Krantenknipsel uit het fotoboek Mathieu Asselin, Monsanto. A Photographic Investigation, Kettler Verlag/Actes Sud, 2017, ontworpen door Ricardo Báez
Tegengif – over Mathieu Asselins fotografisch onderzoek naar landbouwgigant Monsanto
Hoe stel je als kunstenaar het zichtbare en onzichtbare leed aan de kaak dat een multinational in landbouwproducten aanricht? Het fotografisch onderzoeksproject van Mathieu Asselin naar Monsanto legt de vinger op de zere plek, juist door aan te geven welke gevolgen we (nog) niet kunnen zien.
In Amsterdam presenteert The Ravestijn Gallery het fotografisch onderzoeksproject Monsanto®: A Photographic Investigation van de Frans-Venezolaanse fotograaf Mathieu Asselin. Monsanto, opgericht aan het begin van de vorige eeuw, is een van de grootste producenten ter wereld op het gebied van zaden en bestrijdingsmiddelen voor de landbouw. Monsanto werd in 2018 overgenomen door de Duitse multinational Bayer die daarmee in één klap marktleider op het gebied van chemische en landbouwindustrie zou worden.
Met deze tentoonstelling wordt Asselins gelijknamige fotoboek uit 2017 vertaald naar de tentoonstellingsruimte aan het Westerdok. De tentoonstelling is eerder gepresenteerd op verschillende plekken in Europa, waaronder op het fotofestival Les Rencontres d’Arles, in The Photographers’ Gallery in Londen en op BredaPhoto, en is nu, in aangepaste vorm, te zien in Amsterdam.
In vijf hoofdstukken worden de verschillende aspecten van Monsanto uitgelicht, de chemische gigant wiens naam associaties oproept met de negatieve uitwassen van het kapitalisme, ‘alternatieve feiten’ en wurgprocessen. De tentoonstelling toont een visueel onderzoek naar zowel de geschiedenis als het heden van dit bedrijf, en poogt hiermee een voorspelling van de toekomst van de multinationals te geven. In de fotoserie, die werd geproduceerd tot 2017, stelt Asselin verschillende aspecten van het bedrijf aan de kaak, van de wurgcontracten die het bedrijf afsluit met boeren tot een liveverbinding met de marktstatus van zowel Bayer als Monsanto. Ook toont hij de vergaande gevolgen van het gebruik van landbouwgif op de bodem, veroorzaakt door het gebruik van producten die ontwikkeld werden door Monstanto.
Maar welke strategie pas je toe om deze verhalen te vertellen? De presentatie laat zich karakteriseren door tegenstellingen. De tegenstelling tussen getallen en beeld bijvoorbeeld. Terwijl de zaalteksten een opeenvolging van cijfers en feiten geven, spreken de foto’s voor zich. Hier zien we bijvoorbeeld één genetisch gemodificeerde maïskolf geïsoleerd van het omliggende veld door middel van een wit doek en fotografieapparatuur, of een futuristische installatie met daarin één genetisch gemodificeerd maïszaadje. Deze staan symbool voor de talloze boeren die wereldwijd in de wurggreep van Monsanto verkeren doordat het bedrijf hen door middel van contracten verplicht genetisch gemodificeerd zaad af te nemen. Dit leidt tot een achtergestelde positie voor de boeren en hun afhankelijkheid van de multinational.
[blockquote]Asselin vertelt door middel van zijn fotografie tegelijkertijd een groot én een klein verhaal: dat van de gigant Monsanto en dat van de talloze mensen waar de handelingen van het bedrijf effect op hebben
Schandalen geassocieerd met Monsanto komen vaker in het nieuws en zijn met een simpele Google Search te vinden. Maar de feiten daarachter zijn minder makkelijk te achterhalen. ‘Hoe die lobby werkt? Ze hebben een heel agressieve pr-afdeling waarbij het eigenlijk gaat om propaganda’, legt Macha Roesink uit, die verantwoordelijk is voor het educatieprogramma rond de tentoonstelling. Monsanto presenteert de feiten verdekt en het taalgebruik waarmee dit wordt gedaan werkt op zo’n manier dat de harde feiten worden verhuld, denk aan het verduisteren van onderzoek dat de toxiciteit aantoont van door Monsanto verkochte producten. Het is tegen deze bedrijfspropaganda dat Asselin zijn project inzet, als een soort tegengif.
Hoe breng je die boodschap duidelijk over in een wereld van alternatieve waarheden, die wordt aangestuurd door de markt? Interessant genoeg kan de tentoonstelling zelf ook onder hetzelfde kopje propaganda geplaatst worden. Hierin wordt bijvoorbeeld consequent het teken dat een geregistreerd handelsmerk aangeeft, gebruikt achter de naam Monsanto, wat al snel de associatie met hyperkapitalisme oproept. Daarnaast wordt de tentoonstelling talloze keren getoond op verschillende fotofestivals en galeries ter wereld, om zo de eigen boodschap zo wijd mogelijk te verspreiden. Je zou dus kunnen zeggen dat geholpen door eenzelfde soort marketingstrategieën, Asselin juist de andere kant van het verhaal toont.
Asselin toont zich in zijn werk duidelijk bewust van de noodzaak van overtuigingskracht. Het wordt dan ook gekenmerkt door een afwisseling tussen schoonheid en verschrikking. Zo zijn Asselins foto’s van derde generatie Agent Orange geïnfecteerde Vietnamese kinderen tegen een zwarte studioachtergrond genomen. Ook zijn foto’s van verontreinigd grondgebied in de Verenigde Staten worden visueel en formeel gekenmerkt door symmetrie, rust en harmonie. Het is precies in het uitlichten van deze tegenstellingen tussen schoonheid en verschrikking, en tussen de harde (numerieke) feiten in de zaaltekst en de (soms duidelijke) uitwerkingen die Monsanto op de bodem heeft dat Asselins werk het hardst binnenkomt.
Roesink: ‘Je kunt dit niet in één foto vangen. Monsanto raakt zoveel gebieden. Het raakt de bodem, de lucht, het water, de gezondheid en generaties.’ De tentoonstelling toont al die verschillende effecten en het is juist in het fragmentarische karakter van deze presentatie dat doorklinkt hoe de verontreiniging soms het niveau van zichtbaarheid bereikt, maar veel vaker ook niet. We zien bijvoorbeeld de zichtbare effecten die het gebruik van Agent Orange op de Vietnamese bodem heeft gehad in Asselins portretten van twee Vietnamese kinderen met aangeboren genetische aandoeningen. Maar misschien nog indringender dan deze beelden is het besef van de fragmentarische weergave van verontreiniging die dit fotografische onderzoek geeft. Aangezien dit slechts een selectie is van de zichtbare gevolgen, die pas na generaties zichtbaar worden, hoe staat het dan met de onzichtbare effecten?
[blockquote]Aangezien dit slechts een selectie is van de zichtbare gevolgen, die pas na generaties zichtbaar worden, hoe staat het dan met de onzichtbare effecten?
Door de tentoonstelling heen wordt de urgentie in toenemende mate duidelijk. Deze urgentie wordt versterkt door middel van het live tonen van de beursstatus van Monsanto en Bayer in de galerieruimte. De geabstraheerde tekens van grafieken en plussen en minnen weerspiegelen waar het de bedrijven om gaat: puur economische winst. De foto’s laten vervolgens de consequenties van deze manier van denken op een niet mis te verstane manier zien.
Asselin vertelt door middel van zijn fotografie tegelijkertijd een groot én een klein verhaal: dat van de gigant Monsanto en dat van de talloze mensen waar de handelingen van het bedrijf effect op hebben. Dit kan vervolgens breder worden getrokken naar vergelijkbare praktijken, en zo werkt het project als een metafoor voor verschillende kapitalistische bedrijven die telkens winst boven het belang van de mens en de aarde zetten. Asselins fotoproject spoort de bezoeker aan de autoriteit die bedrijven en nationale overheden aannemen in twijfel te trekken. Hij weet de bezoeker met zijn gevoel voor storytelling en esthetiek voldoende te boeien om die boodschap aan te nemen.
Mathieu Asselin – Monsanto®: A Photographic Investigation, The Ravestijn Gallery, Amsterdam, te zien t/m 31.08.2019
Minke van Schaik
is schrijver en kunsthistoricus