Céleste Boursier Mougenot, Clinamen v3, 2017, courtesy de kunstenaar en la Biennale de Lyon 2017 en galerie Xippas © Blaise Adilon
Modernistische verwondering 14e Biënnale van Lyon
De veertiende Biënnale van Lyon staat in het teken van de ‘moderniteit’, net als de vorige editie. Dit keer pakt dat, in tegenstelling tot de laatste keer, bijzonder goed uit. De focus is internationaler en er valt van alles te zien, te beleven en vooral ook te horen.
De biënnale is verdeeld over drie locaties, La Sucrière, MAC Lyon en Le Dôme, oftewel Radôme (1957) van Richard Buckminster Fuller, die de klinkende installatie climamen V4 (2017) van Céleste Boursier-Mougenot huisvest, bestaande uit ongeveer veertig drijvende kommen die door de stroming in het ondiepe water tegen elkaar botsen en zo een aleatoire symfonie voortbrengen die echoot in de koepel. Deze mix tussen twintigste-eeuws werk en hedendaagse kunst die elkaar versterken komt door de hele manifestatie terug. Er wordt voortdurend heen en weer verwezen.
In MAC Lyon komt die structuur erg duidelijk naar voren, bijvoorbeeld in de zaal waar het doorboorde werk van Lucio Fontana zijn gelijke vindt in de installatie Two columns for one bubble light (2007) van Ernesto Neto. De bezoeker bevindt zich, zo lijkt het, in een Concetto Spaziale en beweegt zich rond de gaten. Het werk van Alexander Calder wordt letter gespiegeld in Cerith Wyn Evans’ A=P=P=A=R=I=T=I=O=N (2008) bestaande uit drie mobiles van zestien spiegels en speakers met een soundtrack van Throbbing Gristle. Ook de sonore objecten in Rainforest V (2015) van David Tudor refereren aan Calder. Het orkest van speelse instrumenten, gemaakt van gerecyclede materialen, hangt als mobiles in de zaal.
Geluid is, naast de referenties aan de modernistische kunst, de gemene deler van deze biënnale. Maar op een subtiele manier; verwacht geen oorverdovende soundtracks die aan de andere kant van het gebouw nog te horen zijn en de reflectie op andere werken verstoren. Het geheel is in balans. Er wordt gespeeld met geluid, met trillingen, niet per se met muziek.
Neem Doug Aitkens’ Sonic Fountain II (2013-2017) in La Sucrière, een krater gevuld met een melkachtig water waarin druppels vallen. Het gedruppel volgt een partituur en wordt versterkt door microfoons waardoor er een echo ontstaat in de oude silo. Architectuur en kunstwerk vallen hier samen. Net als in de andere silo van het gebouw waarvoor Susanne Fritscher Hélices soniques (2017) vervaardigde; een installatie bestaande uit een soort propeller die door een versnelling van het rondraaien de lamellen laat stijgen en ontvouwen tot een cirkel van zeven meter. Door de wind die dat veroorzaakt wordt je als bezoeker bijna tegen de wanden van de silo gedrukt. Daarnaast hoor je duidelijk de kracht van de beweging.
Iets soortgelijks gebeurt in de installatie Wide White Flow (1967) van Hans Haacke die de centrale ruimte van La Sucrière heeft opgeëist. Een enorm, wit, licht doek wordt door vier ventilatoren van de grond getild en danst elegant door de lucht. Waar de propeller van Fritscher indruk maakt door een brute kracht die destructief zou kunnen zijn, nodigt het werk van Haacke uit om je te laten meevoeren op het luchtkasteel.
En zo vallen er nog eindeloos meer relaties te leggen tussen de werken op de biënnale. Curator Emma Lavigne heeft geprobeerd een coherent geheel te maken van het werk van meer dan tachtig kunstenaars zonder dat het opdringerig of uitleggerig wordt. Voor haar gaat het duidelijk om het poëtische. Dit komt het best tot uitdrukking in de installatie Home (2017) van Icaro Zorbar, die in de laatste zaal van het MAC te zien is. Het werk is zo subtiel dat het niet te fotograferen valt. Je moet het echt zelf ontdekken en je laten verwonderen door beeld en geluid die samenvallen, die van het kleinste beestje boven in een hoek het meest indrukwekkendste maken. Meer zal ik er niet over zeggen.
Wel nog een laatste kritische noot: de biënnale heeft als titel Floating Worlds en is opgedeeld in zes thema’s waaronder ‘Ocean of Sound’ en ‘Endless Circulation’. Gemiste kans om dan op een flauw werk na, de stempels Forever Immigrant (2017) van Marco Godinho (die overigens ook als merchandise in de biënnalewinkel te koop zijn, erg misplaatst!), niets over de immigrantencrisis te zeggen. Naast al die poëtische, modernistische verwondering had wat meer politiek werk niet misstaan voor de balans, zodat er ook nog wat na te denken valt.
Floating Worlds, 14e Biënnale van Lyon, 20.09.2017 t/m 07.01.2018
Loes van Beuningen
is kunsthistoricus