Zaaloverzicht van Emma Talbot – Sirenen uit de diepte in GEM
Droomachtige levenscycli – Emma Talbot in het GEM
De prachtig ingerichte tentoonstelling van Emma Talbot in het GEM schetst de levensloop als een rusteloze slaapwandeling, een verhaal zonder duidelijk narratief met in elkaar vloeiende lijnen en scènes.
Er is één gegeven in ons leven waar we niet aan ontkomen: we worden ooit geboren en zullen ook allemaal op een bepaald moment weer sterven. Van onze geboorte, het moment waarop ons leven begon, herinneren we ons niets. Over wat er met ons na de tijd op aarde zal gebeuren, weet niemand iets met zekerheid, ondanks allerlei theorieën en religieuze ideeën. En hoewel deze gebeurtenissen duizenden keren per dag op aarde plaatsvinden en in die zin de normaalste zaak van de wereld zijn, is het op microniveau vaak heel anders om ermee te maken te krijgen. Het begin- en eindpunt, het verhaal dat ergens begint en op een dag ook weer stopt, is een logica die ergens lastig te bevatten is. Het hoort bij het leven, is er zelfs de kern van maar controle erover is er juist (bijna) niet. De expositie van de Britse Emma Talbot in het GEM toont de levenscyclus en benadrukt zowel het natuurlijke als het mythische van het alledaagse bestaan.
Op een ovaal plateau is een barende pop met lang donker haar te zien, gemaakt van een soort fluwelen lichtroze stof. Het gezicht dat ontbreekt en de vreemde kleine stompjes in plaats van handen en voeten geven deze vrouwfiguur iets onnatuurlijks en tegelijkertijd symbolisch. Terwijl het geheel zeer expliciet een geboorte toont – bloederige kleuren en strengen van stof die aan een almaar doorgaande navelstreng doen denken – en hiermee refereert aan het gewone leven. Verderop ligt de gebaarde baby, nog met de navelstreng gekoppeld aan een bloemachtige placenta. Dergelijke beelden worden niet vaak zo nadrukkelijk afgebeeld. De vrouwfiguur zit op een zijden doek, waarop in roze en rode kleuren lijnachtige patronen zijn getekend. Er zijn ook teksten opgeschreven die vragen stellen over het waarom van het zijn. Ze stromen als het ware samen met de baby naar buiten en benadrukken de complexiteit van dit natuurlijke proces.
Waarom ben je hier en wat weet je nog van het moment dat je er kwam? Aan het eind van het plateau zit een pop met een selfiestick in haar handen, duidelijk een verwijzing naar de manier waarop men zichzelf, en het eigen leven van begin tot dood, tegenwoordig presenteert op sociale media. En zo ook het kind direct verwelkomt in de mediaruimte die het leven geworden is.
De gehele installatie lijkt de geboorte tegelijkertijd te vieren en te problematiseren en refereert aan existentiële vragen die van alle tijden zijn, maar nu misschien wel meer dan ooit, afgaand op de hoeveelheid therapieën, cursussen en trainingen gericht op het helen van de gekwelde ziel.
In de tentoonstellingsruimte wordt de bezoeker door de twee volgende werken meegenomen in een poëtische levensvertelling. Het centrale werk is een grote paravent met epische dimensie, getiteld 21st Century Sleepwalk (2018) die de ruimte deels afschermt. Op deze wand van zijden stof staan de figuren te midden van allerlei teksten die een reflectie bieden op het moderne leven, de snel veranderende stad en de moeite die de figuur heeft zich daarin te oriënteren. Er is geen sprake van een duidelijk narratief, anders dan een van een aaneenrijging van onzekerheden, maar de organische lijnen stromen in elkaar over van de ene naar de andere gebeurtenis als in een esoterische werkelijkheid. De dunne soepele stof vormt een gordijn dat kan wapperen en vloeien en iets droomachtigs suggereert, zoals ook de titel 21st Century Sleepwalk aangeeft.
Aan de overzijde zijn aan een muur van metaaldraad verschillende losse tekeningen geplaatst die los van de muur in de vrije ruimte zweven, als, zoals de website schrijft, een ‘visuele stream of consciousness’. De vrouwelijke figuur komt ook hier terug, soms vrijelijk zwevend, vaker in een worsteling. De figuur die hier door de ruimte zweeft ziet zich toch ook weer telkens op allerlei maneren gebonden, die haar vrijheid beteugelen of richting geven, als waren ze levenslijnen. Op andere tekeningen creëren de lijnen vulva-achtige vormen die openingen naar het onbekende of doorgangen naar volgende fasen suggereren. Het is heel goed mogelijk dat in deze werken autobiografische aspecten een rol spelen, maar toch is het tegelijkertijd gemakkelijk je te identificeren met de gezichtsloze figuur die zich dan weer strijdbaar en dan weer fragiel door het leven worstelt.
De expositie eindigt met een indringend driedimensionaal werk van een groot en krachtig vrouwelijk personage, gehuld in een mantel van stof waarop getekend is. Het monumentale beeld houdt zich lang verborgen achter het gordijn maar rijst, als je eenmaal om de hoek kijkt, hoog op. De zwarte haren zijn deels grijs geworden, de gekleurde stof bestaat nu ook uit zwarte delen. Aan de achterkant blijkt de mantel tegelijkertijd een soort omheining, een beschermlaag die een figuur die op een steen ligt omsluit.
Daarbinnen is het zwart, boven de vrouw hangen zwarte draden die herinneren aan de navelstrengen aan het begin van de tentoonstelling, maar nu trekken ze het lichaam juist weg uit deze wereld. How Is (Your Own) Death So Inconceivable? is de titel van het werk, dat opnieuw benadrukt hoe onwerkelijk, maar ook onontkoombaar sterven is. De bezoeker die vertrekt moet terug lopen om de tentoonstellingszaal weer te verlaten. Dan eindig je dus weer letterlijk bij het begin. Talbot neemt je mee in het onbevattelijke van dit cyclische proces dat vaak genoeg voor lief genomen wordt terwijl het ook zo bijzonder en voor het individu ‘eenmalig’ is.
Emma Talbot, Sirenen uit de diepte, GEM, Den Haag, te zien t/m 16.2.2020
Eline van der Haak
is fotograaf, filmmaker en onderzoeker