Escape from Georgia
Twee jonge vrouwen staan naast elkaar in een verlaten landschap. Stuurs kijken zij de camera in terwijl hun voeten zijn ingegraven. Deze foto van Guram Tsibakhashvili refereert zowel aan de rol van herkomst en oorsprong in een diasporacultuur als aan het beklemmende politieke verleden van Georgië. Het werk verenigt daarmee de twee belangrijke houdingen die de Georgische kunstenaars aannemen: reflectie en escapisme. Een keuze die duidelijk verband lijkt te houden met de leeftijd van de kunstenaar.
De 26 hoofdkussens in de installatie Unlimited Gaps in a Limited Time van Iliko Zautashvili zijn bedrukt met zwart/wit foto’s, handgeschreven teksten en kalenderbladen. Als vervlogen herinneringen uit een verleden tijd overlappen zij elkaar. Deze nostalgische hang naar het politieke verleden kenmerkt de oudere generatie kunstenaars in de tentoonstelling. In tegenstelling tot de jongere kunstenaars speelt de Sovjetperiode – die pas in 1991 werd beëindigd – en het bijpassende realisme, bij de oudere generatie nog steeds een grote rol.
In de video Change monteert Koka Ramishvili nieuwsbeelden van de Rozenrevolutie in 2003, met fragmenten van Fassbinder’s Der Sehnsucht der Veronika Voss (1982). De dramatiek van de beelden waarin president Edoeard Sjevardnadze wordt afgezet door Micheil Saakasjvili, wordt benadrukt door de vertraagde afspeeltijd, waardoor de politici veranderen in een bewegende abstracte kluwen. Zacht klinkt ondertussen de stem van Veronika Voss, de afgetakelde filmster uit Fassbinder’s film. Ramishvili verbindt de rozenrevolutie met het naoorlogse Duitsland, waarin Voss in een luxueuze setting optreedt terwijl zij terugdenkt aan haar succesvolle carrière ten tijde van het nazi-regime.
Anders dan Change richt Ramishvili zich in Pronostic Eventuel op juist de micropolitiek van de Sovjetperiode. Met gevoel voor detail documenteerde hij de interieurs in Tbilisi waar diplomatieke vergaderingen plaatsvonden. In zijn krachtige foto’s portretteert ook Gio Sumbadze de architectonische brokstukken van het Sovjetregime: eindeloze rijen stoelen in lege congreszalen, gebombardeerde bunkers en vervallen overheidsgebouwen. Als sculpturen staan zij in het landschap, doelloos sinds de komst van de republiek.
Waar de oudere generatie, met een – al dan niet – kritische documentaire aanpak inspeelt op politiek geladen herinneringen en geschiedenissen, keert de jongere generatie zich hier juist vanaf. In plaats daarvan richten zich op traditionele technieken als schilderkunst en laten zij zich inspireren door de Europese kunstgeschiedenis. Thea Gvetadze schildert met rijk gekleurde verf op fluweel. De geabstraheerde organische compositie van een kussend stel onder een sterrenhemel in Zeit des Mondes laat invloeden zien van negentiende-eeuwse schilders als Klimt en Munch. Tamuna Karumitidze maakt tekeningen waarin fragiele afbeeldingen zich voorzichtig afzetten tegen een lichte achtergrond, en verwerkte de tekeningen vervolgens tot een dromerige animatie over een verbroken liefde.
In de surrealistische video-installatie Die Passage van Tolia Astakhishvili speelt gelaagdheid een belangrijke rol: Een vrouw zit op een bankje in een De Chirico-esque decor en bekijkt reflexief foto’s van de ruimte waarin zij zich bevindt. De gefotografeerde details ervan knipt zij in stukken die ze vervolgens ‘hercomponeert’. Als personage zit zij enerzijds gevangen in de verstilde filmische ruimte, terwijl zij anderzijds als een regisseur het verhaal stuurt.
Hoe groot de verschillen in benadering en onderwerp tussen de oudere en jongere generaties ook zijn; het verlangen de Sovjettijd een plaats te geven of zich er juist van af te keren, een ding hebben zij gemeen: het grootste deel van de 22 geëxposeerde kunstenaars heeft Georgië inmiddels verlaten. Beide generaties zijn een exodus begonnen richting Duitsland, Zwitserland en Frankrijk. Zowel voor reflectie als afkeer blijkt eenzelfde voorwaarde van toepassing: afstand nemen.
Tessa Verheul