Apichatpong Weerasethakul, Primitive, 2009. Courtesy the artist and Kick the Machine Films, Bangkok
Een poëet en een surrealist Het nostalgische verlangen naar het lokale
Locus, een tentoonstelling die draait om het specifieke, het lokale, brengt twee filmkunstenaars uit tegenovergestelde windrichtingen samen. De een brengt een poëtische meanderende blik; de ander vermengt sciencefiction, politieke conflicten en geestverschijningen tot een schimmige wereld.
Locus positioneert zich als een herbezinning op het specifieke tegenover de alsmaar voortstampende globalisering. De tentoonstelling in Filmmuseum Eye brengt het werk van Apichatpong Weerasethakul (Bangkok, Thailand, 1970) en Cao Guimarães (Belo Horizonte, Brazilië, 1965) samen. Weerasethakul en Guimarães, beiden sterk geworteld in hun geboortegrond, bieden volgens de zaalteksten tegenwicht aan een uniforme wereld door zich te richten op het lokale. Weerasethakul verwerkt de legendes en politieke situatie in het noorden van Thailand en Guimarães richt zijn blik op het alledaagse in Brazilië.
Waar de zaalteksten een weemoedig verlangen van de gehaaste wereldmens naar het lokale lijken uit te drukken, is het werk van beide kunstenaars zelf eerder magisch-realistisch te noemen. Hoewel het werk van beiden ontspruit in de geboortegrond, ontstijgt het die tegelijkertijd. Niet dat het universele werken zijn, maar het zit hem veeleer in het magische tintje dat de werken naar een andere tijd- en ruimtedimensie tilt. Een nostalgisch verlangen naar authenticiteit en tradities is een veelvoorkomend fenomeen in de moderne wereld. In de tentoonstelling lijkt de draad waarmee curator Jaap Guldemond beide kunstenaars verbindt wellicht dun. In de bijbehorende catalogus wordt die echter flink verstevigd. Essays van verschillende filmcritici plaatsen de getoonde werken in het vele malen grotere oeuvre van beide kunstenaars. De tentoonstelling boeit van begin tot eind en doet je met lichte tred de donkere ruimte verlaten.
Weerasethakul, opgeleid als architect, toont zich vaak meester in het gebruik van de tentoonstellingsruimte. Nu, onder het futuristische dak van Eye, grapt Weerasethakul dat dit “spaceship” een interessante plek is om de filminstallatie Primitive (2009) te tonen, waarin ook een ruimteschip voorkomt. Tijdens de perspreview vertelt hij dat hij zijn kunst en zijn cinema als verschillende dieren ziet: de eerste vraagt een actieve rol van de bezoeker, de tweede een passieve.
Het passieve wordt verbeeld door de slapende mens. Slaap is daarmee een van de grotere onderliggende thema’s in Weerasethakuls oeuvre. Zo worden in de speelfilm Cemetery of Splendour (2015) soldaten geveld door een mysterieuze slaapziekte. Slaap is een uitstekende metafoor om het grensgebied tussen het natuurlijke en bovennatuurlijke te onderzoeken. Slaapt of waakt de verteller in Primitive (2009) wanneer hij gesluierde figuren wandelend door de jungle in vlammen ziet veranderen?
De opbouw van de tentoonstelling werkt sussend. In de eerste zaal zijn verschillende korte films van Guimarães te zien. De blik is hier meanderend. Het volgt een zwevende zeepbel, een vechtend kinderduo, een bruidspaar dat door de kerk schuifelt. Guimarães volgt het spel van licht en schaduw. Felgekleurde doeken die straten en markten bespannen, worden geframed als een studie in vormentaal. Het is de tactiliteit van materiaal en de veranderlijke kwaliteit van licht waar Guimarães onze aandacht op vestigt. In de perspreview vertelt hij geïnspireerd te worden door de nieuwe blik die reizen teweegbrengt.
In de tweede zaal zien we een projectie van een bosgrond bezaaid met felgekleurde confetti. Het overgebleven feestmateriaal wordt door mieren ijverig, met hier en daar een kleine ruzie, naar hun hopen gesleept. Er is enkel omgevingsgeluid te horen; tsjirpende vogels en het getik van de ijverige mierenpoten. Overigens was dit laatste in de voorgaande zaal ook het geval, waardoor er gedurende de hele tentoonstelling een rust over de bezoeker neerdaalt. De film is de dag na Aswoensdag, een grote feestdag in Brazilië, geschoten en dus documentair van aard.
Waar Guimarães het documentaire op een poëtische manier benadert, verschuift bij Weerasethakul de definitie van wat realiteit is. Surreële verschijningen zijn in het werk van laatstgenoemde net zozeer een aspect van de werkelijkheid als puberende jongens, in de weer met brommers en camera’s. De bovennatuurlijke aspecten zijn zo vanzelfsprekend in het verhaal verweven dat de hiërarchie tussen het magische en het alledaagse verdwijnt.
De vanzelfsprekende relatie tussen twee ogenschijnlijke tegenpolen komt ook in het gebruik van licht terug. Weerasethakul gebruikt zowel natuurlijke lichtbronnen als het kunstmatige licht van een zaklamp of tl-buis. Als bezoeker ben je vaak volledig afhankelijk van deze lichtbronnen. Wanneer er geen jongens met vuurwerk voetballen of de zoemende tl-buis uitstaat, doemt er een diepe duisternis op. De zaalvullende video-installatie Fireworks (Archive) (2014) is een haast hypnotiserende ervaring waarin groteske beelden in een verlaten tempel fel worden uitgelicht en weer verdwijnen in de nacht. Daaroverheen en tussendoor is knetterend vuurwerk, een skelettenkoppel en een lopende oudere vrouw gemonteerd.
De laatste twee zalen kun je neerzijgen op grote rode kussens om dan toch eindelijk passief Primitive (2009) tot je te nemen. Verspreid over meerdere schermen verhaalt Weerasethakul hier over het grensdorp Nabua, gelegen aan de plek waar de Mekong rivier Thailand en Laos van elkaar scheidt. Hoewel het dorp vredig lijkt in Primitive (2009) draagt het een verleden van hevig raciaal geweld met zich mee. Dat collectieve trauma is maar een aspect van de vele verhaallijnen die elkaar hier kruisen. Een groep jongens probeert een ruimteschip te bouwen en op een ander scherm volgt de verteller, een tijdreiziger, geheimzinnige lichten tot diep in de jungle. Een man luistert naar een melancholisch nummer op zijn laptop, een groep jongeren slaapt in een cabine badend in fluorescerend roze licht. Als bezoeker blijf je zweven in die droomwereld die tegelijkertijd net zo goed de realiteit kan zijn. En zo in een staat van halfslaap verlaat je de zaal, een magisch-realistische kijk op de wereld rijker.
‘Locus: Apichatpong Weerasethakul – Cao Guimarães’, Eye Filmmuseum, 16.09.2017 – 03.12.2017
Zoë Dankert
schrijft