Polen – Małgorzata Mirga-Tas: Vervlochten samenwerkingen
Het project dat Romakunstenaar Małgorzata Mirga-Tas heeft ontworpen voor het Pools paviljoen in Venetië is haar meest ambitieuze onderneming tot nu toe. Ze vervaardigde haar enorme rijkgekleurde patchworks in nauwe samenwerking met vier naaisters, waaronder haar tante. Haar hele leven blijkt van zulke samenwerkingen doorvlochten te zijn.
Zoals Tímea Junghaus opmerkte in haar essay voor de catalogus bij Paradise Lost, het eerste Romapaviljoen op de 52e Biënnale van Venetië in 2007 waarvan zij de curator was: ‘In een ideale wereld zouden Romakunstenaars natuurlijk in elk Europees paviljoen kunnen exposeren, maar het is een gegeven dat er in de 112 jaar van de Biënnale van Venetië geen enkele kunstenaar van Roma-afkomst is gepresenteerd.’ Tot 2007 dus. Onder de zestien Romakunstenaars uit acht verschillende Europese landen die waren uitgenodigd om deel te nemen aan dit grensoverstijgende initiatief, was er echter geen enkele kunstenaar afkomstig uit Polen. Junghaus, zelf afkomstig uit Hongarije, had er bewust voor gekozen zich vooral te richten op de Centraal-Europese hedendaagse Romakunstscene die zij zelf het beste kent. Vijftien jaar en enkele Biënnale-edities later zal eindelijk het werk van een Romakunstenaar tentoongesteld worden in een nationaal paviljoen – dat van Polen of all places.
Voor de Pools-Roemeense kunstenaar Małgorzata Mirga-Tas was het jaar 2007 om meerdere redenen een keerpunt. Mirga-Tas werd geboren in Zakopane en groeide op in de Romani-nederzetting Czarna Góra (Zwarte Berg) aan de voet van het Tatra-gebergte aan de zuidgrens van Polen. Ze studeerde in 2004 af aan de Academie voor Schone Kunsten in Krakau. Met haar afstudeerwerk – een zigeunerkaravaan gebeeldhouwd uit gelaagd karton – richtte ze zich op symbolische verbeeldingen van het leven en de cultuur van de Roma. Mirga-Tas was al langer geïnteresseerd in het bevragen en bevorderen van de Romacultuur en had zich aangesloten bij de Roma-onderwijsorganisatie Harangos. In 2007 ging ze een vruchtbare samenwerking aan met fotografe Marta Kotlarska. Samen organiseerden ze een reeks workshops genaamd Romani Click, waarbij ze pinhole fotografie gebruikten om verhalen geïnspireerd op Romalegendes te vertellen aan Romakinderen die in nederzettingen in de Podhale regio in het zuiden van Polen, het naburige Slowakije en in Londen wonen.
Ondanks dat er geen Poolse kunstenaar deelnam, zorgde het eerste Romapaviljoen in Venetië in 2007 als een enorme stimulans voor de prille Romakunstscene in Polen. Mirga-Tas werkte aanvankelijk samen met mede-Romakunstenaar Bogumiła Delimata aan een reeks tentoonstellingen van Romakunst in etnografiemusea, regionale kunstgalerijen en andere locaties in heel Polen. Later voegde Krzysztof Gil zich bij hen en met z’n drieën vormden ze tussen 2007 en 2011 het Romani Art collectief. Om de internationale hedendaagse Romakunstgemeenschap beter te leren kennen, begon Mirga-Tas tussen 2011 en 2016 ook buitenlandse kunstenaars uit te nodigen voor openluchtevenementen en residenties in haar geboortestad Czarna Góra, onder de titel Jaw Dikh!, wat in het Romani ‘kom en zie!’ betekent. Vrijwel alle familieleden van de kunstenaar raakten erbij betrokken en stelden hun huis open om de internationale gasten uit heel Europa zich thuis te laten voelen, dwars over taal- en cultuurbarrières heen.
Lappendekens
Mirga-Tas’ rijkgekleurde patchworks, oftewel lappendekens, zijn inmiddels haar handelsmerk geworden. Ze werkt nauw samen met een hechte groep medewerkers, onder wie ook eigen familieleden, om de vaak enorme werken te vervaardigen van stukken felgekleurde stof met bonte patronen. Dit arbeidsintensieve en tijdrovende proces begint met het selecteren van foto’s, vaak van bekende figuren of scènes uit verschillende Romani-nederzettingen, die de kunstenaar als een collage samenvoegt, op het gewenste formaat schaalt en met ouderwets carbonpapier in ruwe contouren op textiel overbrengt, alvorens ze uit te knippen. De knipsels die zo ontstaan, worden opgevuld met een bonte verzameling stoffen die de kunstenaar in tweedehandswinkels koopt, of die worden gedoneerd door familieleden, vrienden, of door de mensen die in haar werken worden afgebeeld.
Het project dat Mirga-Tas samen met de curatoren van het Poolse paviljoen, Wojciech Szymański en Joanna Warsza, heeft ontworpen, is haar meest ambitieuze onderneming tot nu toe. Zelfs met hulp van vier toegewijde naaisters, van wie er één haar tante is, bleek de uitvoering niet alleen een logistieke uitdaging maar ook een race tegen de klok. De monumentale installatie getiteld Re-enchanting the World – een verwijzing naar het gelijknamige boek van Silvia Federici uit 2018 – bestaat uit twaalf textiele werken, gebundeld in drie horizontale banen volgens een complex iconografisch systeem, dat losjes is gebaseerd op de vijftiende-eeuwse frescocyclus uit de Hal van de Maanden in het Palazzo Schifanoia in Ferrara. Kunsthistoricus Aby Warburg (1866-1929) nam deze fresco als onderwerp van zijn gedetailleerde analyse, waarin hij de grondslagen legde van zijn iconologische methode. In een lezing voor een internationaal congres van kunsthistorici in Rome in 1912 toonde Warburg aan hoe de astrale symboliek en de afbeeldingen van het Griekse pantheon in de muurschildering in de loop der eeuwen, tijdens hun omzwervingen door Klein-Azië, Egypte, Mesopotamië, Arabië en Spanje waren doorgegeven en onteerd.1
Tijdens een interview eind januari 2022, live uitgezonden vanuit het tijdelijk leegstaande Imperial Hotel in Zakopane, Polen – een art deco juweeltje dat Mirga-Tas en haar assistenten in de aanloop naar de biënnale als atelier gebruiken – benadrukte de kunstenaar dat het Palazzo Schifanoia echter slechts hun vertrekpunt was en dat het project geen academische pretenties had. Toch lijkt de frescocyclus, zoals geïnterpreteerd door Warburg, bij uitstek geschikt om een genuanceerd verhaal te vertellen over het Romavolk, hun cultuur en symbolen, de manier waarop zij door anderen zijn gepercipieerd en afgeschilderd, en de realiteit van het dagelijkse leven in een Romani-nederzetting, waar Mirga-Tas zelf ook is opgegroeid en nog altijd woont.
Drie lagen
Het drielagige werk dat in het Poolse paviljoen gepresenteerd wordt, is weliswaar geheel nieuw, elke laag bouwt ook voort op werk dat Mirga-Tas al eerder heeft tentoongesteld. De bovenste laag refereert bijvoorbeeld aan de ironisch getitelde tentoonstelling Out of Egypt die ze presenteerde in 2021 in Białystok’s Galeria Arsenał in Białystok, Polen. Hierin eigende ze zich een reeks van vier etsen toe die Jacques Callot maakte gedurende zijn reizen in Italië in de jaren twintig van de zeventiende eeuw. Deze etsen zijn later bekend geworden als Les Bohémiens (De Zigeuners) of La Vie des Égyptiens (Het leven van de Egyptenaren). In de tijd van Callot veronderstelde men dat alle zigeuners afkomstig waren uit Egypte. Mirga-Tas baseerde hierop een serie werken die weliswaar vol zaten met eigenzinnige en pittoreske details, maar die ook pijnlijk duidelijk maakte hoe stereotyperend Callots etsen eigenlijk waren.
De middelste laag bouwt voort op de dierenriemtekens die in de fresco’s van het Palazzo Schifanoia worden omringd door drie raadselachtige figuren. Deze laag is gewijd aan heldhaftige en bewonderenswaardige Romavrouwen zoals Alfreda Romkowska (ook bekend als Noncia), die vijftig Roma en Joodse kinderen redde die op weg waren naar naziconcentratiekampen; Papusza, een autodidactische Pools-Roemeense dichteres; en een aantal van Mirga-Tas’ eigen familieleden. Er zitten ook duidelijke verwijzingen in naar Herstories (2019-2021), de bijdrage van de kunstenaar aan de derde editie van de Autostrada Biënnale in Prizren, Kosovo, waarvoor ze vijf reusachtige beeltenissen van lokale vrouwelijke helden maakte, die ze samen met leden van de Romagemeenschap van Prizren selecteerde.
Uit de middelste en onderste lagen van het werk wordt duidelijk hoe trots Mirga-Tas is op haar familie en hun prestaties. In een interview in het Poolse culturele tijdschrift Przekrój in 2018, vertelde ze dat haar grootouders analfabeet waren, maar dat ze er toch in slaagden hun kinderen naar school en naar de universiteit te sturen. Haar oom Jan, schrijver en sprookjesauteur, was de eerste Romastudent in Polen; haar tante Stanisława studeerde af aan de pedagogische academie; hun broer, Andrzej Mirga, studeerde etnografie aan de Jagiellonian University in Kraków. Zijn zwart-witfoto’s uit de late jaren zeventig, die het leven in Romani-nederzettingen in het zuiden van Polen documenteren, dienden als directe inspiratie voor de beeltenissen op de onderste laag van het werk in het Poolse paviljoen.
De keuze van een mono-etnisch land als Polen om zich door een minderheidskunstenaar te laten vertegenwoordigen op de Biënnale van Venetië is op zijn minst verrassend te noemen, vooral in het huidige Poolse politieke klimaat. In een ongesigneerde ROMAMOMA-blogpost die in januari 2022 op de website van het door Mirga-Tas mede-opgerichte ERIAC (European Roma Institute for Arts and Culture) werd geplaatst, wordt gespeculeerd dat de familiebanden en het saamhorigheidsgevoel waarvan haar werk doordrongen is, misschien aansloegen bij het uitgesproken pro-familie-ethos van de rechtse Poolse regering. Wat de achterliggende motieven ook mogen zijn, Mirga-Tas’ deelname aan de Biënnale is vooral te danken aan Hanna Wróblewska, de aftredende directeur van de Zachęta National Gallery of Art die traditioneel de competitie voor het Poolse paviljoen organiseert. Ze werd onlangs ontslagen door de ultra-conservatieve heersende partijen in Polen. Wróblewska is geen onbekende op het gebied van controverse: in 2011 gaf ze ook de opdracht voor het Poolse paviljoen aan de Israëlisch-Nederlandse kunstenaar Yael Bartana.2 Het was de eerste keer dat het land vertegenwoordigd werd door iemand die niet de Poolse nationaliteit heeft. De deelname van Mirga-Tas aan de Biënnale van Venetië wordt Wróblewska’s zwanenzang.
Re-enchanting the World
Pools Paviljoen
Giardini
23.4 t/m 27.11.2022
Agnieszka Gratza