metropolis m

Marcin Dudek, performance tijdens de vernissage van ‘The Group’ bij Kunsthal Extra City. Foto: Gert Jochems

Een tentoonstelling opgebouwd uit persoonlijke littekens en voltrokken in een voormalige kerk laat zich gemakkelijk omschrijven als louterend of zelfs therapeutisch. Maar Marcin Dudek doet meer; de kunstenaar weet zijn eigen herinneringen aan een turbulent hooliganverleden om te vormen tot een bredere bespiegeling op de huidige maatschappij, en de rol die macht en massa daarin spelen.

De recente protesten in Polen van begin juni – de grootste sinds de val van het communisme in 1989 – kunnen een prelude zijn op een ontwikkeling zoals Dudek er als adolescent een meemaakte. Als kind van de tussengeneratie, zoals hij het zelf noemt, groeide hij op tussen communisme en kapitalisme. Straatnamen veranderden van Lenin naar Reagan, maar dezelfde verwaarloosde infrastructuur hield stand. Dudek woonde in een achtergestelde buitenwijk, in de schaduw van het historische erfgoed van Krakau. Daar golden de woontorens als sociale ladders: hoe hoger het aanzien van het beroep, hoe hoger de etage. Dudeks familie woonde op het gelijkvloers – de verdieping waar soms negen arbeiders veertig vierkante meter deelden.

Marcin Dudek, restant van Dudeks performance tijdens de opening van de tentoonstelling. Te zien in 'The Group' bij Kunsthal Extra City. Foto: We Document Art

De verdere coming of age van Dudek is geschreven in een vocabularium van voetbal en hooliganisme: werelden die hem het gevoel gaven deel uit te maken van een collectief. Dudek sloot zich aan bij de paramilitaire groep achter de voetbalclub KS Cracovia, ook bekend als de ‘Jude Gang’ of, verwijzend naar de verafschuwde voetbalclub vijfhonderd meter verderop: ‘Anti-Wisła’. De rivaliteit wordt gezien als een van de zwaarste van Europa; elke poging tot het verbannen van wapens wordt systematisch uit de weg gegaan. Voetbalstadia zijn daarbij de genius loci van geweld, heterotopieën met geheel eigen regels en rituelen. Sport was bijzaak, en, aldus Dudek, politiek en religie ook: destructie was de eigenlijke ideologie. De veelbesproken –en volgens critici eenzijdige– BBC-documentaire Stadiums of Hate (2012) toonde met beelden van antisemitisme en racisme in Poolse voetbalstadia hoe dat de afgelopen decennia fel veranderde.

In het autobiografisch oeuvre van Dudek zit geen verbeelding van schaamte of schuld, geen glorificatie, maar ook geen moralisering

Marcin Dudek, performance tijdens de vernissage van 'The Group' bij Kunsthal Extra City. Foto: Gert Jochems

In het autobiografisch oeuvre van Dudek zit geen verbeelding van schaamte of schuld, geen glorificatie, maar ook geen moralisering. Dudek is niet de enige kunstenaar die rond het onderwerp werkt, laat staan rond de parameters van sport of toxic masculinity. Maar Dudeks achtergrond, het feit dat hij onderdeel vormde van het probleem, maakt zijn werk bijzonder, en misschien inderdaad louterend. ‘Kunst als methode om te leven’, vat de omschrijving van de nieuwe monografie Slash & Burn, samen. De lange weg die Dudek aflegde, van jongen met overlevingsinstinct tot kunstenaar, kende vele tussenhaltes. Dudek werkte kort bij een drukkerij, ontdekte zijn tekentalent bij het imiteren van Veronese en Tiepolo – meesters van spektakel en kleurrijke drukte – en volgde opleidingen in Salzburg en Londen.

Zijn installaties begonnen de vorm aan te nemen van besloten ruimtes en tunnels. Ze roepen een claustrofobisch gevoel op, een verwijzing naar de dichtbevolkte ruimtes waarin Dudek opgroeide, maar ademen ook een doe-het-zelfmentaliteit. De werken, die Dudek ‘anti-readymades’ noemt, zijn gemaakt van afgeleefd materiaal en worden door de kunstenaar herleid tot zijn vroegere economische zelfredzaamheid.

Dudeks installaties nemen de vorm aan van besloten ruimtes en tunnels. Ze roepen een claustrofobisch gevoel op, een verwijzing naar de dichtbevolkte ruimtes waarin Dudek opgroeide, maar ademen ook een doe-het-zelfmentaliteit

Die houding is een constante gebleven. In 2014 presenteerde Dudek de tunnel Kathedraal van Menselijke Arbeid in de Verbeke Foundation in Kemzeke. De ondergrondse constructie, gemaakt van uit de Antwerpse haven gerecupereerd hout, liet zich lezen als een zoektocht naar nieuw terrein. Haar titel lijkt een verwijzing naar Kurt Schwitters’ Merzbau:The Cathedral Of Erotic Misery (1923-1937), waarmee de Duitse dadaïst zijn appartement als evoluerende horror vacui vulde met constructies uit vervreemd straatafval. Een eerdere installatie van Dudek,Tunnel Recording (2006), waarvoor hij een aantal dagen de meubels in zijn Londense studio steeds compacter verbond met tape, had eenzelfde dwangmatig karakter.

Dudeks referenties zijn slim en doordacht. Hij verwijst bijvoorbeeld naar bioloog W.D. Hamilton (bekend van zijn studies in verwantschapsselectie), psycholoog Philip Zimbardo (bekend van het intussen grotendeels weerlegde Stanford-gevangenisexperiment) en schrijver Elias Canetti. Die laatste verwierf bekendheid met het abstracte Macht en Massa (1960); een boek dat vandaag de dag, met groepsdenken hoog op de politieke agenda, opnieuw bijzonder actueel is. De mens, zei Canetti, voelt zich bevrijd in de massa, beschermd tegen het onbekende en de angst te vervreemden. De massa manifesteert zich als één lichaam, dat boven de individuele wil uitstijgt en steeds verder door wil groeien.

Centraal in Extra City hangt een kunstwerk dat deze theorie letterlijk lijkt te vertalen. The Group is ruimtevullend lichaam, samengesteld uit jassen geproduceerd in Oost- en gedragen in West-Europa. Hier en daar is nog een oranje element te ontdekken, wat herinnert aan Dudeks eerdere assemblages van bomberjacks van KS Cracovia: zwart aan de buitenkant, oranje aan de binnenkant. Wanneer de jassen tijdens een voetbalwedstrijd binnenstebuiten werden gedraaid, gold dit als aankondiging van geweld. De kleur, en de mogelijkheid The Group als bezoeker te betreden, doen denken aan de iglo’s die Achilleas Souras maakt van afgedankte reddingsvesten, voor het werk SOS Save Our Souls, 2016-. Oranje is in beide gevallen de kleur van zichtbaarheid; in het geval van Souras beschermend en een pleidooi voor begrip, in het geval van Dudek bedreigend.

Oranje werd een motief in het oeuvre van Dudek (zie ook de knap vormgegeven tentoonstellingsbrochure door Ward Heirwegh). Brandsporen in Extra City herinneren aan hoe de kunstenaar zijn tentoonstelling opende, in rook van Bengaals vuur gehuld. De interventie is performatief in de oorspronkelijke betekenis, niet als ‘performance-achtig’, maar als ‘realiteit producerende handeling’. Het is voor Dudek een mogelijkheid zijn voormalig persona te heractiveren; zijn authentieke emoties terug op te roepen. Ook hier, net als in veel van zijn ander werk, gaat het over de cyclus van destructie en reconstructie, van vernietiging en wedergeboorte.

Tegelijk, zo gaf Dudek eerder aan, ‘doopt’ hij met de oranje rook een tentoonstellingsruimte. Het is een van de vele religieuze paralellen die je in de tentoonstelling terugziet. Ook Tablica (2021), een patchwork van 409 fragmenten uit een strafdossier ter grootte van de gevangeniscel van Dudeks broer, ontvouwt zich als een religieuze triptiek. De video Nest Man (2023), een opeenvolging van gestileerde fragmenten van publieksmenners, hangt hoog in de kerk als een altaarstuk. Het schilderij The Guardians (2021) toont met knipsels van foto’s geprint op medische tape hoe hooligans de kerk beschermen, in ruil voor zegening van hun entiteit – en hun geweld. Ter illustratie: zowat de enige keer dat geen geweld plaatsvond na een wedstrijd tussen Wisła en Cracovia was in 2005, toen de vlakbij Krakau geboren Paus Johannes Paulus II overleed.

Marcin Dudek, 'The Group'. Te zien in de gelijknamige tentoonstelling bij Kunsthal Extra City. Foto: We Document Art

Marcin Dudek, detail 'The Group'. Te zien in de gelijknamige tentoonstelling bij Kunsthal Extra City. Foto: We Document Art

Marcin Dudek, 'The Guardians'. Te zien in 'The Group' bij Kunsthal Extra City. Foto: We Document Art

Marcin Dudek, 'Corps de Ballet'. Te zien in 'The Group' bij Kunsthal Extra City. Foto: We Document Art

Maar ook voetbal zelf, zegt Dudek, is een soort religie. Het komt voort uit eenzelfde hunkering naar geborgenheid. Maar Dudek benoemt ook analogieën met de kunstwereld: het streven naar zichtbaarheid en aandacht, de instandhouding van een hiërarchisch systeem. Ook in de kunst is de macht van het aantal groter dan dat van het individu. Met zijn meest recente werk op de tentoonstelling, Corps de Ballet (2023), blikt de inmiddels 43-jarige Dudek terug op de verschillende hoofstukken van zijn biografie. De titel van het werk verwijst naar hoe een groep synchroon dansende balletdansers de illusie kan wekken één lichaam te zijn. Het werk bestaat uit een reeks torso’s gemaakt van papier-maché, waarbij indeukingen refereren naar de fysieke letsels en breuken die Dudek heeft opgelopen in zijn vroege jaren. De papierpulp blijkt gemaakt met behulp van versnipperde Bijbels-, voetbal- en kunsthistorische magazines en monografieën over de kunstenaar zelf. Dudeks bijna obsessieve werkethiek en maandenlange focus deed hem concluderen dat zijn werken manuscripten zijn, met in elk fragment een verhaal. De Corps de Ballet lijken zo nog meer expliciet autobiografisch, waarbij knipsels lezen als littekens.

In 2020 nam Dudek deel aan de tentoonstelling Psychic Wounds: On Art & Trauma bij The Warehouse Dallas in Texas. Zijn werk hing destijds naast onder meer naast dat van María Berrío. Berrío maakt collages die ze ‘toevluchtsoorden’ noemt, geknipt uit Japans rijstpapier en beschilderd met aquarel. Het is haar antwoord op het politieke klimaat en de disruptieve aanpak van migratie. Zelf ontvluchtte ze als jongvolwassene Colombia. De figuren in haar werk stellen, zo zegt ze, de idealen van vrouwelijkheid voor. Ze laten zien wie Berrío zelf zou willen zijn: sterk en kwetsbaar, moedig en meelevend. Het is interessant om te zien hoe verschillend artistieke catharsis kan werken. Dudek laat de geschiedenis zien waarmee hij gebroken is; Berrío toont de toekomst die zij idealiter zou omarmen. Een wedergeboorte, zo blijkt, kan twee richtingen op gaan.

Marcin Dudek: The Group, nog tot 8 oktober 2023 in Extra City, Antwerpen. Ter gelegenheid van de tentoonstelling publiceerde Hopper&Fuchs de monografie Slash & Burn, die een overzicht biedt van Dudeks belangrijkste interventies sinds 2012

Op 17 September opent ook in het IKOB – Museum für Zeitgenössische Kunst in Eupen, België, een solotentoonstelling van Dudek

Sander Bortier

is kunsthistoricus

Recente artikelen