The neverending story Sarah & Charles in Antwerpen
Kunstenaarsduo Sarah & Charles toont momenteel The hero dies… but the story goes on forever, hun nieuwste installatie- en videowerk, in galerie Van der Mieden in Antwerpen. In zowel concept als uitvoering willen de kunstenaars de toeschouwer deel laten uitmaken van een verhaal met twee personen in de hoofdrol, maar slagen hier beperkt in.
De tentoonstelling bestaat uit twee delen: een installatie (of decor) en vier filmfragmenten. Het geheel wordt aangevuld met op ‘lightboxes’ vertoonde afbeeldingen van The hero en ouder werk.
Bij het binnenkomen van de galerie ziet men allereerst een grote houten constructie. Via een ingang aan de achterkant kom je bij het centrale punt van de installatie, een slecht verlichte karakterloze huiskamer met dik, wit tapijt op de vloer. Deze ogenschijnlijk onbewoonde kamer roept onmiddellijk een deprimerend gevoel op. Hier wonen naamloze personages, ondergedompeld in middelmatigheid.
Pas in de tweede ruimte van de galerie, waar het videowerk tentoongesteld is, wordt de functie van de bedompte huiskamer duidelijk. Op vier grote projectieschermen wordt een raadselachtig verhaal vertoond dat zich voor het grootste gedeelte afspeelt in de kamer die je als bezoeker net hebt verlaten. Eén scene toont een man en een vrouw zittend aan tafel in een tafereel dat het beste omschreven kan worden als vertrouwd ongemak, waarbij de meest opzienbarende activiteiten bestaan uit het inschenken van koffie en het roken van een sigaret. Een ander scherm toont de man terwijl hij op zoek lijkt naar iets. Zonder succes, want hij besluit onverrichter zake het licht uit te doen. In een derde scene betreedt de vrouw de donkere huiskamer en doet het licht aan. De man, die in het donker in de stoel zat, veert op en duwt de vrouw hardhandig op de bank om vervolgens, angstig kijkend, het licht weer uit te doen.
Er is maar één scherm (het derde van de vier) waarin de relatie met de titel en het concept van de tentoonstelling evident wordt. We zien de man zittend in zijn stoel in de donkere huiskamer. Indien men zich ongeveer vijf minuten na het bezoek aan de installatie in de filmruimte begeeft, verschijnt achter de man in de stoel het opgenomen beeld van de toeschouwer zelf, achteloos de lege ruimte in starend. In dit bevreemdende ogenblik komen fictie en realiteit heel even samen. De kunstenaars beogen de bezoeker deel te laten worden van het verhaal, dat zich – zo lijkt het – kortstondig in de realiteit van het net bezochte filmdecor heeft afgespeeld. Het is die bewustmaking van de overlapping van feit en fictie, die zonder het twijfel het sterkste moment van The hero oplevert.
Het kunstenaarsduo wil hier evenwel niet stoppen. Als medepersonage in deze fictie zou iedere handeling die de toeschouwer in de toekomst uitvoert, een mogelijk vervolg op het voorgestelde verhaal kunnen zijn, zo wordt gesteld. Een open einde dus, met de bezoeker van The hero als mogelijke hoofdrolspeler. Al is dit conceptuele uitgangspunt van The hero uitermate fascinerend, in de uitvoering lijkt de opzet niet helemaal tot zijn recht te komen. De losse filmfragmenten geven een interessante aanzet voor het opzetten van een verhaal, maar de verhaallijnen zijn te onsamenhangend om daadwerkelijk samengebracht te worden. En tot in hoeverre wordt iemand echt een personage in een verhaal, wanneer men slechts enkele momenten toekijkt?
Het is alsof men op straat een flard opvangt van een verhaal, een ruzie of een mysterieus oogcontact tussen twee mensen: het is misschien opmerkelijk, maar vluchtig en te weinig coherent om er aandacht aan te besteden – laat staan om eraan deel te nemen. Juist door het aangezette enigmatische karakter van The hero wordt er een afstand gecreëerd tussen de aanschouwende passant en de fictie op het scherm.
De bezoeker sluit vervolgens de galeriedeur achter zich, en luidt daarmee het laatste bedrijf in van The hero.
Hendrik Folkerts
curator Moderna Museet, Stockholm