Urgent Matters
Urgent Matters
Sanja Ivekovic
EINDHOVEN
Van Abbemuseum
18 april t/m 2 augustus 2009
UTRECHT
BAK, basis voor actuele kunst
18 april t/m 2 augustus 2009
Na een overzichtstentoonstelling in Barcelona en een prominente plaats tijdens de laatste twee edities van documenta, wordt de kunstenaar Sanja Iveković (Kroatië, 1949) nu in Nederland gelauwerd met een ambitieuze overzichtstentoonstelling. Curatoren Maria Hlavajova van BAK in Utrecht en Charles Esche van het Van Abbemuseum in Eindhoven sloegen de handen ineen om een aanzienlijke reeks werken te tonen, die het oeuvre van Iveković op treffende wijze zou moeten representeren.
Urgent Matters is opgesplitst in twee delen, met als scheidslijn het historische jaar 1989. Het eerste en verreweg grootste deel in het Van Abbemuseum beslaat het werk van Iveković van vóór de val van de Berlijnse Muur. De werken in BAK zijn alle gedateerd na 1989. Een brug in de tijd wordt gevormd door het werk Lady Rosa of Luxembourg, een monumentaal standbeeld uit 2001, dat compleet werd gereconstrueerd en nu tentoongesteld wordt in de museumtoren van het Van Abbe. Ook de re-enactment van de performance Practice Makes a Master in BAK probeert de historiserende scheiding tussen de twee tentoonstellingen enigszins te relativeren.
In het Van Abbe loopt het spanningsveld tussen het private en publieke (veelal een weinig liefdevolle verhouding), tussen de eigen beleving en de onderwerping aan door de media gegenereerde stereotypen, en dus tussen het persoonlijke en het politieke, als een rode draad door Iveković’ werken. Exemplarisch zijn de verschillende series fotocollages, zoals Double Life (1975/1976). Hierin worden stereotyperende advertentiefoto’s voor en over vrouwen naast persoonlijke foto’s van de kunstenaar gelegd, om zo de veelal absurde en bovendien vrouwonvriendelijke aard van de advertenties bloot te leggen. De thematiek en de formele strategieën doen denken aan het werk van geëngageerde tijdnoten van Iveković, zoals Hannah Wilke, Cindy Sherman, Lynda Benglis en Barbara Kruger. De kritiek op de massamedia en de gender-gerelateerde stereotypen keert terug in andere kunst in de tentoonstelling.
In Utrecht is op het eerste gezicht minder samenhang tussen de werken te bespeuren. Het meest in het oog springend is het omvangrijke project Women’s House (1998/2009), dat verslag doet van Iveković’ samenwerking met een aantal internationale vrouwenopvanghuizen. De gipsmaskers van verschillende vrouwen op witte sokkels, met aan weerszijden hun opgetekende, vaak schrijnende verhaal, die zijn opgesteld in een monumentale kring in de centrale ruimte, doen zich voor als een reeks dodenmaskers. Het geheel biedt een schokkend bewijs voor het geweld dat vrouwen, in ieder deel van de wereld en in elke sociale laag van de samenleving, nog steeds wordt aangedaan.
Iveković is in de loop der jaren niet milder geworden. Al zitten in sommige werken in BAK nog steeds de subtiele en soms enigmatische lagen uit haar vroege werk, in Women’s House en de postercollage Gen XX (1997-2001) lijkt er sprake van een zekere radicalisering. Iveković neigt er steeds meer naar om de thema’s uit het verleden explicieter en scherper te articuleren. Hierdoor gaan de afzonderlijke werken duidelijker een eigen kant op en komen ze in de tentoonstelling verder van elkaar af te staan. Dat is niet noodzakelijkerwijs een negatieve ontwikkeling, maar het gevaar dreigt dat de vele, dicht op elkaar tentoongestelde werken elkaar gaan overschreeuwen, zeker in de kleine ruimte van BAK.
Een ander probleem is dat het onduidelijk blijft waarom bepaalde werken wel en andere niet zijn gekozen. Van een aantal sleutelwerken – zoals deze door de curatoren worden genoemd – kan men zich voorstellen waarom ze in de tentoonstelling zijn opgenomen, maar om welke redenen deze voorbeelden representatief zijn voor het oeuvre van Iveković of op welke gronden de selectie überhaupt is gemaakt blijft verhuld.
Als geheel is de overzichtstentoonstelling het product van de scheiding die de curatoren hebben aangebracht in Ivekovic’ werk van voor en na 1989. Aan de ene kant is de aangebrachte scheiding geoorloofd en relevant. Er zijn immers duidelijke verschillen te bespeuren in de kunstpraktijk in het Oostblok en voormalig Joegoslavië vóór en ná de val van de Berlijnse muur. Aan de andere kant laat de scheiding in Urgent Matters veel vragen onbeantwoord. In welke mate is de kunst van Iveković aan een bepaalde plaats en tijd gebonden? Kunnen bijvoorbeeld haar feministische thema’s als universeel worden beschouwd? Hoe heeft haar kunst, in de specifieke context waarin het zich bevond, invloed gehad op West-Europese kunst en vice versa?
Los van het ongemak dat voor het bekijken van een tentoonstelling meerdere locaties in meerdere steden bezocht moesten worden, is de scheiding in twee perioden vooralsnog matig beargumenteerd. Het is te hopen dat de grote projectreeks Former West – een meerjarig onderzoeksproject van Esche, Hlavajova en Kathrin Romberg -, waar deze tentoonstelling het startsein toe geeft, uiteindelijk zal uitwijzen hoe legitiem de periodisering in het werk van Sanja Iveković daadwerkelijk is.
Hendrik Folkerts is kunsthistoricus, Amsterdam
Hendrik Folkerts
curator Moderna Museet, Stockholm