metropolis m

Sehgal in Londen

Deze tekst wordt niet vergezeld van een foto van het besproken werk omdat het werk in kwestie nauwelijks heeft bestaan. Het heeft er alle schijn van dat de verantwoordelijke kunstenaar geen spoor wilde achterlaten.

Tino Sehgal (Londen, 1976) leek te willen zinspelen op de absurditeit van de Frieze Art Fair, waar meer dan honderd galeries waren samengebracht in een gigantische tent met een oppervlakte van 11.000 vierkante meter, ontworpen door David Adjaye en neergeplant in Regents Park in Londen. Sehgal is een meester van timing, context en situering. Deze kwaliteiten zorgden, met steun van The Wrong Gallery (New York) en Jan Mot (Brussel), voor het ontstaan van een onvergetelijk werk dat onopzettelijk de futiliteit van de kunstmarkt versterkte.

Zoals gewoonlijk was de beurs gevuld met rommelige, op geld gerichte, circusachtige standjes. Daarnaast had men verscheidene kunstenaars de opdracht gegeven om een interventie te doen of een publiek werk te maken. Helaas leek al dit werk deel uit te maken van het nevenprogramma van een circus of, erger, het leek erop dat de organisatoren geprobeerd hadden om de indruk te wekken dat het toch een beetje over kunst ging en niet alleen over winstmarges. Het was kortom het ‘sociale werk’ van de beurs. Daartussen bevond zich een anomalie dat zich niet in het hokje van de commerciële kunsthandel of het ‘sociale werk’ liet stoppen.

In de zuidoostelijke hoek van de beurs stond, naast de keuken en de leveranciersingang een kleine, afwijkende stand. Hoewel geografisch gezien ver weggestopt in de diepste diepten van de kunstbeurs, stond dit werk, qua aandacht die eraan gegeven werd, in het centrum. De stand zag er op het eerste gezicht heel normaal uit met de witte muren en de bruine vloerbedekking, maar het was een volledig omsloten ruimte. Het leek alsof er geen kunstwerk te zien zou zijn, alsof de galerie in kwestie op het laatste moment had besloten af te zien van deelname aan de beurs om een lege huls achter te laten.

In werkelijkheid was het werk de hele tijd aanwezig in de vorm van twee ongeveer twaalfjarige kinderen, beide goede toneelspelers afkomstig van een lokale toneelschool en in dienst genomen door de kunstenaar. Wanneer je de ruimte binnengaat komt een van hen onmiddellijk op je af en zegt: ‘Welkom bij de Wrong Gallery. Wij tonen This is good van Tino Sehgal, 2003. Het is een serie van drie werken. Het derde werk uit de serie kost vijduizend pond of zeveneneenhalfduizend euro.’

Ze spreken alsof ze last hebben van verbale diarree, draaien hun praatje af alsof het hun tweede natuur is. Het werk van Tino Sehgal wordt de toeschouwer oprecht en in zijn volledigheid aangeboden, dat is het belang ervan. Als je het werk tegenkomt wordt je er vanzelf tot de rand toe mee gevuld en hoewel elk detail voor jou wordt beschreven, krijg je toch bij het verlaten ervan het gevoel dat je niets te vertellen hebt.

Wanneer je probeert een foto te nemen van de act van de twee kinderen, reageren ze door als twee balletjes opgerold op de vloer te gaan liggen en te roepen: ‘Ik denk niet dat het netjes is om dit werk te fotograferen!’ Als ze weer opstaan, giechelen ze en eenmaal weer tot rust gekomen, zeggen ze: ‘Dit werk heet Exchange. Als u dit werk koopt geven we u de helft van het geld terug als u de moeite neemt een korte uitspraak te doen over de markteconomie’.

Je staat daar nerveus van je ene been op het andere te balanceren, sprakeloos, met de ogen van de andere toeschouwers op je gericht (die ook glim- of schaterlachen). Een gedenkwaardig moment. Het is wat toegesproken te worden door een kind dat veel beter geïnformeerd lijkt te zijn dan jijzelf. Het zorgt ervoor dat je het gevoel krijgt in een spel beland te zijn in plaats van een performance, met alle ongemak van dien.

Normaliter kiezen kunstenaars niet voor de context van een kunstbeurs, het is de context waarin ze gepropt worden. Maar Sehgal concentreert zich op de periferie en speelt genuanceerd met de mechanismen van de markt die meestal als gegeven worden beschouwd. Sehgal creëert een microkosmos van de realiteit in een context waar al het andere onecht en uitgerepeteerd overkomt. Geen enkel ander werk op de Frieze Art Fair was zo op zijn plek en zo rigoureus. Maar, en dat is de vreemdsoortige ironie, het werk functioneert waarschijnlijk nergens anders zo goed.

Ryan Gander

Frieze Art FairRegents Park, Londen

17 tot 20 oktober 2003

Ryan Gander

Recente artikelen