Getekend Amsterdam
Vijftien tekenaars stortten zich op de stad Amsterdam. Drie officiële stadstekenaars en twaalf die in de afgelopen jaren een opdracht met thema kregen van de Commissie voor de Tekeningen, die in 1934 werd opgericht door het Stadsarchief. De aankopen worden ondersteund door het AFK.
Wat laat je zien als je een stad tekent, wat negeer je? Is er alleen plek voor de idyllische kanten of richt je je op controverse, kauwgom op de stoep en reclamebillboards? En wat maakt het dat een tekening specifiek gaat over Amsterdam; een prostituee hier, een grachtenpand daar, of is er meer voor nodig om de stad te vangen? De ongelijkheid, integratievraagstukken, last van hangjongeren, vervuiling of juist de verburgerlijking van de stad. Of alleen al de ladingen toeristen.
Het zijn vragen die wel ergens in tentoonstelling Stadstekenaars zichtbaar zijn, zij het op een vrij brave manier. Zo tekent Paul de Reus vrolijk spelende kinderen met een hoogtepunt uit de Amsterdamse School op de achtergrond. Claire Harvey beeldt anonieme voorbijgangers af die verdwaald door lege straten lopen. Arja Hop onttrekt kleuren uit populierbladeren die ze vond op de Jachthavenweg, om daar aquarellen mee te maken.
Arie Schippers, Stadstekenaar van 2016, lijkt vooral zo objectief mogelijk te willen schetsen. In vrij eenvoudige potloodlijnen op uitgescheurde blaadjes schetst hij mensen in cafés, fietsers, een visser aan het IJ met zijn Canta. Wat opvalt is dat de observaties allemaal van ‘binnen de ring’ komen.
Hamid el Kanbouhi brengt letterlijk wat kleur en diversiteit in het geheel. Met inkt en acryl brengt hij levendige patronen aan in kleding, gezichten en architectuur, die meer aan de reuring op de markt in Bos en Lommer en Slotermeer doet denken dan de Damrak. Alleen al doordat el Kanbouhi een van de weinigen is die hoofddoeken in het straatbeeld signaleert.
In het grote werk Bevo op het HLW van Jantien Jongsma is een tweede hoofddoek te vinden. Jongsma beeldde haar leerlingen af tijdens haar les Beeldende Vorming, samen met de door hun gemaakte tekeningen. Een grote chaos vol kleur en verschillende technieken, waarin ze zich de tekenstijl van de kinderen toe-eigent en laat overslaan op het uiterlijk van de kinderen zelf. Via haar werk bevinden we ons in Slotervaart.
Marieke Zwart tekende het Oudekerksplein op ooghoogte. In een interessante mix van houtskool, acryl en soft pastel weergeeft ze planten, huisnummers en brievenbussen. Elementen die ontkennen dat we nu middenin het Red Light District staan. De tekening die de meeste nieuwsgierigheid opwekt, is een uitgebrande sigaret op een richel van een bakstenen muur. Waarschijnlijk neergelegd door iemand die daarna zijn geluk zocht bij een prostituee.
Stadstekenaars heeft een wat gezapig aura. Misschien ligt het aan de wat traditionele manier van presenteren van de werken. Alle tekeningen hangen strak aan de muur en iedere kunstenaar heeft zijn eigen hoek met een bord vol uitleg.
Ook lijkt het alsof de tekenaars ontkennen dat de positie van hun medium al jaren wankelt. Aan mensen in cafés en architectonische hoogtepunten op Instagram geen gebrek, dankzij de gopro sticktoerist op iedere hoek van de straat.
Maar vooral aan de beperktheid van de perspectieven schort het wat. Het lijkt alsof de tekenaars en het Stadsarchief vooral een fictie van Amsterdam in stand willen houden. Waar zijn het volkse Noord, de sprankelende Bijlmer en antikraakwoningen van studenten? Wat voor perspectieven en contrasten zijn er mogelijk op en in een stad als Amsterdam? Laten we in ieder geval streven naar een zo uiteenlopend mogelijke verzameling.
Stadstekenaars 2014-2016
Stadsarchief, Amsterdam
t/m 11.9.2016
Anne Marijn Voorhorst
is dichter en schrijver