Salla Tykkä
Salla Tykkä
AMSTERDAM
De Appel
24 juni t/m 9 juli 2006
SITTARD
Het Domein
24 juni t / m 20 augustus 2006
GENT
S.M.A.K.
8 juli t/m 1 oktober 2006
Een vrouw loopt de pier op, het weidse water lonkt en in de verte het stadse leven. Dan wandelt ze weifelend terug naar de zoo. In deze dierentuin, waaraan de film Zoo (2006) van de Finse kunstenaar Salla Tykkä zijn titel ontleent, volgen we haar de komende twaalf minuten. De vrouw is een epigoon uit een Hitchcockdrama. Ze draagt zwarte pumps en een zwarte jurk. Het blonde haar is in een rol op haar hoofd gedraaid. Met haar beide handen omklemt ze een oude spiegelreflexcamera. Dan wordt haar beeld verdrongen door dat van een zwemster, onbeweeglijk drijvend op het wateroppervlak. Ze is van onderen gefilmd. Met haar camera fotografeert de hoofdrolspeelster niet alleen de dieren in het park maar ook, zo blijkt later, haar eigen onheilspellende lot.
Soms is een beeld dat onbewust voor je geestesoog verschijnt krachtiger en helderder dan bewust gemaakte beelden, legt Tykkä uit op haar site. Beelden zijn niet alleen de getuigen van de aanwezigheid van hun maker, maar ook evocatief, representatief voor de herinnering van een individu. Dit gegeven is het uitgangspunt voor Zoo. Tykkä visualiseert het door het afwisselend tonen van de vrouw, haar onafscheidelijke camera en het spel van een onderwaterrugbyteam. De wedstrijd resulteert voor de kijker in een schitterend abstract vormenspel. In een waas van blauw water schieten de lijven over elkaar heen en onder elkaar door, vechtend om de bal. De extreme close-ups van de vrouw die hierop volgen – de beweging van haar ogen, de trekken om haar mond – maken haar angsten voelbaar. Je waant je ín haar hoofd. Je wandelt haar wandeling door de verlaten dierentuin waaruit een dreiging spreekt, die opnieuw herinnert aan Hitchcock, de ‘master of suspense’. De toeschouwer is, net als de protagoniste, gevangen in de beglaasde hokken en bekooide huizen van het park. Er vindt een omkering plaats: de beesten, uilen, steenbokken, bizons, staren jou aan in plaats van jij hen.
Tykkä’s spel met beeld en herinnering, met beeld en nabeeld, met kijken en bekeken worden maakt haar films dromerig maar ook intens. Het kamerorkest dat Zoo begeleidt met een melodramatische soundtrack, die speciaal voor de film werd geschreven door Max Savikangas, voert de spanning verder op. De geconcentreerde wijze waarop Tykkä de camera hanteert leidt er paradoxaal genoeg toe dat de muziek quasi verstomt. Haar films zou je eerder karakteriseren als stil.
Zoo beleefde een groot Europees tournee deze zomer. De film was te zien tijdens de dubbelpresentatie Lucid Dreams in De Appel in Amsterdam en in Het Domein in Sittard. Daarnaast wordt hij in Gent (S.M.A.K.) en in Parijs (Palais de Tokyo) vertoond. Tykkä kreeg internationaal erkenning voor haar werk tijdens de Biënnale van Venetië in 2001 met haar film Lasso (2000). Deze film is onderdeel van een trilogie (Cave, Thriller en Lasso) die alle drie in Sittard te zien zijn. In de publicatie die ter ere van Lucid Dreams is verschenen wordt benadrukt dat de drie delen van de Cave-trilogie als afzonderlijke delen moeten worden beschouwd. Niettemin worden de films uit de Cave-trilogie wel geïnterpreteerd als rites de passage waarin de verschillende stadia in de transformatie van meisje naar jonge vrouw worden verbeeld.
Zowel in De Appel als in Het Domein worden fotowerken van Tykkä tentoongesteld. In beide instellingen is de serie Black Water (2004-2006), die gerelateerd is aan de film Zoo, te zien. Het ballet van onderwaterspelers is verstild in een serie abstracte foto’s die weinig toevoegen aan de betoverende beelden van de film. Uit de serie Animals (2002) exposeert Het Domein The Ape en The Pony. In twee reeksen van ieder vijf werken legt Tykkä het beestachtige in de mens vast. Een iel, ‘aapachtig’ meisje in spijkerbroek, weggedoken in haar jas met capuchon met bontkraag, wanten eveneens van bont, slingert zich van boom naar boom. Ze schrikt op van de flits van het fototoestel: haar ogen zijn opengesperd. Ze is ternauwernood zichtbaar tussen kale takken. Wie ooit een natuurdocumentaire heeft gezien weet hoe moeilijk het is een dier met de camera te vangen voordat hij is gevlucht.
In de laatste zaal van het Domein word je verrast door Power (1999). ‘I wanted to make a work about my mother. All I could think of was my father.’ Na deze de openingszin begint de match. Een topless meisje, Tykkä zelf, boxt met een grote, volledig geklede man. Aanvankelijk zie je hen slechts bewegen, later hoor je de klappen waarmee de ene handschoen de andere handschoen raakt. Bill Conti’s Alone in the Ring: Final Bell zwelt aan, geleidelijk neemt een meisjesstem neuriënd het thema over. De camera wijkt, en ineens is de wedstrijd voorbij. Onbeslist? Vertraagde beelden tonen het tweetal dat moe gestreden de gymzaal verlaat.
Met dit vroege werk wordt inzichtelijk hoe eerdere preoccupaties Tykkä nog altijd bezig houden. Kijken en bekeken worden in een wereld tussen droom en werkelijkheid, tussen mythe en realiteit. De tegendelen versterken elkaar en bevragen niet alleen de machtsrelatie tussen de beide strijders, maar meer nog de macht van de blik en zijn symbool: de camera. Salla Tykkä’s films mogen dan bij tijd en wijlen verontrusten, maar zij doen dit op een eigenzinnige en sublieme manier. Poëtisch bovendien.
Ilse van Rijn
is kunsthistoricus