metropolis m

Time in, time out
Het opladen van de onderzoeksbatterijen

Mika Hannula, directeur van de kunstacademie in Helsinki, schetst een eigenzinnig beeld van artistiek onderzoek. Het gaat om luisteren, bekritiseren, reflectie en een toepassing van het verleden op heden en toekomst. Een proces van liefdevol en zorgzaam conflict.

Terugkijkend op de afgelopen jaren is het eigenlijk wel grappig om te zien hoe de hedendaagse kunst op de lucratieve wagen van ‘onderzoek-doen’ gesprongen is. De hedendaagse kunst mag misschien in dit spel een laatkomer zijn, maar de protagonisten hadden behoorlijk snel door waar het om gaat en wat de voordelen zijn.

Het is geen geheim dat je jezelf op miraculeuze wijze van een diplomatiek paspoort en van status voorziet als je zegt dat je onderzoek doet. Men gaat er nog altijd van uit dat je met het doen van onderzoek je activiteiten naar een hoger niveau tilt. Een niveau dat geloofwaardigheid, legitimatie en financiële ondersteuning verdient. Het lijkt wel de perfecte win-win situatie. Wie heeft er nou iets tegen onderzoek dat nieuwe kennis oplevert, betere producten, verbeterde oplossingen, zelfs een algehele toename van welvaart en welzijn?

Maar laten we om de aanvankelijke betovering van onderzoek te verbreken, de elementaire vragen stellen. Wat is onderzoek? Hoe definiëren we het en wat heeft het te maken met de hedendaagse kunst en visuele cultuur?

Onderzoek is een activiteit waarbij je je energie richt op de productie van kennis die voor jou belangrijk is. Volgens de kritische hermeneutiek, waar ik me hier op baseer, gaat goed onderzoek er altijd vanuit dat de context waarin het gesitueerd is en waarnaar verwezen wordt, een geconstrueerde interpretatie is. De context is nooit stabiel. Met andere woorden, onderzoek doen is het beantwoorden van vragen die het veld van studie opwerpt: waar kom je vandaan, waar sta je in relatie tot de context en waar wil je naar toe?

Dit klinkt misschien een beetje cryptisch en abstract, maar dat is het niet. Het is in feite zo simpel als wat. De taak van onderzoek is het kritisch en constructief doordenken van wat er in een bepaald gebied speelt. Hoe dat gebied er precies uitziet moet uitgezocht worden, voor je kunt verwoorden wat jouw relatie met de huidige stand van zaken in dat gebied is. Dit is het vinden van de deur, die je in het beste geval naar je eigen interpretatie leidt. En ja, hier hebben we de hermeneutische cirkel, die het zijn-in-de-wereld combineert met de aspecten van verleden-heden-toekomst.

Basisregels

Er zijn twee basisregels waaraan je je moet houden terwijl je worstelt met het bepalen van de uitgangspunten van je onderzoek. Zij garanderen de kwaliteit of validiteit van je onderzoek niet, maar zijn de voorwaarden voor een onderzoek dat vragen stelt, alternatieve zienswijzen ontwikkelt en ruimte laat voor verrassingen. Deze twee basisregels informeren elkaar en produceren meer dan wat er in het begin is ingestopt. Deze twee (hermeneutische) principes zijn: luisteren en bekritiseren. Deze principes zijn er om de complexiteit van beweringen, wensen, angsten en doelen te doorgronden.

Het begint met luisteren, de ander de mogelijkheid bieden om zichzelf op een eigen wijze uit te drukken. Het betekent accepteren dat je jezelf in een positie plaatst waar je geconfronteerd wordt met symbolen en talen die niet de jouwe zijn, met waarden die je niet deelt of niet kent, en zelfs met meningen die je uiterst vreemd of dom vindt. Het gaat erom te proberen open en tolerant te zijn en geraakt te worden, geprovoceerd en verrast. Daarna volgt het tweede principe, bekritiseren. Het is zeer belangrijk de volgorde van de twee principes niet te veranderen. Bij kritische reflectie gaat het erom de vraag te stellen hoe iets is verwoord. Je vraagt je af wat het betekent en wat het je vertelt over je begrip van het specifieke thema? Wat zegt de boodschap over mijn leven en mijn realiteit? Dit is het moment waarop je de huidige boodschap vergelijkt met de eerder gehoorde boodschappen. Je vergelijkt de verschillende beschikbare en met elkaar strijdende versies van de gegeven realiteit.

Wat deze twee principes en hun circulaire, nooit eindige beweging impliceren is een houding die ervaringsdemocratie (experiental democracy) genoemd kan worden. Ervaringsdemocratie is de parapluterm voor onderzoek dat tracht open, transparant, kritisch en reflexief te zijn.1 Ervaringsdemocratie veronderstelt dat alle experimenten gelijk zijn. Je mag niet a priori verschil maken tussen beweringen die gepresenteerd worden door een professor, een priester en een dagdromer. Je moet luisteren, pas daarna kun je kritiek leveren. Het betekent ook dat elke ervaring, of ze nu gecommuniceerd wordt binnen het paradigma en de gewoontes van de technologie, geneeskunde, mystiek of esthetiek, bekritiseerd en ondervraagd kan worden. De gecommuniceerde ervaringen kunnen nauwkeurig onderzocht worden binnen hun eigen domein en, belangrijker, ze kunnen onderling met elkaar vergeleken worden. Er is geen a priori hiërarchie, geen vastgestelde status en geen uitzondering. Alles en iedereen kan bekritiseerd worden.

Opnemen, uitsluiten

Als de principes van de kritische hermeneutiek serieus genomen worden, is het resultaat een onderzoeksactiviteit dat in een continu proces van ‘both-and’ verloopt. Het neemt alles in zich op en sluit niets uit. Er zijn twee praktische onderzoeksstrategieën. De een richt zich op het produceren van objecten of symbolen en de ander op het verwoorden van dit proces in geschreven vorm, als een soort van wegenkaart van het wat, waarom en hoe. De unieke kans van het artistiek onderzoek ligt in het verbinden van deze verschillende manieren van communicatie.

De ervaringen in het Phd-programma van de Academy of Fine Arts in Helsinki hebben aangetoond dat dit uiterst problematisch is. Deze botsing, dit moeilijke samengaan, is echter juist datgene waar artistiek onderzoek over moet gaan. Hier ligt zijn uniciteit: in de uitdaging van de combinatie, de reflectie en de bekritisering van beide onderzoeksstrategieën. Kortom, we zijn aangeland in het hart van het eeuwenoude, maar nog steeds vruchtbare dilemma van de verbinding van praktijk en theorie, zonder dat de een de ander omver haalt of negeert.

Het is duidelijk dat de eisen 2 die ik hier schets een lange schaduw werpen over het onderzoek. Er zijn tal van complicaties. Laat ik er een behandelen: de factor tijd. Wat onderzoek vereist, en wat het niet kan lenen, stelen of faken, is tijd. De ander ontmoeten en manieren vinden om de eisen van de ervaringsdemocratie te respecteren, is een tijdrovende activiteit. Snelheid is de vijand nummer één. Een woord intikken in een zoekmachine is geen onderzoek. Het is een ridicuul en triviaal soort kennis-infotainment.

Zo is het verleden van een onderwerp in kaart brengen geen onderzoek totdat je het verleden in contact hebt gebracht met jouw versie van het heden en de toekomst. Met andere woorden, onderzoek vereist een betrokkenheid over lange tijd, je moet lang bezig willen zijn met een onderwerp en de ontwikkelingen daarbinnen. Het betekent accepteren dat er geen definitieve antwoorden zijn. Het beste dat we kunnen hopen is een verheldering van het onderwerp en zijn relaties met de tijd: het verleden, heden en de toekomst.

In het begrip tijd liggen de elementen uithoudingsvermogen en coherentie besloten. Onderzoek vereist uithoudingsvermogen, vasthouden aan het dilemma. Het gaat niet over opgeven, niet over het veranderen van richting. Kritisch en reflexief onderzoek heeft niet tot doel om iets buitengewoons te doen of nieuwe kennis te produceren. Onderzoek is een link tussen de drie aspecten van tijd. Het moet al die drie balletjes tegelijk in de lucht houden. Vanzelfsprekend vallen deze balletjes steeds weer op de grond, maar dat is niet het probleem. Het gaat erom te verwoorden waarom ze vielen en dan uit te vinden hoe ze weer alledrie in de lucht kunnen worden gehouden, steeds maar weer.

Tijd, uithoudingsvermogen en coherentie. Ineens worden we geconfronteerd met concepten die in strijd lijken te zijn met de retoriek en praktijk van kennisproductie in het tijdperk van laatkapitalistische marktwerking, waarmee de hedendaagse kunst en het galeriecircuit nauw verbonden zijn. Ik weet dat het naïef klinkt, maar ik houd toch vol. Ik wil beweren dat het hierboven geschetste beeld van onderzoek fungeert als een reddingsboei en een tegenzet tegen de wensen en structuren van de instrumentalisering, trivialisering en commercialisering van de hele leefwereld.

Betekenis productie

Deze karakterisering van onderzoek is zeker niet conservatief. Ze is niet gericht tegen marktwerking en staat er evenmin buiten. Artistiek onderzoek is geen illusionaire, kritische avant-garde. Het maakt deel uit van het spel en heeft dus de mogelijkheid vooruit en achteruit te gaan, dichtbij te komen en afstand te houden. Het is een proces waarbij we allemaal onderdeel zijn van het probleem en van de manier om met de situatie en haar risico’s en eisen om te gaan. We zitten allemaal in hetzelfde schuitje en het is onze taak als kritische en nadenkende participanten in het proces van de productie van onderzoek om het schuitje te laten schommelen, en goed.3

Het doel van deze definitie van onderzoek is om kennisproductie te verankeren in haar context, de domeinen van verleden-heden-toekomst. Onderzoek is een activiteit van zowel kennis verzamelen als kennis delen. Artistiek onderzoek gaat niet over autonomie, maar over het vormgeven van je eigen ruimte en tijd in de realiteit waarin je betekenis produceert.

Voor kunstenaars die artistiek onderzoek doen op academies, komt het neer op de mogelijkheid om je voor een jaar of vier te concentreren op een specifiek onderwerp en zowel horizontaal als verticaal verder te graven. Dat gebeurt niet in je eentje, maar door samen te werken met andere onderzoekers in onderzoekscolleges en workshops. Het is een kans en een uitdaging. Ik weiger het geforceerde optimisme omlaag te draaien. Het is een kans om informatie te delen, te verspreiden, te vergelijken en erover te discussiëren. Geen gevecht om meer bekendheid of salaris, maar een poging om op een betere en meer betekenisvolle manier uit te vinden wat je wilt doen met wie en hoe.

Dit is een proces van liefdevol en zorgzaam conflict genoemd, waarin het noodzakelijk is dat je jezelf en je vijanden leert liefhebben en haten. Het vereist, behalve het kunnen lachen om jezelf, dat je de moed hebt om een eerste stap te zetten, dan een volgende en daarna nog een, en terwijl je continu struikelt, er toch van kunnen genieten. Dat is de grote belofte van artistiek onderzoek als een kritisch en reflexief proces met een open einde.

Mika Hannula

1. Mika Hannula, Juha Suoranta, Tere Vadén, Otsikko uusiksi – taiteellisen tutkimuksen suuntaviivat. (Stop the Press – Guidelines for Artistic Research), 23°45 niin & näin -lehden filosofinen julkaisusarja, 2003

2. Een uitgebreidere versie is te vinden in Mika Hannula, ‘The Responsibility and Freedom of Interpretation’, in Satu Kiljunen en Mika Hannula (red.), Artistic Research, Academy of Fine Arts Helsinki, 2002

3. Tere Vadén en Mika Hannula, Rock the Boat – Localized Ethics, the Situated Self, and Particularism in Contemporary Art, Salon Verlag 2003

Mika Hannula

Recente artikelen