metropolis m

Nu in NL no.9
David Bade en het Insituto Buena Vista

Vrijheid. Het is misschien een beetje pathetisch, geeft hij schoorvoetend toe, maar hij vindt het toch belangrijk om te benadrukken. Er waren twee momenten in zijn carrière als kunstenaar waarop hij die vrijheid heel sterk ervoer. Twee sleutelmomenten. Het eerste was tijdens zijn studietijd op de Ateliers. ‘Dat was het moment waarop ik echt op mijn intuïtie en ogen durfde te gaan vertrouwen. Dat ik er vanuit mocht gaan dat waar mijn oog op viel in die enorme hoeveelheid aan visuele informatie, de moeite waard was, ook al ging het om een blauwe wasborstel uit een wasstraat. Ik hoefde het niet meer rationeel te legitimeren. Dat opende een enorm potentieel voor me.’

Het tweede sleutelmoment, een aantal jaar later, verraste hem meer. Bades loopbaan had inmiddels een hoge vlucht genomen, maar hij begon zich steeds meer af te vragen of hij daar wel gelukkig van werd. ‘Bij de zoveelste opening in een mooi museum begon iets te knagen. Mijn beelden stonden op de parketvloer, iedereen stond op mijn schouders te rammen hoe geweldig ik was en achter mij stonden mijn “zogenaamde” vrienden met een wijntje in de hand te roddelen: “Het is wel weer kut met die Bade hè, hij doet steeds hetzelfde.” Ik overdrijf natuurlijk enigszins, maar je begrijpt wat ik bedoel.’ Het idee dat na elke tentoonstelling weer een nieuwe strategische zet moest volgen, lag hem niet. Eerst Tate Modern en daarna New York veroveren? Waarom? De openingen zouden alleen maar meer op elkaar gaan lijken. Toen kwam Edwin Jacobs van Museum Jan Cunen in Oss in 1998 met een idioot voorstel. Of hij een educatief project wilde doen met driehonderd kinderen van het VMBO. Hij zei meteen ja. Hij bedacht een project waarbij de zalen van het museum elk een eigen thema kregen. Met vette housemuziek op de achtergrond en Bade die met een microfoon als een mc (master of ceremony) rondliep, werkten verschillende groepen leerlingen beurtelings in de verschillende ruimtes. Samen creëerden ze een enorm gesamtkunstwerk. ‘De energie die vrijkwam was echt ongelooflijk’, zegt Bade. Het werd een succes. Chris Dercon nodigde hem uit hetzelfde in het Boijmans Van Beuningen te komen doen, maar Bade bedankte voor de eer. ‘Ik wilde het niet zien als een truc die ik zomaar zou kunnen herhalen. Ik voelde aan dat het een wezenlijk onderdeel van mijn kunstenaarschap zou gaan worden.’

Bade werd geboren op Curaçao, maar verhuisde als kind van drie naar Nederland, en het werd zijn persoonlijke queeste ‘iets’ op Curaçao te willen doen. Hij dacht eerst aan het oprichten van een school, het werd uiteindelijk Stichting ArteSwa, een stichting die Bade samen met zijn broer, grafisch vormgever Herman Bade en kunsthistoricus Jennifer Smit oprichtte. De doelstelling van ArteSwa is educatief, de filosofie erachter ligt in het verlengde van zijn eigen kunstenaarspraktijk: het aanboren van een persoonlijke en authentieke vorm van fantasie en creativiteit. Maar ArteSwa wil ook groepen mensen uit de Curaçaose samenleving bij elkaar brengen. In 2005 vindt Bade zichzelf terug op een mooie zonnige dag, bouwend aan een echte karosa (praalwagen) voor het jaarlijkse carnaval op Curaçao, samen met de patiënten van psychiatrische kliniek Dr. D.R. Capriles. Dat de patiënten van de Capriles Kliniek meeliepen in de Carnaval Parade, de Gran Marcha, het meest commerciële en publieke evenement van het jaar, was echt een novum. Op Curaçao bestaat een cultuur van schaamte; psychiatrische patiënten met een karosa in het middelpunt van de belangstelling zetten, dat kan alleen het plan van een makamba (Antilliaans voor blanke vrouw/man) zijn. Er werd gescholden (loko! gekken!) maar ook voorzichtig geklapt. Bade glundert breeduit als hij dit vertelt. Hier voelt hij zich meer thuis dan in de wereld van de kunst met de grote K.

Is een kunstwerk waaraan Bade met meerdere mensen in workshopverband heeft gewerkt ‘kunst’? Is de praalwagen van de Capriles Kliniek, die als een soort roller coaster als een echt beeld met wagens en al, op een sokkel is gezet in de tuin van de kliniek, ‘kunst’? Bade vindt het geen interessant onderscheid. Hij trekt zich nog steeds ook als vanouds terug in zijn atelier in Zaandam. Het doel van de workshops is niet om kunst te maken, maar om de middelen ervan te gebruiken. Soms komt daar wel echt een goed werk uit. Mag het alleen kunst heten als hij het alleen heeft aangeraakt? Wat een idioot romantisch en achterhaald beeld van de kunstenaar, vindt hij. ‘De noodzaak van het doen van deze projecten en workshops werd even sterk als de noodzaak om een nieuw werk te maken. En ik ben daar mijn eigen context voor gaan creëren. Dat was een bewuste keuze, die past binnen mijn oeuvre, om het zo maar eens officieel te noemen. Toch sluit ik niet uit dat ik via deze weg weer helemaal terugkeer in de kunstwereld.’

Bades aandacht gaat nu voornamelijk uit naar het IBB, het Instituto Buena Vista, Curaçao Center for Contemporary Art. De insteek van het IBB is breder dan ArteSwa. Naast educatieve projecten (die onder de naam ArteSwa zullen blijven bestaan) is er een oriëntatiecursus voor Curaçaose talenten en worden ook buitenlandse kunstenaars uitgenodigd. Het IBB biedt Nederlandse kunstenaars een artist in residence-plek aan via het Fonds BKVB en nodigt daarnaast steeds een andere kunstenaar uit voor de internationale projectruimte. Het doel is dus zoveel mogelijk verschillende kunstenaars te laten zien op Curaçao, waar een volwassen context voor hedendaagse beeldende kunst nagenoeg ontbreekt. ‘Ons doel is om de horizon te verbreden van het publiek hier op Curaçao, van wat kunst kan inhouden.’

De groep die nu workshops volgt is divers. ‘Er zitten twee wat oudere studenten tussen die we proberen voor te bereiden op de kunstacademie. Maar er zitten ook twee jongens van 14 en 15 bij, die lessen volgen van een “topteam” docenten (Honoré d’O verbleef als eerste in de projectruimte, er worden lessen kunstgeschiedenis en kunstbeschouwing gegeven door kunsthistorici), zonder dat ze zich dat beseffen. Anderen gaan niet naar de kunstacademie maar worden bijvoorbeeld etaleur of ontdekken hun interesse in fotografie, dat is ook al heel mooi.’

De eerste tentoonstelling in het nieuwe onderkomen van het IBB heette Pleased to meet you. Er was werk te zien van David Bade, Tirzo Martha, Honoré d’O, Bart Lodewijks en Danielle van Zuijlen (de eerste artists in residence), te samen met werk van cursisten van het IBB. Bij de ingang hing een tekening van David Bade van de portretten van de oprichters en het bijschrift: ‘We zijn hier niet gekomen om te laten zien hoe het moet, maar om mensen een ruimte bieden en te ontdekken of ze het zouden, willen, kunnen en moeten ontmoeten.’ ‘Dat “moeten” vind ik belangrijk, je hebt een verantwoordelijkheid als kunstenaar’, zegt Bade. De schaduwzijde van de moeilijke context waarin hij heeft gekozen te opereren is er ook. Er is bij het IBB, net open, al twee keer ingebroken. Bade heeft liggen rollenbollen over de grond met een van de dieven, een chòller (drugsverslaafde). Maar ze gaan door. Bade: ‘Ik geloof wel in kunst met de grote K en ik geloof ook echt in het museum, maar ik tracht ook een ander reservoir aan te boren.’

www.arteswa.comwww.institutobuenabista.com

Ingrid Commandeur

Recente artikelen