Rirkrit Tiravanija A Retrospective
Rirkrit Tiravanija
A Retrospective
Hoe maak je een retrospectieve tentoonstelling van een kunstenaar wiens tijdelijke interventies in culturele instellingen niet meer bestaan? Met foto’s, documentaires, reconstructies wellicht? Dat is een mogelijkheid maar hiervoor werd niet gekozen bij de retrospectieve tentoonstelling van Rirkrit Tiravanija in Museum Boijmans van Beuningen.
De tentoonstelling Rirkrit Tiravanija A Retrospective (Tomorrow Is Another Fine Day) is in zijn geheel opgevat als een theatrale reconstructie. De ruimten van een aantal culturele instellingen waar Tiravanija ooit exposeerde werden op ware grootte nagebouwd (waaronder 303 Gallery, de projectruimten van de Randy Alexander Gallery en Paula Allen Gallery in New York, de Kölnischer Kunstverein en de Wiener Secession) en verder volledig leeg gelaten. Een acteur neemt je bij de hand door de lege ruimtes en geeft via een door Tiravanija zelf geschreven script een minutieuze beschrijving van een aantal installaties van Tiravanija uit de periode van de afgelopen tien jaar, eindigend bij zijn presentatie in de Wiener Secession in 2002. Uit geluidsboxen die in de ruimten hangen klinkt een tweede script van de Amerikaanse sciencefictionauteur Simon Sterling. Het is zijn persoonlijke versie van een reis door de tijd aan de hand van Rirkrit Tiravanija’s werk. Ook kunstenaar Philippe Parreno, die al in meerdere projecten met Tiravanija samenwerkte, heeft een aanvullend artistiek script geschreven voor een soort ontwrichtende, spookachtige verschijning die in de ruimten ronddwaalt. Tiravanija’s script steelt de show. Van de eerste baanbrekende kooksessies in de New Yorkse projectrooms, wordt je via zijn beroemde, nagebouwde appartement in de Kölnischer Kunstverein, naar zijn latere architecturale reconstructies gevoerd. En hoewel er dus hoegenaamd niets te zien is, weet deze mondelinge representatie van zijn werken uit het verleden toch een heel genuanceerd beeld van het oeuvre van de kunstenaar op te roepen.
Sjarel Ex formuleert in de catalogus bij de tentoonstelling: ‘In dit mediatijdperk heeft niet alleen elke politieke, maar ook elke artistieke stroming zijn eigen charismatische figuur. Voor de zogenaamde “relationele esthetica” van de jaren negentig is dat zonder twijfel Rirkrit Tiravanija.’ Met andere woorden, we kennen allemaal het beeld van Tirivanija als de beroemde kookkunstenaar die furore maakte in de New Yorkse kunstscene. De man die ‘de onvermijdelijkheid van het dagelijkse leven’ in de galerie bracht en voor wie de sociale interactie met de bezoeker en ‘het gebruik’ van zijn werk belangrijker was dan het werk zelf. De man die koken tot kunst verhief, niet als eerste in de geschiedenis, maar wel als diegene die hier de analen van de moderne, hedendaagse kunstgeschiedenis mee haalde. Volgens Anna Tilroe onlangs tijdens een debat bij Premsela, zou zijn werk alleen functioneren ‘binnen het kunstcircuit, terwijl het wel de ambitie van maatschappelijke relevantie uitstraalt’. Typisch een voorbeeld van mislukte conceptkunst, aldus Tilroe. Maar is dit niet veeleer de reflectie van een tot cliché geworden beeld van de kunstenaar?
Tirivanija heeft bijvoorbeeld, zo ontdek je op de tentoonstelling, naast dat hij veelvuldig publiekelijk Thaise maaltijden kookte, reconstructies gemaakt van bekende modernistische gebouwen. Neem zijn Untitled in parenthesis. Playtime (1997), een op kleinere schaal, speciaal voor kinderen gemaakte reproductie van het glazen huis van Philip Johnson, dat Tiravanija voor de tuin van het MoMA in New York ontwierp. Kinderen konden er spelen, tekenen en workshops volgen die door bevriende kunstenaars van Tiravanija gegeven werden. In het huis was een fragment uit Jacques Tati’s film Playtime te zien. In dit fragment, dat steeds herhaald wordt, zit Tati te wachten in een glazen lobby van een modern kantoorgebouw en worstelt met de kussens van het modernistische meubilair. Het sobere en strenge modernisme van Johnson wordt door Tiravanija met dit werk gepersifleerd, waarbij het bekende Tati-fragment deze knipoog naar het modernisme nog eens extra aandikt.
Nog een voorbeeld: Untitled in parenthesis. He promised (2002). In de Wiener Secession liet Tiravanija het atelier van het huis dat de architect Rudolph Schindler voor zichzelf ontwierp op ware grootte namaken. Alle onderdelen van de kopie werden van chroom en spiegelend roestvrij staal gemaakt, gefabriceerd in Guadalajara, Mexico. Een tijdrovend proces waardoor het werk stukje bij beetje tijdens de tentoonstelling zijn voltooiing vond. En natuurlijk gold ook voor dit werk dat het gebruik ervan centraal stond: het was bedoeld als platform voor discussie, filmvoorstellingen, tentoonstellingen en functioneerde als leefruimte, compleet met Thaise massages en barbecue. Tiravanija hield van het subtiele, meer spiritueel getinte modernisme van Schindler, die van mening was dat je een gebouw eerst in je geest in geometrische vormen moest kunnen voorstellen en ‘voelen’, alvorens aan het eigenlijke ontwerpen te beginnen.
‘Kunst wordt gemaakt voor de witte ruimte en de witte tijd’, schreef Simon Sterling in zijn script voor de tentoonstelling en daar reageerde Tiravanija op. De maatschappelijke relevantie van zijn werk is dus niet per definitie ‘mislukt’ omdat zijn werk functioneerde binnen de muren van de galerie. Het is juist daarvoor gemaakt en geconcipieerd en is er deels een reactie op. Door de volumes van de ruimten waar Tiravanija ooit exposeerde één op één na te bouwen, wordt hier met deze tentoonstelling op voortgeborduurd. Kunstcriticus Sven Lütticken beschreef de tentoonstelling in De Witte Raaf als een ‘doorlichting van het museumwezen’ en een ‘spookachtige dubbelganger van museale standaardretrospectieven’.
‘Een publieksonvriendelijke, conceptuele tentoonstelling’ van een kunstenaar die het predikaat maatschappelijke relevant niet verdient, zo oordeelde Anna Tilroe. Maar ik heb nog nooit op een dergelijk toegankelijke, eenvoudige en interessante manier het oeuvre van een kunstenaar de revue ‘zien’ passeren. ‘Hele tentoonstellingen ontvouwen zich als act met de kunst zelf als belangrijkste acteur’, zo citeert Rein Wolfs Metropolis M in de publieksfolder, en hij noemt de tentoonstelling een voorbeeld van deze nieuwe ontwikkeling. Misschien voert dit iets te ver, want het is niet meer dan het is: een retrospectieve tentoonstelling als een door vertellingen geëvoceerde reis langs een aantal belangrijke werken, die het clichébeeld van Tiravanija’s werk op poëtische, doch doeltreffende wijze weet te ontkrachten.
Rirkrit Tiravanija A Retrospective (Tomorrow Is Another Fine Day)Museum Boijmans van Beuningen Rotterdam
4 december 2004 tot en met 6 februari 2005
Ingrid Commandeur