Els Dietvorst, De Terugkeer van de Zwaluwen, theaterdecor, foto clinckx
Els Dietvorst in het M HKA – On Hold #1
Het heeft iets surreëels: overal in de wereld zijn nu tentoonstellingen, perfect ingericht na langdurige voorbereiding, die vanwege het COVID-19 virus onbereikbaar zijn voor het publiek. We willen proberen ze alsnog onder de aandacht te brengen op de verschillende manieren die de kunstkritiek ons biedt. Vandaag Els Dietvorst die in het M HKA een volstrekt eigenzinnig overzicht van haar werk presenteert met de onbedoeld pijnlijk toepasselijke titel Dooltocht | A desperate quest to find a base for hope.
Dooltocht | A desperate quest to find a base for hope, een overzichtstentoonstelling van Dietvorsts werk in het M HKA in Antwerpen, opent met een gat in de muur. Het werd uitgehakt op de opening en vormt nu, in plaats van de grote glazen deur, de ingang waar het publiek doorheen naar binnen komt. Stukken gipsplaat liggen nog steeds op de grond. Het gat is niet alleen een ingang, maar tegelijkertijd een doorgang, zijweg of achterpoort die in het midden van de tentoonstelling uitkomt. Zo breekt de tentoonstelling met de typisch chronologische opvolging en introduceert het een circulaire benadering van tijd waarin verleden, heden en toekomst met elkaar vermengd zijn.
Eenmaal door het gat, valt mij een tak op. Hij is ontdaan van zijn schors, gearceerd met bruinachtige inkt en leunt tegen een muur. Op diezelfde muur is een tekening te zien die gebaseerd Dietvorsts eerdere tekening Mandrake, Manhole, Bunker, Trou (1998), destijds aangebracht op de muren van het Brusselse café de Dolle Mol: het legendarische anarchistische ontmoetingscentrum uitgebaat door filmmaker en Situationist Jacques Bucquoy. Ik zie mensen voorovergebogen op een veld, in heldere lijnen met elkaar verbonden. Het getekende gezicht in Stigmata (2018), een ander werk, telt acht ogen waaruit zwart-rode inkt -een terugkerend kleurenmengsel in Dietvorsts werk- naar beneden loopt. Dietvorsts tekeningen zijn te zien als dagelijkse oefeningen in het omzetten van persoonlijke ervaringen, dromen en indrukken in een universele beeldtaal. Fictie en realiteit lopen in de tekeningen vloeiend in elkaar over. Zo toont Dietvorsts werk op een overtuigende manier dat een droom evenzeer een ervaring is die een spoor achterlaat en ons zodoende beïnvloedt, ook al is ze niet ‘echt’ gebeurd.
[blockquote]Een droom, laat Dietvorst zien, is evenzeer een ervaring die een spoor achterlaat en ons zodoende beïnvloedt, ook al is ze niet ‘echt’ gebeurd
In de volgende zaal staan sculpturen centraal, vaak nieuwe versies van werken die inmiddels verloren zijn gegaan. Ik zie een beeldengroep bestaande uit menselijke en dierlijke figuren die tegen de wind in lijken te lopen, en even later Angel (2001): een engel die de bezoeker met uitgespreide vleugels op een houten stoel verwelkomt of verjaagt. Op het terras op de bovenste verdieping staat het werk Skull, 2008: een doodshoofd met poppen als tanden dat in een houten kooi hangt. Bovenop het hoofd zit een koppel tortelduiven die het doodshoofd als nest gebruiken. Het werk voltrekt de cirkel van leven en dood: uit de dood ontstaat nieuw leven. Dit grillige ritme staat in de hele tentoonstelling centraal: het volgt de chemie van relaties die plotsklaps afbreken of gedurende jaren gestaag voortgaan, zonder dat de tijd er effect op heeft.
De beelden, alsmede de hele tentoonstelling, komen voort uit Dietvorsts eigen beeldtaal, maar zijn tevens het resultaat van een collectief werkproces. Die unieke vorm van samenwerking komt nog beter tot uiting in de middels video-installaties tentoongestelde films en theaterstukken. In de geprojecteerde film As Long As the Blackbird Sings beeldt Els Dietvorst bijvoorbeeld de wereld uit van ACM (Art-Coeur-Merci), de dakloze die zij leerde kennen op haar tochten langs het kanaal van Brussel naar Charleroi en die verdween op de dag dat Els besloot een film over hem te maken. Vive La Democracy (2002) is een theatermonoloog gebaseerd op het levensverhaal van Kokou Zokli, met beeldmateriaal van de demonstratie in Togo waar Zokli aan meedeed. In de documentaire film The Dance of the Thatcher 2019 volgt Els Dietvorst gedurende acht jaar rietdekker Matt. Ze filmt hoe hij met alleen zijn eigen handen en een houten hamer rieten daken aanlegt: een ambachtelijke werkwijze die diametraal tegenover het idee van vooruitgang en alsmaar efficiëntere productieprocessen staat.
Dietvorst is compromisloos in hoe zij kunst en samenleving verbindt
Centraal in de tentoonstelling staat het multimediale project De Terugkeer van de Zwaluwen (1999-2005). Gedurende zes jaar werkte Els Dietvorst in de Brusselse Anneessenswijk met de inwoners, vijfendertig ‘zwaluwen’ tussen vijf en vijfenvijftig jaar met tien verschillende nationaliteiten, samen aan performances, happenings, video-opnames, films, een theaterstuk en een tijdschrift. Op witte doeken wordt fragmenten uit Zwaluwenlandschap geprojecteerd, de tweede fase van dit project, waarin de ‘zwaluwen’ hun eigen werkelijkheid overstijgen en ingebeelde persoonlijkheden opvoeren. Van het theaterstuk waar het proces in uitmondde zijn zowel videofragmenten als het toenmalige decor te zien, dat door de opgehangen autoband en neergezette boom doen denken aan de apenkooi van een dierentuin. De impact van De Terugkeer van de Zwaluwen op de lokale omgeving is enorm. In dit intense en langdurige project erkent, toont en viert Els Dietvorst het verschil met de ander binnen een overkoepelend collectief.
Samenwerking is de rode lijn die door het werk van Dietvorst heen loopt. In een van de opnames van de open repetities op het Anneessensplein barst een hevige onweersbui los. In plaats van dat deze de repetitie uiteendrijft, brengt het de mensen juist dichter bij elkaar. Naar elkaar gericht vormen de mensen op het plein een cirkel en heffen zij de armen op in euforie. Het beeld toont de hechtheid van een groep zeer verschillende mensen en de kracht van dit collectief om dingen te trotseren. In de opname wordt duidelijk dat wanneer je mensen zelfrespect en vertrouwen geeft, je ze ook onderling met elkaar verbindt.
Dooltocht | A desperate quest to find a base for hope toont dat het mogelijk is compromisloos te zijn in het verbinden van kunst met de samenleving. In plaats van het ritme van de kunstmarkt te volgen, volgt Dietvorst het ritme van het leven zelf: het is in dat collectieve leven dat kunst zich volgens haar het beste manifesteert.
Volg Metropolis M op Instagram: metropolism_mag
Dooltocht | A desperate quest to find a base for hope is volgens plan t/m 10 mei te zien in M HKA, Antwerpen, maar vanwege COVID-19 momenteel dicht, t/m 3.4.2020
Alan Quireyns
is schrijver en curator