metropolis m

Oscar Tuazon
My Mistake

De entree van het Institute of Contemporary Arts (ICA) oogt altijd enigszins gefragmenteerd. Aan de rechterkant leidt een korte trap naar de benedenzaal. Aan de linkerkant loopt langs de tentoonstellingsruimte een lange, smalle gang waardoor de bezoekers die minder geneigd zijn om de kunst te bekijken rechtstreeks naar de bar kunnen lopen. Oscar Tuazons tentoonstelling (of zullen we het een installatie noemen?) My Mistake (2010) vormt een tegenwicht voor deze eigenaardige opdeling van de ruimte. Een enorm staketsel van houten balken steekt door de muren en trappenhuizen heen en verbindt de tentoonstellingsruimte met de gang. De installatie lijkt een gemankeerd wiskundig patroon te volgen: een houten module die steeds wordt herhaald en alsmaar indringender wordt. Het eerste bouwsel is nog relatief terughoudend, maar wordt verderop steeds agressiever tegenover het gebouw dat als gastheer dient. Het is alsof Tuazons bezeten houten raamwerk tegelijkertijd zowel aan omvang als aan zelfvertrouwen wint.

Zoals de Franse kunstcriticus Richard Leydier al opmerkte, combineert het recente werk van de in Amerika geboren en in Parijs wonende Tuazon (1975) de geometrische vormen van het minimalisme met de organische materialen van de arte povera. Het resultaat van deze onwaarschijnlijke verbintenis is uitgesproken autonoom; het is een ding dat de toeschouwer overvleugelt als een werk van Richard Serra, het is vervuld van leven als een werk van Giuseppe Penone. My Mistake flirt met kunst en architectuur zonder zich werkelijk aan een van beide over te geven; het is een overweldigende architectonische anomalie die slechts rechtvaardiging vindt in zichzelf. Zoals het meeste werk van Tuazon wijst My Mistake iedere uitleg, elk verhaal of discours af. Het is wat het is. Graag of niet. ‘Ideeën hebben niets te zoeken in een sculptuur’, aldus de kunstenaar. ‘Ik heb geen ideeën – ik ga gewoon aan het werk.’

Tuazons werkwijze begint langzamerhand legendarisch te worden. Naar verluidt werkt deze kunstenaar uitsluitend ter plekke, zonder voorbereidende tekeningen of schetsen (hoewel hij toch enig idee moet hebben van wat hij gaat doen, al was het maar om het juiste materiaal te kunnen bestellen). Tuazon betrekt letterlijk de ruimte waar het kunstwerk moet komen en werkt zijn idee gaandeweg uit. Deze geïmproviseerde aanpak is duidelijk zichtbaar in de sporen die op en rond My Mistake zijn achtergelaten. Overal op de muren zijn zaagsnedes te zien, en de gaten in de wanden en trappen van het ICA komen niet altijd overeen met de vorm van de steunbalken die erin steken. Elk kunstwerk – en eigenlijk elk door de mens vervaardigd object – is het resultaat van beslissingen en handelingen, maar in het eindresultaat is dit wordingsproces vaak niet meer waarneembaar. Hier zijn de sporen van het maken ongemoeid gelaten, misschien zelfs benadrukt, om een echte of fictieve een-op-een confrontatie tussen de kunstenaar en het kunstwerk (door Tuazon omschreven als een ‘lichaam’) aan te duiden. Iets maken is iets bevechten.

Oscar Tuazon is evenzeer schrijver en curator als kunstenaar. Hij volgde opleidingen aan The Cooper Union en het Whitney Independent Study Program in New York, waarna hij ging werken bij de Acconci Studio. Hier deed hij praktische ervaring op met experimentele architectuur, die duidelijk van blijvende invloed is geweest op zijn eigen kunstpraktijk. In 2007 verhuisde hij naar Parijs, waar hij (samen met Thomas Boutoux, Boris Gobille, Guillaume Leblon, François Piron en Benjamin Thorel) medeoprichter werd van het curatorencollectief castillo/corrales in de wijk Belleville. In zijn vroege werk, zoals de ingestorte kartonnen constructie A City Without a Ghetto (2003), paste hij de geometrie van de geodetische koepels van Buckminster Fuller toe op geïmproviseerde onderkomens. Zes jaar later zien we in Bend it Till it Breaks (2009), dat onlangs te zien was in het Centre international d’art et du paysage in het Franse Île de Vassivière, hoe dit onderkomen stabieler en monumentaler is geworden. In dit werk worden houten balken en een betonnen plaat gecombineerd in een assemblage die de spot lijkt te drijven met het idee van functionaliteit.

In de Kunsthalle Bern, waar Tuazon eerder dit jaar exposeerde, maakte hij gebruik van eenzelfde soort balken als in het ICA. In Bern probeerde zijn gigantische sculptuur een enkele entiteit te zijn, ondanks het feit dat de Kunsthalle uit zes verschillende ruimten bestaat. My Mistake bevat een soortgelijke logica, ondanks het feit dat dit werk in plaats van tentoonstellingsruimten met elkaar te verbinden, in één klap een ruimte die normaal gesproken aan het tonen van kunst is gewijd (de tentoonstellingszaal) en een verkeersruimte (de gang ) opslokt. My Mistake vestigt de aandacht op de willekeurigheid van de scheiding tussen kunstruimte en niet-kunstruimte en is tevens een heftige, rechtstreekse aanval op de ruimte waarin het werk staat. Te groot voor deze locatie drijft het visueel de spot met het instituut en eist een ruimte op waarin het wél volledig zou kunnen bestaan.

In de tentoonstellingsgids van het ICA schrijft Philippe Pirotte dat ‘Tuazon zich vooral bezighoudt met wat er gebeurt wanneer een kunstwerk het gebouw uitdaagt’. Maar doet het dat werkelijk? Nog afgezien van het feit dat dit werk het resultaat is van een programmatische en financiële beslissing van de artistieke leiding, is het volledig afhankelijk van de ruimte waarvoor het is bedacht. Hoogte en breedte worden bepaald door de afmetingen van het ICA, ook al groeit het daar hier en daar bovenuit. Het werk functioneert als een parasiet, die zijn gastheer wellicht tot last is, maar niettemin voor zijn levensonderhoud van hem afhankelijk is. Er is dus sprake van een ambivalentie tussen uitdaging en behoefte, wat ongetwijfeld het meest geslaagde aspect vormt van My Mistake. Dat aspect vindt zijn weerklank in de situatie van het ICA als instituut, dat door financiële nood op het punt van instorten staat. Het lijkt wel alsof het ICA de eigen kracht wilde testen, terwijl het tegelijkertijd zijn eigen tekortkomingen erkent. Tuazon mag dan wel publiekelijk hebben verklaard dat hij ‘niets te zeggen heeft over ethiek of politiek’, maar de situatie in het ICA is te suggestief om een dergelijke interpretatie te negeren.

Coline Milliard is kunstcriticus en redacteur van www.cataloguemagazine.com, Londen

Vertaald uit het Engels door Leo Reijnen

Coline Milliard

Recente artikelen