Octavia E. Butlers siencefiction als filosofie – Interview met The Otolith Group
Tot 18 augustus is in het Van Abbemuseum de tentoonstelling Xenogenesis van het Britse kunstenaarsduo The Otolith Group te zien. De groep, opgericht in 2002, bestaat uit schrijver en criticus Kodwo Eshun en filmmaker Anjalika Sagar. The Otolith Group ‒ in samenwerking met filmers, editors en onderzoekers ‒ maakt voornamelijk essay-films en installaties waarin thema’s als postkolonialisme, panafrikanisme, Afrofuturisme en ecologie centraal staan. Xenogenesis toont met toen werken uit de afgelopen acht jaar een dwarsdoorsnede van het werk van de groep.
Kort voor de opening van de tentoonstelling spreek ik Kodwo Eshun in het Van Abbemuseum over de invloed van het werk van de Afro-Amerikaanse siencefiction schrijver Octavia E. Butler (1947-2006). De Xenogenesis Trilogy, waar de titel van de tentoonstelling naar verwijst, is een serie van drie romans uit de late jaren tachtig. De serie vertelt het verhaal van de Nigeriaans-Amerikaanse Lilith Iyapo, die 250 jaar na de vernietiging van de aarde ontwaakt uit een kunstmatige slaap op het ruimteschip van de buitenaardse Oankali’s ‒wezens die de ruimte doorkruisen op zoek naar nieuw genetisch materiaal. Aan Lilith de vraag wat de morele implicaties zijn van haar schoorvoetende collaboratie met de aanvankelijk weerzinwekkende aliens voor het voortbestaan van haarzelf en de mensheid.
Op welke manier is het werk van de Xenogenesis Trilogy van invloed op jullie huidige tentoonstelling in het Van Abbemuseum?
‘De Xenogenesis Trilogy van Butler, bestaande uit de romans Dawn (1987), Adulthood Rites (1988) en Imago (1989), ontdekten we opnieuw in de afgelopen paar jaar. Ik had haar boeken gelezen in de jaren negentig en dacht dat ik ze wel begrepen had. Maar haar romans hebben een nieuwe relevantie gekregen in de eenentwintigste eeuw. Geen van de werken in de tentoonstelling zijn een directe illustratie op Butlers werk, maar ze is een van die auteurs, zoals J.G. Ballard, waar ik al zo lang over nadenk dat ze ondertussen een soort bouwstenen vormen voor de creatieve verbeelding van de The Otolith Group. Ik voel me heel erg aangetrokken tot haar pessimisme en door het feit dat er geen helden en heldinnen in haar werk voorkomen. Ik word aangetrokken door het feit dat in al haar werk Afrodiasporische figuren centraal staan. In alles wat ze haar hoofdpersonen laat doorstaan – de afschuwelijke dingen die ze moeten doen om te overleven, de verwantschapsgroepen die ze oprichten, de bondgenootschappen die ze smeden, de manier waarop ze gedwongen worden te veranderen en te leven met deze veranderingen – vind ik bijzonder vruchtbare manieren om na te denken over onze huidige en toekomstige tijd. Voor mij is Butler een filosoof die sciencefiction gebruikte om fundamentele kwestie aan de orde te stellen.’
Wat is het verschil tussen het lezen van Butler als filosoof of als de schrijver van onderhoudende avonturenromans?
‘Als je begint, lezen de romans weg als Young Adult boeken. De eerste keer dat je ze leest, lijken ze eenvoudig en prozaïsch. Maar dat is de val waar ze je inlokt; na tien of vijftien pagina’s ben je in haar wereld getrokken en kun je niet meer stoppen met lezen. De vraag is voor mij niet zozeer of het werk filosofie of fictie is, want ik denk dat het filosofie in de vorm van fictie is. Ze publiceerde slechts elf boeken tijdens haar leven omdat ze voortdurend bleef herschrijven. Mensen noemen haar stijl soms houterig, maar ik zou zeggen dat het tot de essentie teruggebracht is, visceraal. Kortom, ze werkte heel hard aan die suggestie dat het Young Adult boeken, romances of thrillers zouden zijn. Ze stelde heel veel in het werk om je vast te houden, dezelfde soort vasthoudendheid die haar karakters kenmerkt. Neem de manier waarop de Oankali’s zich verbinden aan de mens, of in het korte verhaal Bloodchild de Thlic aan de Terrans. Er is in haar werk altijd een relatie van dwangmatigheid, vraatzucht en honger tussen de karakters, tussen mensen en andere wezens. Ik denk dat ze al haar energie stopte in de poging haar boeken zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Vervolgens gebruikt ze die verleiding om je door te laten lezen tot de gruwelijke, ultieme consequenties van haar gedachte-experimenten. En ze deinst nergens voor terug, ze gaat door tot het bittere, gruwelijke einde. Die consequent tot het uiterste doorgevoerde gedachte-experimenten zijn een vorm van filosofie. Eigenlijk is dat de belofte van alle sciencefiction, maar er is weinig werk in het genre dat die belofte ook daadwerkelijk waarmaakt.’
In welke zin maakt de meeste sciencefiction deze belofte niet waar?
‘Meestal wordt het narratief op een naïeve manier opgelost. Het verhaal wordt afgewikkeld door terug te vallen op reactionaire ideeën van een frontier imagination of door terug te vallen op clichés van masculiene macht en autoriteit. Butler heeft de moed de werkelijke consequenties van haar oorspronkelijke premisse onder ogen te zien. Op het moment dat je denkt dat het niet erger kan, wordt het nog verschrikkelijker. Net als je denkt dat in Parable of the Sower het verschrikkelijkste wel voorbij is, blijkt het vervolg, Parable of the Talents, nog erger. Het is ongelofelijk hoe gruwelijk het wordt wanneer de christelijke kruisvaarders Laurens gemeenschap Acron vernietigen, de kinderen afpakken en ze in een concentratiekamp stoppen. Ze heeft je net laten zien hoe deze karakters met bloed zweet en tranen een dorp bouwen en vervolgens zet ze de voorwaarden voor hun volledige vernietiging in werking. Je kunt het bijna niet geloven en ze doet het steeds weer, boek na boek.’
Eerder zei je je aangetrokken te voelen tot Butlers pessimisme. Waarom?
‘In een interview vertelt Butler hoe ze inspiratie kreeg voor Kindred. Tijdens een geschiedeniscollege over slavernij zei een van haar medestudenten dat hij, als hij ten tijde van de slavernij had geleefd, zoveel mogelijk mensen en zichzelf om het leven gebracht zou hebben. Dat zette Butler aan het denken over de kosten van overleven, want overleven betekent natuurlijk juist niet het uitvoeren van een revolutionaire zelfmoordactie. Die medestudent paste de logica van de Black Panthers toe op het slavernijverleden. De voorwaarde voor jouw bestaan is het feit dat je voorouders lang genoeg in leven zijn gebleven, daarom ben jij er. Met andere woorden, iemand in het verleden moet zich hebben verbonden aan een idee van de toekomst voorbij zichzelf. Dit idee nog verder doortrekkend betekent het dat slaven ook een notie hadden van toekomende tijd. Zelfs in een totalitaire wereld die erop gericht was elke notie van het verleden, heden en toekomst te onderdrukken, hadden ze een notie van een mogelijke toekomst waarin hun nakomelingen niet meer in slavernij zouden leven. Dit idee van overleven is niet heldhaftig, het is niet revolutionair. Het is misschien wel het tegengestelde, namelijk dat je tot alles bereid bent om te overleven. Waar ik van hou in Butler is haar demoraliserende onttovering van het idee van de toekomst als iets heroïsch. In mijn optiek is ze noch utopisch, noch dystopisch, ze is simpelweg pessimistisch. En daarmee biedt ze ook een heel eigen perspectief op zoiets als het Afropessimisme.’
George Lewis schrijft in jullie publicatie bij de tentoonstelling in het Van Abbemuseum over het gevaar dat experimentele zwarte artiesten lopen om, zelfs als ze succesvol zijn tijdens hun leven, uit de (kunst)geschiedenis te worden gewist. Zie je dat gevaar ook voor Butler?
‘Butler had een lange periode dat ze naar erkenning zocht, maar vanaf Kindered werd haar werk gewaardeerd. Butler is populairder dan ze ooit is geweest. Ze is de grootste cultauteur van dit decennium. Figuren als James Baldwin en Audre Lorde worden gevierd en herlezen en Butler is het derde deel van die driehoek. Maar nog steeds is geen van haar werken verfilmd. Er zijn berichten dat er een serie van Dawn gemaakt gaat worden, onder regie van Victoria Mahoney, geproduceerd door Ava DuVernay. Maar dat project was al aangekondigd in 2017, dus het is maar afwachten wat daarvan komt. Butlers werk ligt ver voorbij de grenzen van waar wit Hollywood comfortabel mee is. Haar onderzoek is niet naar de alien als zogenaamde Ander, het gaat juist om de nabijheid. Wat Okwui Enwezor ‘intense proximity’ noemde. Dat is waar Butler zich mee bezighoudt: nabijheid en intimiteit. En dat is ook wat Hollywood niet kan verdragen en dus niet kan verbeelden. En het kan het niet verdragen omdat het niet na wil denken over de implicaties van zo een relatie. Ik denk dat vanwege een combinatie van white fragility, haar pessimisme, en het feit dat een bepaald soort niet-heroïsche zwarte vrouwelijkheid centraal staat in haar werk – een vorm van zwarte complexiteit – haar werk nog steeds niet verfilmd is. Natuurlijk blijven al deze overwegingen onuitgesproken. Aan de andere kant, het is niet alsof Butler pas echt belangrijk is als heel wit Amerika haar werk in verfilming heeft gezien.’
Waarom is Butler zo relevant voor de eenentwintigste eeuw?
‘Ze behandelt gelijktijdig de twee belangrijkste ontwikkelingen van deze tijd, namelijk de opkomst van neofascismes en klimaatopwarming. Hierover schrijven dwingt tot verbeelding op nieuwe schaal; eentje die de hele planeet kan beslaan en tegelijkertijd terug kan gaan naar de oorsprong van het Antropoceen. Het vergt een vorm van intelligentie die voorbij enige illusies over de zogenaamde liberale democratie heen weet te stappen. Butlers boeken bevatten al deze elementen. Ze beginnen voorbij idealisme. De strijd voor de toekomst is nu gaande en de komende twaalf jaar zijn daarin cruciaal. Een iets sneller stijgende temperatuur en zeespiegel dan nu voorspeld wordt, is al een doodverklaring voor ongeveer alle mensen op het Afrikaanse continent. We leven in een extreem belangrijk moment van chronopolitiek; vanwege dat korte interval van twaalf jaar en vanwege de schijnbaar onbevattelijkheid van het Antropoceen. We moeten een poging doen om de deep time van de geologie te bevatten. In Wild Seed is er de figuur van Doro, een onsterfelijke, immorele maar charmante figuur die een soort eigen broedprogramma onder de mensen bestiert. Een programma dat plaatsvindt voor, tijdens en na de slavernij. Dit soort figuren zijn een soort denkbeeldige symbolen voor kapitalisme, voor bedrijven. Doro is, naar mijn idee, een ongelofelijke literaire creatie, omdat hij dat transhistorische perspectief verbeeldt. Zo’n transhistorisch perspectief is wat we nu nodig hebben; niet om een soortgelijk project te starten, maar om te begrijpen hoe dit soort programma’s ons verleden al lang hebben beïnvloed. Op een bepaalde manier was slavernij natuurlijk een vergelijkbaar project. Doro is een soort overtrokken symbool voor de voortdurende natale vervreemding, van wat er gebeurt wanneer de baarmoeder als een fabriek wordt beschouwd. In Dawn onderzoekt Butler de relaties tussen mensen en aliens, de grens van gebruikt worden, of tot instrument gemaakt worden. Lilith ondergaat wat het is om gebruikt te worden en leert dit op haar beurt weer te gebruiken als overlevingsstrategie.
Het is fascinerend om te zien hoeveel feministen steeds weer teruggrijpen op Butlers werk. Je kunt een lijn schetsen van het werk van Donna Haraway in de jaren tachtig naar Sadie Plant, naar Denise Ferreira Da Silva, Saidiya Hartman en Luciano Parisi. Maar ook musici zoals het collectief Black Quantum Futurism, de Amerikaanse fluitist Nicole Mitchell en de Britse componist Shabaka Hutchings. Op het moment zijn we bij de tweede of derde generatie van feministische theorievorming rondom Butler aanbeland. Dat komt omdat Butler in staat is om haar gedachte-experimenten door te trekken tot de meest verstrekkende conclusies.’
Fiep van Bodegom
is schrijver en redacteur bij De Groene Amsterdammer
Octavia E. Butler
Octavia E. Butler was met haar collega Samuel R. Delaney een van de eerste succesvolle zwarte sciencefiction schrijvers. Haar eerste romans vormen de Patternist-serie (1976-84), die begint met de schijnbaar onsterfelijke figuur Doro die een broedprogramma onder de mensen opzet om telepaten te kweken. De serie begint duizenden jaar geleden op het Afrikaanse continent en eindigt in het Californië van een paar duizend jaar in de toekomst. Haar doorbraak kwam met Kindred (1979), een roman over de hedendaagse zwarte vrouw Dana die op onverklaarbare wijze naar het slavernijverleden van haar voorouders wordt getransporteerd. Ten tijde van haar plotselinge dood in 2006 was Butler bezig met het derde boek in de geplande zevendelige Parable-serie. De eerste twee boeken draaien om Lauren die in een griezelig geloofwaardig postapocalyptisch Californië mensen om zich heen verzamelt door middel van haar religie earthseed. Haar uiteindelijke doel is om de mensheid tussen de sterren, weg van de stervende aarde, te brengen. Redelijke succesvol bij leven, is haar ster de laatste jaren alleen maar aan het stijgen. Ze is van grote invloed op succesvolle scifi schrijfsters als N.K. Jemisin en Nnedi Okorafor. Ook binnen de kunst en (academisch) feministische kringen is haar rijke oeuvre blijvend invloedrijk gebleken.
Fiep van Bodegom
is schrijver bij De Groene Amsterdammer en De Gids