op het gebied van het ontwerpen van een identiteitssysteem voor een bedrijf (de Olympische Spelen) en hij koesterde het idee van een alomvattende vormgeving van communicatie die het nationale erfgoed zou reflecteren. De ontwerphistoricus Philip Meggs schrijft: ‘Wymans doel was om een ontwerpsysteem te creëren dat volledig een eenheid was, eenvoudig te begrijpen voor mensen met verschillende taalachtergronden en flexibel genoeg om tegemoet te komen aan een breed spectrum van toepassingen.’

Mevis & Van Deursen eigenen zich een meer dan dertig jaar oud ontwerp toe dat zij fragmenteren en van meer lagen voorzien. Die werkwijze kan gemakkelijk geclassificeerd worden als postmodern. Mevis & Van Deursen geven toe dat ‘het lettertype rechtstreeks ontwikkeld is aan de hand van het lettertype van de Olympische Spelen in Mexico’, maar ze voegen eraan toe dat ze het op een heel andere manier gebruiken. Ze concluderen dat het lettertype het museum een sterke identiteit verleent en dat ‘het ons niet uitmaakt dat er zo nu en dan iemand (meestal een grafisch ontwerper) is die ons erop wijst dat het lettertype lijkt op dat van de Olympische Spelen. Dat viel te verwachten.’ Het project van Mevis & Van Deursen is een uitdaging aan de geschiedenis, het ziet de geschiedenis als een dynamisch, non-lineair proces waarin het heden en het verleden coëxisteren. Het is gebaseerd op een niet-dogmatische diversiteit, pluraliteit en flexibiliteit en opent mogelijkheden voor nieuwe ontwerpstrategieën, waarbij ontwerpers niet alleen naar nieuwigheid zoeken maar direct kunnen voortbouwen op bestaande oplossingen.

Als een lettertype de inhoud kan beïnvloeden, kan de situatie dan omgekeerd worden en kan een specifieke inhoud de betekenis van een lettertype veranderen? Dit is wat het project van Mevis & Van Deursen impliciet suggereert. Lettertypes zijn halffabrikaten die bedoeld zijn om gebruikt te worden, ze zijn incompleet tot ze hun eigen context vinden. Is de context eenmaal gedefinieerd, dan hangen lettertype en inhoud samen.

Het is niet duidelijk of Mevis & Van Deursens digitale versie van Wymans analoge ontwerp een kritisch antwoord is op het modernistische ontwerp van de jaren zestig of een formeel spel met artefacten die hun relevantie verloren hebben. Maar het bewijst wel dat lettertypes een rijke en vruchtbare akker zijn voor conceptuele strategieën, waarbij het lettertype niet langer een medium voor expressie is, maar het object van onderzoek. Een ooit onzichtbare kunst wordt weer zichtbaar, en wordt beoefend door een groeiend aantal individuen met verschillende doelen en motivaties.

Peter Bilak

Recente artikelen