‘Niet treuren maar zeuren’ Fonds zoekt dialoog met Mister Motley
Op 10 december berichtte het NRC Handelsblad dat het kunsttijdschrift Mister Motley haar activiteiten gestaakt had in verband met de reële dreiging van een subsidiestop door het recent door het ministerie van OC&W opgerichte Fonds voor Cultuurparticipatie (FCP). Hoofdredacteur Hanne Hagenaars zette naar aanleiding van de mededeling dat het tijdschrift minder dan 5% kans had opnieuw subsidie te krijgen de persen stil en hief het tijdschrift op. Hagenaars: ‘Het is een ingrijpende beslissing geweest, maar we willen niet met schulden achterblijven. We hebben het huidige nummer, met als thema STUK, afgerond en daarna heb ik alle werknemers ontslagen.’
Sinds de bekendmaking van de onheilstijding vorige week in de pers en op internet, publiceerde Hagenaars op het Mister Motley blog een open brief aan fondsdirecteur Jan Jaap Knol waarin zij de opstartproblemen en het gebrekkige contact van het fonds hekelde. Ze verweet Knol zich te verschuilen achter zijn commissie.
Zag Hagenaars de problemen dan niet al eerder aankomen? ‘Ik wist dat het moeilijk was. Er is niet echt een commissie of afdeling van het fonds waarbij Mister Motley direct aansluit. De regeling waar we het beste binnen passen [het CPF programma “Het beste van twee werelden” red.] is nog niet actief. Dat was vorig jaar ook het geval. Maar een directeur kan ook zonder commissie besluiten tot subsidiëring. Dat is afgelopen jaar – zij het met maanden vertraging – ook gebeurd.’
Hagenaars vindt de aangekondigde subsidiestop een vreemde beslissing van het fonds: ‘Toen we onafhankelijk werden van SKOR hebben we vanwege de aanstaande oprichting van het CPF van de Mondriaan Stichting en het ministerie van OC&W een overbruggingssubsidie gekregen. Jan Jaap Knol was daar destijds vanuit OC&W al bij betrokken.’ Ze geeft aan niet goed te begrijpen waar het nu eigenlijk op stukloopt: ‘De missie van het fonds is dat iedere Nederlander, te beginnen bij jongeren, op termijn actief in aanraking komt met en betrokken raakt bij cultuur. Ze richten zich daarbij op volks- en amateurkunst, maar ook op cultuureducatie. Mister Motley is weliswaar een professionele organisatie, maar we slaan een brug naar een nieuw publiek, met name jongeren, die we met veel succes opzoeken en bereiken. Mister Motley is bedoeld om jonge mensen te stimuleren, activeren en inspireren. We bieden precies dat beste van twee werelden waar het CPF naar op zoek is.’
De aankondiging van het ‘levend begraven van Mister Motley’, zoals Hagenaars het in de open brief noemde, deed de afgelopen week veel stof opwaaien in de kunstwereld en leidde tot een storm van kritiek. De Facebook-pagina Mister Motley – Steunbetuiging verzamelde in een week tijd bijna 1500 leden. En de golf van verontwaardiging blijft niet zonder succes. Hagenaars: ‘ik heb begrepen dat Jan Jaap Knol bedolven is onder de boze e-mails. Hij heeft het initiatief genomen tot een nieuw gesprek later deze week. Internet is fantastisch wat dat betreft, dankzij die nieuwe media netwerken is zo’n protest heel snel zichtbaar en heel gericht.’
Hoe nu verder? Is er een kans dat Mister Motley uit zijn graf kan klimmen? Hagenaars: ‘Als het CPF over de brug komt, gaan we alles zeker weer opstarten. Maar of, wanneer en op welke manier is nog onduidelijk. De zes jaar ervaring die we hebben opgebouwd is niet verloren. We hopen natuurlijk in maart 2010 weer een nummer in de winkel te hebben liggen. Maar ik wil wel meer garanties voor de toekomst. We werken nu al drie jaar met tijdelijke overbruggingssubsidies en de onzekerheid die dat oplevert is erg vermoeiend en stressvol voor het hele team.’